Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Wijsheid van Jezus Sirach: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Ecclesiasticus, niet Ecclesiastes)
(verschuivingen, toevoegingen, spelling)
Regel 1: Regel 1:
[[Bestand:Gustav Vasa Bible 1541.jpg|thumb|225|]]
[[Bestand:Gustav Vasa Bible 1541.jpg|thumb|225|]]
'''De wijsheid van Jezus Sirach''' (ook: '''De wijsheid van Jozua Ben Sirach''', '''De wijsheid van Ben Sirach''' of gewoon '''Sirach''' of '''Wijsheid''') is een boek geschreven rond 180 v.Chr. dat als een [[deuterocanonieke boeken|deuterocanoniek boek]] in onder meer de [[Rooms-katholieke Kerk|rooms-katholieke]] [[Bijbel (christendom)|Bijbelvertalingen]] is opgenomen. In de vroege Romeinse kerk en in klassieke roomskatholieke uitgaven, maar ook in sommige buitenlandse Bijbelvertaligen, werd het boek '''Ecclesiasticus''' genoemd omdat het regelmatig tijdens de bijeenkomsten gelezen werd. (Dit dient niet te worden verward met ''Ecclesiastes'', de Griekse naam van het boek [[Prediker]] (Qohelet).)
'''De wijsheid van Jezus Sirach''' (ook: '''De wijsheid van Jozua Ben Sirach''', '''De wijsheid van Ben Sirach''' of gewoon '''Sirach''' of '''Wijsheid''') is een boek geschreven rond 180 v.Chr. dat als het langste van de [[deuterocanonieke boeken|deuterocanoniek boeken]] in onder meer de [[Rooms-katholieke Kerk|Rooms-katholieke]] [[Bijbel (christendom)|Bijbelvertalingen]] is opgenomen. In de vroege Romeinse kerk en in klassieke Rooms-katholieke uitgaven, maar ook in sommige buitenlandse Bijbelvertaligen, werd het boek '''Ecclesiasticus''' genoemd omdat het regelmatig tijdens de bijeenkomsten gelezen werd. (Dit dient niet te worden verward met ''Ecclesiastes'', de Griekse naam van het boek [[Prediker (boek)|Prediker]] (Qohelet).)


==Canoniciteit==
==Ontstaansgeschiedenis==
De Griekse kerkvaders noemden het ook „de volkomen deugdzame wijsheid”. Het boek wordt in de [[Rooms-katholieke Kerk]] en in de [[Oosters-orthodoxe Kerken]] geaccepteerd. [[Protestantisme|Protestantse]] en [[Oriëntaals-orthodox]]e kerken kennen het boek geen [[theologie|theologisch]] of geestelijk leergezag toe. Het boek werd niet in de [[Tenach]], de joodse canon, geaccepteerd, aangezien de Hebreeuwse versie rond het jaar 100 niet meer beschikbaar was. Incidenteel wordt er in de [[Talmoed]] en in de rabbijnse literatuur uit het boek Sirach geciteerd.
Jozua ben Sirach schreef het boek rond 180 v. Chr in het [[Hebreeuws]]; zijn kleinzoon vertaalde het in het [[Grieks]] en voorzag het van een voorwoord, met de aantekening dat een vertaling niet altijd volledig recht doet aan hetgeen oorspronkelijk bedoeld werd.
De vertaler geeft verder aan dat hij in het 38e jaar van koning [[Ptolemaeus VIII Euergetes II|Euergetes]] (ca. 132 v. Chr) in Egypte kwam, daar enige tijd verbleef en onder de indruk kwam van het volgens hem hoogstaande onderricht in de [[Joodse gemeenschap in Alexandrië]]. Hij werd daardoor geïnspireerd zich veel moeite te geven voor een adequate vertaling ’voor hen die in den vreemde willen leren’. Mogelijk maakte hij voor zijn werk gebruik van geschriften die in de [[bibliotheek van Alexandrië|bibliotheek van]] [[Alexandrië]] bewaard werden, dezelfde stad waar ook 72 geleerde [[rabbijn]]en in de [[3e eeuw v.Chr.]] de Hebreeuwse [[canoniek]]e geschriften vertaald zouden hebben naar het Grieks: de [[Septuaginta]].


De Hebreeuwse versie is ons nu bekend van een handschrift dat in 1896 in de geniza (dichtgemetselde opslagkamer van afgedankte handschriften) van Kaïro werd gevonden, en van een in 1964 te [[Massada]] gevonden handschrift dat bij de [[Dode Zee-rollen]] gerekend wordt.
==Tekstoverlevering==
Alleen de Griekse tekst van het boek werd in verscheidene manuscripten overgeleverd, en wel in twee tekstversies (''Gr. I'' en de langere editie ''Gr. II''). Deze lijken te terug te gaan op een enkel oorspronkelijk handschrift (''hyparchetype'').
Tussen 1896 en 1900 ontdekte Solomon Schechter in de [[geniza]] (dichtgemetselde opslagkamer van afgedankte handschriften) van de Ben-Esra-Synagoge in Oud-[[Kaïro]] een aantal Hebreeuwse tekstfragmenten, die alles bij elkaar ongeveer twee derden van het boek bevatten. Verdere fragmenten uit hoofdstuk 6 werden later gevonden in [[Qumran]]. Nadat Yigael Yadin in 1964 te [[Massada]] fragmenten met de hoofdstukken 39-44 ontdekte, kon men aantonen dat het manuscript B uit de geniza te Kaïro in hoofdlijnen overeenkwam met wat de originele Hebreeuwse tekstversie moet zijn geweest.<ref>{{Aut|Moshe Zevi (Moses Hirsch)}}, in ''Encyclopaedia Judaica'', Second Edition, Deel 3, p. 377</ref> Van een oudere Griekse vertaling van de tekstversie ''Gr. II'' werd reeds vroeg een [[Latijn]]se vertaling gemaakt, die later door [[Hieronymus]] werd opgenomen in de Latijnse [[Vulgaat]].


==Schrijver==
==Schrijver==
De schrijver, Jozua ben Sirach, was een [[joden|jood]] die in [[Jeruzalem]] woonde. Volgens de inleiding door zijn kleinzoon was hij iemand „die zich bijzonder had toegelegd op het lezen van de Wet en de Profeten en de overige voorvaderlijke boeken en daarin voldoende bedrevenheid had verkregen”.
Het is het enige van de zogenaamde „deuterocanonieke boeken” waarvan de schrijver bekend is, namelijk Jozua (Jezus) ben Sirach, een [[joden|jood]] die in [[Jeruzalem]] woonde. Volgens de inleiding door zijn kleinzoon was hij iemand „die zich bijzonder had toegelegd op het lezen van de Wet en de Profeten en de overige voorvaderlijke boeken en daarin voldoende bedrevenheid had verkregen”.


In de Griekse tekst ({{Bijbel|Sirach|l|27}}) wordt de schrijver „Jezus de zoon van Sirach van Jeruzalem” genoemd. Het exemplaar van [[Saadia Gaon]] had de tekst „Simon, zoon van Jozua, zoon van Eleazar ben Sira”; en een vergelijkbare lezing vindt men in het Hebreeuwse manuscript B. Het verschil zit vooral in de volgorde; de juistheid van de naam „Simon” wordt bevestigd door de [[Syrisch]]e versie, die „Jozua, zoon van Simon, bijgenaamd Bar Asira” heet. Het verschil tussen de twee versies, „Bar Asira” en „Bar Sira” is niet noemenswaardig, „Asira” („gevangene”) was een populaire variant van „Sira”. Het lijkt aannemelijk dat de naam van de schrijver Jozua, zoon van Simon, zoon van Eleazar ben Sira was.
In de Griekse tekst ({{Bijbel|Sirach|l|27}}) wordt de schrijver „Jezus de zoon van Sirach van Jeruzalem” genoemd. Het exemplaar van [[Saadia Gaon]] had de tekst „Simon, zoon van Jozua, zoon van Eleazar ben Sira”; en een vergelijkbare lezing vindt men in het Hebreeuwse manuscript B. Het verschil zit vooral in de volgorde; de juistheid van de naam „Simon” wordt bevestigd door de [[Syrisch]]e versie, die „Jozua, zoon van Simon, bijgenaamd Bar Asira” heet. Het verschil tussen de twee versies, „Bar Asira” en „Bar Sira” is niet noemenswaardig, „Asira” („gevangene”) was een populaire variant van „Sira”. Het lijkt aannemelijk dat de naam van de schrijver Jozua, zoon van Simon, zoon van Eleazar ben Sira was.
Regel 17: Regel 20:


==Doel==
==Doel==
De bedoeling van het boek is dat de leergierigen die zich in dezelfde materie verdiepten meer wijsheid zouden verkrijgen en „nog veel grotere vorderingen zouden maken door te leven volgens de wet”.
De bedoeling van het boek is volgens het voorwoord dat de leergierigen die zich in dezelfde materie verdiepten meer wijsheid zouden verkrijgen en „nog veel grotere vorderingen zouden maken door te leven volgens de wet”.
 
==Canoniciteit==
De Griekse kerkvaders noemden het ook „de volkomen deugdzame wijsheid”. Het boek wordt in de [[Rooms-katholieke Kerk]] en in de [[Oosters-orthodoxe Kerken]] geaccepteerd. [[Protestantisme|Protestantse]] en [[Oriëntaals-orthodox]]e kerken kennen het boek geen [[theologie|theologisch]] of geestelijk leergezag toe.


==Ontstaansgeschiedenis==
Aangezien het voorwoord bij de Griekse vertaling zegt dat Jezus Sirach „de Wet, de Profeten en de andere geschriften van onze voorouders diepgaand had bestudeerd” is daarmee duidelijk dat het boek niet als deel van de [[Tenach]] werd gezien. Toen de inhoud van de joodse canon rond het jaar 100 door de rabbijnen te [[Jamnia]] werd bevestigd, was de Hebreeuwse versie van Jezus Sirach niet meer beschikbaar. Incidenteel wordt er in de [[Talmoed]] en in de rabbijnse literatuur uit het boek Sirach geciteerd.
Jozua ben Sirach schreef het boek rond 180 v. Chr in het [[Hebreeuws]]; zijn kleinzoon vertaalde het in het [[Grieks]] en voorzag het van een voorwoord, met de aantekening dat een vertaling niet altijd volledig recht doet aan hetgeen oorspronkelijk bedoeld werd.
 
De vertaler geeft verder aan dat hij in het 38e jaar van koning [[Ptolemaeus VIII Euergetes II|Euergetes]] (ca. 132 v. Chr) in Egypte kwam, daar enige tijd verbleef en onder de indruk kwam van het volgens hem hoogstaande onderricht in de [[Joodse gemeenschap in Alexandrië]]. Hij werd daardoor geïnspireerd zich veel moeite te geven voor een adequate vertaling ’voor hen die in den vreemde willen leren’. Mogelijk maakte hij voor zijn werk gebruik van geschriften die in de [[bibliotheek van Alexandrië|bibliotheek van]] [[Alexandrië]] bewaard werden, dezelfde stad waar ook 72 geleerde [[rabbijn]]en in de [[3e eeuw v.Chr.]] de Hebreeuwse [[canoniek]]e geschriften vertaald zouden hebben naar het Grieks: de [[Septuaginta]].
===Tegenstelling met de canonieke boeken===
In Paulus’ brief aan de {{Bijbel|Romeinen|5|12-19}} wordt Adam verantwoordelijk gesteld voor de zonde. In tegenstelling daarmee zegt {{Bijbel|Sirach|25|24|WV95}}: „Bij een vrouw is de zonde begonnen en door haar moeten wij allen sterven”. De schrijver zegt ook: „Alle kwaad is gering vergeleken bij een kwade vrouw.” ({{Bijbel|Sirach|25|19|WV95}})


== Weblinks ==
== Weblinks ==

Versie van 18 dec 2011 15:48

De wijsheid van Jezus Sirach (ook: De wijsheid van Jozua Ben Sirach, De wijsheid van Ben Sirach of gewoon Sirach of Wijsheid) is een boek geschreven rond 180 v.Chr. dat als het langste van de deuterocanoniek boeken in onder meer de Rooms-katholieke Bijbelvertalingen is opgenomen. In de vroege Romeinse kerk en in klassieke Rooms-katholieke uitgaven, maar ook in sommige buitenlandse Bijbelvertaligen, werd het boek Ecclesiasticus genoemd omdat het regelmatig tijdens de bijeenkomsten gelezen werd. (Dit dient niet te worden verward met Ecclesiastes, de Griekse naam van het boek Prediker (Qohelet).)

Ontstaansgeschiedenis

Jozua ben Sirach schreef het boek rond 180 v. Chr in het Hebreeuws; zijn kleinzoon vertaalde het in het Grieks en voorzag het van een voorwoord, met de aantekening dat een vertaling niet altijd volledig recht doet aan hetgeen oorspronkelijk bedoeld werd. De vertaler geeft verder aan dat hij in het 38e jaar van koning Euergetes (ca. 132 v. Chr) in Egypte kwam, daar enige tijd verbleef en onder de indruk kwam van het volgens hem hoogstaande onderricht in de Joodse gemeenschap in Alexandrië. Hij werd daardoor geïnspireerd zich veel moeite te geven voor een adequate vertaling ’voor hen die in den vreemde willen leren’. Mogelijk maakte hij voor zijn werk gebruik van geschriften die in de bibliotheek van Alexandrië bewaard werden, dezelfde stad waar ook 72 geleerde rabbijnen in de 3e eeuw v.Chr. de Hebreeuwse canonieke geschriften vertaald zouden hebben naar het Grieks: de Septuaginta.

Tekstoverlevering

Alleen de Griekse tekst van het boek werd in verscheidene manuscripten overgeleverd, en wel in twee tekstversies (Gr. I en de langere editie Gr. II). Deze lijken te terug te gaan op een enkel oorspronkelijk handschrift (hyparchetype). Tussen 1896 en 1900 ontdekte Solomon Schechter in de geniza (dichtgemetselde opslagkamer van afgedankte handschriften) van de Ben-Esra-Synagoge in Oud-Kaïro een aantal Hebreeuwse tekstfragmenten, die alles bij elkaar ongeveer twee derden van het boek bevatten. Verdere fragmenten uit hoofdstuk 6 werden later gevonden in Qumran. Nadat Yigael Yadin in 1964 te Massada fragmenten met de hoofdstukken 39-44 ontdekte, kon men aantonen dat het manuscript B uit de geniza te Kaïro in hoofdlijnen overeenkwam met wat de originele Hebreeuwse tekstversie moet zijn geweest.[1] Van een oudere Griekse vertaling van de tekstversie Gr. II werd reeds vroeg een Latijnse vertaling gemaakt, die later door Hieronymus werd opgenomen in de Latijnse Vulgaat.

Schrijver

Het is het enige van de zogenaamde „deuterocanonieke boeken” waarvan de schrijver bekend is, namelijk Jozua (Jezus) ben Sirach, een jood die in Jeruzalem woonde. Volgens de inleiding door zijn kleinzoon was hij iemand „die zich bijzonder had toegelegd op het lezen van de Wet en de Profeten en de overige voorvaderlijke boeken en daarin voldoende bedrevenheid had verkregen”.

In de Griekse tekst (Sirach l:27) wordt de schrijver „Jezus de zoon van Sirach van Jeruzalem” genoemd. Het exemplaar van Saadia Gaon had de tekst „Simon, zoon van Jozua, zoon van Eleazar ben Sira”; en een vergelijkbare lezing vindt men in het Hebreeuwse manuscript B. Het verschil zit vooral in de volgorde; de juistheid van de naam „Simon” wordt bevestigd door de Syrische versie, die „Jozua, zoon van Simon, bijgenaamd Bar Asira” heet. Het verschil tussen de twee versies, „Bar Asira” en „Bar Sira” is niet noemenswaardig, „Asira” („gevangene”) was een populaire variant van „Sira”. Het lijkt aannemelijk dat de naam van de schrijver Jozua, zoon van Simon, zoon van Eleazar ben Sira was.

Volgens de Griekse (maar niet volgens de Syrische) versie reisde de schrijver veel (Sirach 34:11) en verkeerde vaak in gevaar (Sirach 14:12). In het lied in hoofdstuk 51 spreekt hij over allerlei gevaren waaruit God hem bevrijd heeft, hoewel dit waarschijnlijk alleen een poëtische verwijzing is naar de Psalmen. De lasteringen waaraan hij was blootgesteld in het bijzijn van een zekere koning, vermoedelijk uit de dynastie der Ptolemaeën, worden alleen in de Griekse versie genoemd. In de Syrische en Hebreeuwse tekst worden ze volledig genegeerd. Het enige zekere, volgens de tekst zelf, is dat ben Sirach een geleerde was, onderwezen in de wet, en vooral in de „Boeken van wijsheid”.

Doel

De bedoeling van het boek is volgens het voorwoord dat de leergierigen die zich in dezelfde materie verdiepten meer wijsheid zouden verkrijgen en „nog veel grotere vorderingen zouden maken door te leven volgens de wet”.

Canoniciteit

De Griekse kerkvaders noemden het ook „de volkomen deugdzame wijsheid”. Het boek wordt in de Rooms-katholieke Kerk en in de Oosters-orthodoxe Kerken geaccepteerd. Protestantse en Oriëntaals-orthodoxe kerken kennen het boek geen theologisch of geestelijk leergezag toe.

Aangezien het voorwoord bij de Griekse vertaling zegt dat Jezus Sirach „de Wet, de Profeten en de andere geschriften van onze voorouders diepgaand had bestudeerd” is daarmee duidelijk dat het boek niet als deel van de Tenach werd gezien. Toen de inhoud van de joodse canon rond het jaar 100 door de rabbijnen te Jamnia werd bevestigd, was de Hebreeuwse versie van Jezus Sirach niet meer beschikbaar. Incidenteel wordt er in de Talmoed en in de rabbijnse literatuur uit het boek Sirach geciteerd.

Tegenstelling met de canonieke boeken

In Paulus’ brief aan de Romeinen 5:12-19 wordt Adam verantwoordelijk gesteld voor de zonde. In tegenstelling daarmee zegt Sirach 25:24 (WV95): „Bij een vrouw is de zonde begonnen en door haar moeten wij allen sterven”. De schrijver zegt ook: „Alle kwaad is gering vergeleken bij een kwade vrouw.” (Sirach 25:19 (WV95))

Weblinks

Wikisource  Het boek Jezus Sirach op Wikisource

  1. º Moshe Zevi (Moses Hirsch), in Encyclopaedia Judaica, Second Edition, Deel 3, p. 377