Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Wouter Lutkie

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Wouterus Leonardus Lutkie ('s-Hertogenbosch, 23 februari 1887Nuland, 23 januari 1968) was een Nederlandse katholieke priester en fascist.

Leven en werk

Lutkie stamde uit een welgestelde zakenfamilie en hij werd aanvankelijk beïnvloed door Ernest Hello en Léon Bloy. Hij werd in juni 1919 priester gewijd en werd kort daarna kapelaan in Gemonde. De verhouding met zijn bisschop, Arnold Diepen, verliep vanaf het begin aan stroef. De eerste reis die Lutkie ondernam was in het najaar van 1919. Toen vroeg en verkreeg hij voor enige tijd vrijstelling van zijn parochiële taken om toezichthouder te worden bij het teruggeleiden van transporten van Oostenrijkse kinderen naar hun vaderland. In Wenen ontmoette hij schrijver Richard Kralik en bracht deze vervolgens in contact met Jacques Maritain, waar Lutkie zelf mee in briefwisseling was. De tweede reis was naar het Poolse Poznan, waar hij enige tijd als priester werkzaam was in het ambtsgebied van Sjeptytsky, het hoofd der Oekraïense Grieks-Katholieke Kerk. In 1922 vroeg Lutkie toestemming aan zijn bisschop om zich terug te trekken uit de directe pastorale zorg. Zijn verzoek werd gehonoreerd en hij vestigde zich in Nuland, waar hij de rest van zijn leven als ambteloos priester doorbracht.

Lutkie schaarde zich in de zogenaamde herstelbeweging, een restauratieve stroming onder conservatieve katholieken in het interbellum. De herstelbeweging neigde sterk naar het fascisme in Italiaanse stijl. Deze kring rond dr. Emile Verviers en het tijdschrift Katholieke Staatkunde verwierp het erfgoed van de Franse Revolutie en vooral het democratisch staatsbestel. Lutkie was bewonderaar van de Latijnse cultuur en liet zich inspireren door Benito Mussolini. Hij zag in Mussolini’s fascisme, dat in 1922 in Italië aan de macht was gekomen, de ideale oplossing voor de problemen waarmee naar zijn ideeën de Nederlandse samenleving worstelde. De kernwoorden en -waarden waren: orde, gezag, discipline, gemeenschap, hiërarchie, traditie en familie, godsdienst en kerk. Vooral was hij gecharmeerd van de manier waarop Mussolini en de katholieke kerk met elkaar omgingen.

Lutkie was de enige Nederlander die op voet van vriendschap verkeerde met de Italiaanse fascistenleider Mussolini, bij wie hij zeven keer op privé-audiëntie mocht komen. Hij correspondeerde met schrijvers als Gerard Bruning en Henri Bruning, Antoon Coolen, Pierre H. Dubois, Anton van Duinkerken, Jan Engelman en H. Marsman. Ook was hij bevriend met kunstenaars als Joan Collette, Jan Toorop en Erich Wichmann. Bijna veertig jaar lang leidde hij in Nuland een sociaaleconomische leefgemeenschap, Soli Deo geheten, in de geest van Walden van Henry David Thoreau.

Sinds het najaar van 1936 was Lutkie bezig geweest met de voorbereidingen voor het in het leven roepen van een Brabantse afdeling van de vereniging Dante Alighieri. Dit deed hij op verzoek van de Italiaanse ambassadeur Francesco Taliani. Lutkie sprak zijn uitgebreide netwerk in Noord-Brabant aan en vond diverse personen bereid om tot het bestuur van de afdeling in oprichting toe te treden. Op 20 februari 1937 vond hun eerste vergadering plaats. Naast Lutkie waren onder meer aanwezig Vincent Cleerdin en mevrouw M. Arts-Melis, aangetrouwd familielid van Lutkies vriend en hoofdredacteur van de Nieuwe Tilburgsche Courant dr. Antoon Arts. Lutkie verwachtte dat de afdeling Noord-Brabant rond Pasen 1937 officieel in het leven zou kunnen worden geroepen, zo liet hij Taliani weten. Het liep echter anders. Het kostte moeite voldoende capabele bestuursleden te vinden en ook het ontbreken van de door de Italiaanse regering toegezegde financiële ondersteuning speelde het oprichtingscomité de nodige parten. Uiteindelijk werd Lutkie vicepresident van de afdeling Noord-Brabant en kon op 16 oktober 1937 in het Bossche restaurant Lohengrin de oprichtingsvergadering plaatsvinden, in aanwezigheid van Francesco Taliani. De Commissaris der Koningin, jonkheer mr. dr. A.B.G.M. van Rijckevorsel werd erevoorzitter. In de jaren tot 1940, toen Lutkie actief betrokken was bij de afdeling, leidde zij een bloeiend bestaan, met meer dan honderd leden. Cursussen in de Italiaanse taal en cultuur trokken veel deelnemers en goedbezochte lezingen werden gegeven door onder meer prof. dr. B. H. Molkenboer, de schrijver Arthur van Schendel, Huib Luns, prof. drs. Romano Guarnieri, Ellen Russe en het schrijversechtpaar Carel en Margot Scharten-Antink.[1]

Als dank voor al hetgeen Wouter Lutkie, ’Il grande animatore del fascismo olandese’, voor het fascistische Italië had verricht, ontving hij op 16 juli 1937 uit handen van ambassadeur Francesco Taliani een hoge Italiaanse onderscheiding. Hij werd benoemd tot Officier in de Orde der Corona d’Italia.[2]

Tussen 1923 en 1963 hielp hij ongeveer 6000 mensen als ’ombudsman’ in Nuland en wijde omgeving met belastingproblemen, ondersteuning ongehuwde moeders, erfeniskwesties, belastingvrijstellingen, huurachterstanden, juridische zaken, solliciteren, voogdijkwesties en vele andere zaken. Tussen 1940 en 1944 heeft hij circa 200 personen weten vrij te krijgen uit Duitse gevangenschap, dankzij zijn goede contacten met Benno Samel, een SS’er met een leidingevende functie in de Sicherheitsdienst te ’s-Hertogenbosch.[3]

Het tijdschrift Aristo-

Bestand:LutkieToorop.jpg
Lutkie door Jan Toorop (1927)

Lutkie reisde in 1924 naar Italië waar hij eind augustus Erich Wichmann ontmoette met wie hij vriendschap sloot. Hij stichtte in 1930 Aristo-, een cultureel tijdschrift waarin antidemocratische opvattingen werden verkondigd. Het blad bestond tot 1943 om na de oorlog opnieuw te verschijnen tot 1965. Lutkie vertaalde delen van Mussolini’s werk in het Nederlands en publiceerde een aantal eigen interviews met de Italiaanse leider.

In juni 1930 kwam de eerste aflevering van Aristo- uit, een initiatief van Lutkie. Aristo- wilde een forum zijn, waarop ieder, van welke overtuiging dan ook, zich zou kunnen uitspreken. Het bevatte bijdragen van politieke strekking, maar hun aantal nam geleidelijk af, om na de oorlog geheel te verdwijnen. Het blad had een sterk literaire inslag en stond open voor vele schrijvers en dichters. De eenhoofdige redactie was aanvankelijk door anderen gevoerd, maar in 1933 kwam een redactieraad tot stand, waarin Lutkie zitting nam. In dit Aristo- kon Lutkie veel eigen werk publiceren, o.a. Fascisme is Synthese (1932-1933), De Partijen en de nieuwe Orde (1933-1934) en Het Joodsche Probleem (1936-1937). Lutkie distantieerde zich van de NSB en het nazisme in het algemeen. Lutkie was een vroegtijdig Nederlands vertegenwoordiger van het fascisme, onmiskenbaar door Mussolini geïnspireerd, nochtans stellig niet gespeend van waardigheid en een zekere grandeur. De Duitse inval in Nederland keurde hij af. Hij collaboreerde ook niet tijdens de Tweede Wereldoorlog. In 1943 werd het blad door de bezettende overheid verboden. Na de oorlog herrees het tijdschrift.

Na de oorlog werd Lutkie ondanks een onderzoek niet aangeklaagd voor collaboratie en kon hij zijn naoorlogse jaren wederom als ambteloos priester slijten, waarbij hij Aristo- nog lange tijd voortzette, nu meer als literair en algemeen-cultureel tijdschrift. Begin 1965 moest het ophouden te verschijnen, wegens gebrek aan abonnees en een geleidelijk onmogelijk wordende financiering. Lutkie beschouwde zichzelf en zijn Aristo- als fascistisch in de zin van autoritair-corporatief. Met het Duitse of Nederlandse nationaalsocialisme heeft hij zich nooit ingelaten. Zijn afkeer van Hitler-Duitsland ging zelfs zo ver dat hij na de Machtergreifung van Hitler in 1933 nooit meer door Duitsland naar Italië reisde, maar altijd de omweg door Frankrijk nam.[4]

Literatuur

  • L. M. H. Joosten: Katholieken en fascisme. 2e druk. Utrecht, HES, 1982. ISBN 90-6194-223-3 (1e druk: Proefschrift Katholieke Universiteit Nijmegen, 1964)
  • Wim Zaal: De Herstellers, lotgevallen van de Nederlandse fascisten en van Wouter Lutkie’s tijdschrift Aristo. Utrecht, Ambo, 1966
  • R. C. J. van Maanen, ’Inventaris van het archief van Wouter Lutkie pr. 1887-1968’, in: Archieven van het Katholiek Documentatie Centrum, band 1 (Nijmegen 1973)
  • Willem Huberts, ’Brieven aan Il Duce. Over het gedigitaliseerde archief van Wouter Lutkie’, in: Impressie, nummer 26, mei 2020 (https://www.ru.nl/kdc/weten/impressie-nieuwsbrief-kdc/)
  • Willem Huberts, Soli Deo - Wouter Lutkie (1887-1968). Biografie van een priester-fascist. Amsterdam, Boom, 2022. ISBN 978-90-2444-641-4

Werken van Wouter Lutkie

1909 – Wereld-taal: propaganda-lezing ter oprichtingsvergadering van den Nederlandschen Roomsch-Katholieken Esperantisten-Bond, gehouden te ’s-Hertogenbosch op 29 augustus 1909

1910 – De weelde verdedigd: een vertrouwelijk woord tot onze voormannen

1920 – Nooddruft en liefdedrang

1920 – Dokter Moller: vijf opstellen

1921 – Christen-synthese

1921 – Esperanto: twee opstellen

1923 – Herleving (onder pseudoniem Exspectans)

1923 – De antithese (onder pseudoniem Exspectans)

1926 – Richard Kralik (samen met Vincent Cleerdin)

1926 – Hetzij koopman of kunstenaar, met een herdruk van ‘Christen-synthese’

1927 – De man ’n man: lessen van het leven

1927 – Leeken-religio

1928 – Van Toorop naar Mussolini

1930 – De verzoening (overdruk uit het Annuarium van de Unie van rk Studentenvereenigingen in Nederland)

1932 – ’Dwazen’: karakterbeelden van eenige heiligen

1933 – Vaderlandsliefde en Nationaal Herstel: redevoeringen met bijlagen (samen met prof. dr. F. C. Gerretson en R. F. Groeninx van Zoelen)

1933 – Charter van het Nederlandsche volksfascisme/Het derde stadium; De partijen en de nieuwe orde (samen met prof. dr. F. C. Gerretson)

1934 – Van boven af: lessen van het leven

1934 – Italië dat mijn hart heeft: gesprekken met Mussolini

1937 – Brood en woord

1962 – Onze rol spelen: een keuze uit het werk van Wouter Lutkie, pr. (samengesteld door Henk van Gelre)

Vertalingen

1907 – Ernst Eckstein, Schoolhumoresken

1927 – Alban Goodier, Jezus alleen

1928 – Prof. dr. H. de Vries de Heekelingen, Het fascisme en zijn resultaten

1933 – Benito Mussolini, Uit het leven van Arnaldo

1936 – Benito Mussolini, Uit het leven van mijn broeder Arnaldo

1954 – Ernest Hello, Hij schreef voor ons (samengesteld, vertaald en ingeleid door Wouter Lutkie)

Kranten en tijdschriften

Nieuwe Tilburgsche Courant, 1927-1942 (vele honderden artikelen)

Aristo-, 1930-1965 (vele honderden artikelen)

Externe links

Zie ook

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º Willem Huberts: Soli Deo – Wouter Lutkie: biografie van een priester-fascist, Amsterdam, Boom, 2022, p. 244-246.
  2. º Willem Huberts: Soli Deo – Wouter Lutkie: biografie van een priester-fascist, Amsterdam, Boom, 2022, p. 249.
  3. º Willem Huberts: Soli Deo – Wouter Lutkie: biografie van een priester-fascist, Amsterdam, Boom, 2022, p. 417.
  4. º Willem Huberts: Soli Deo – Wouter Lutkie: biografie van een priester-fascist, Amsterdam, Boom, 2022, p. 406.
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow