Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gebruiker:Franciscus/kladblok: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
 
(289 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
===Otto Nicolai===
 
{{Zie Luisterrijk}}
 
{{Infobox Artiest
 
| naam          = Otto Nicolai
 
| afbeelding    = Otto Nicolai.jpg
 
| onderschrift  = Otto Nicolai - lithografie van Joseph Kriehuber, 1842
 
| volledige naam = Carl Otto Ehrenfried Nicolai
 
| bijnaam        =  
 
| geboren        = [[9 juni]] [[1810]]
 
| overleden      = [[11 mei]] [[1849]]
 
| land          = {{Dld}}
 
| jaren-actief  =
 
| genre          = [[Klassieke muziek|Klassiek]]  
 
| beroep        = [[Componist]], [[dirigent]], [[organist]], [[pianist]], [[zanger]]
 
| instrument    =
 
| invloed        =
 
| label          =
 
| acts          =
 
| website        =
 
| imdb          =
==Jean Cocteau==  
| amg            =
[[Afbeelding: Jean Cocteau 1923.jpg|250px|thumb|right|<big>Jean Cocteau in 1923]]
|afbeelding =
Jean Maurice Eugène Clément Cocteau (Maisons-Laffitte, 5 juli 1889 – Milly-la-Forêt, 11 oktober 1963) was een Frans dichter, romanschrijver, toneelschrijver, schilder, ontwerper en filmmaker. Cocteau heeft in zijn leven enorm veel geschreven en geproduceerd, en was thuis in bijna alle kunstvormen en was één van de belangrijkste personen binnen het [[Surrealisme|surrealisme]]
|onderschrift =
<br/>Zijn bekendste werken zijn het boek ''Les Enfants terribles'' (1929), het toneelstuk ''Les parents terribles'' en de film ''La Belle et la Bête'' (1946).
}}
<br/>Cocteau is een tot de verbeelding sprekend kunstenaar. Maar meer nog dan om zijn werk was Cocteau bekend om zijn opmerkelijke leven. Hij omgaf zich met beroemdheden als [[Sergei Diaghilev]] van de Ballets Russes, de zangeres [[Edith Piaf]] en de schilder [[Pablo Picasso]], en hij raakte geregeld in opspraak vanwege zijn homoseksualiteit en zijn drugsgebruik.
{{Persoon
 
|voornaam = Carl Otto Ehrenfried
==Afkomst en jeugd==
|tussenvoegsel =
Jean Cocteau, zoon van Georges en Eugénie Cocteau, werd op 5 juli 1889 geboren in Maisons-Laffitte, in het noordwesten van het stedelijk gebied van Parijs. Het echtpaar had al twee kinderen: Marthe, geboren in 1877 en Paul, geboren in in 1881.
|achternaam = Nicolai
<br/>Het gezin woonde in de winter samen met hun grootouders van moederszijde in een herenhuis in Parijs en in de zomer in Maisons-Laffitte.
|alt. naam =
<br/>Zijn familie was van een solide Parijse bourgeoisie: gecultiveerd, rijk en geïnteresseerd in muziek, schilderkunst en literatuur. Zijn vader - een jurist - tekent uit liefhebberij en op jonge leeftijd begint Jean dat ook te doen. Zijn grootvader is een muziekliefhebber die muzikale sessies in het huis organiseert.
|geboorteplaats = (Köningsbergen, thans Kaliningrad)
|alt. geboorteplaats =
|geboortedag =  9 juni
|geboortejaar = 1810                   
|overlijdensplaats = Berlin
|alt. overlijdensplaats =
|overlijdensdag = 11 mei
|overlijdensjaar =1849}}
was een Duits componist, dirigent, organist, pianist en zanger. Tijdens zijn leven had hij veel succes, vooral als uitvoerend musicus en speciaal als dirigent.  
<br/>Nicolai componeerde een groot aantal muziekstukken, die echter geen repertoire hebben gehouden, met uitzondering dan van de [[Ouverture ( Muziekstuk )|ouverture]] ''Die lustigen Weiber von Windsor'', die nog geregeld wordt uitgevoerd.
{{infobox}}
{{infobox}}
|
|
:'''Dit is een artikel uit de serie over'''
<font color=blue>
::::'''Bekende melodie,
<span>
:::'''Onbekende componist'''
<font>
:* Luigi Boccherini,  
:<span style="font-size:150%;"><font color=blue>''Zijn familie was van een solide Parijse bourgeoisie: gecultiveerd, rijk en geïnteresseerd in muziek, schilderkunst en literatuur''  
::Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5,
</font>
:* Benjamin Godard
<span>
::Berceuse de Jocelyn
:* Jean Paul Egide Martini
::Plaisir d' Amour
:* Amilcare Ponchielli,
::De Urendans, La Giaconda
:* Emil Nikolaus von Rezniček
::Donna Diana
:* Otto Nicolai,
::Die lustigen Weibern von Windsor 
|}
|}
==Opleiding==
Jean was een verwend maar nerveus kind. Hij had een grillig karakter en was vaak ziek.
Otto Nicolai studeerde van 1827 tot 1830 aan het Koninklijk Instituut voor Kerkmuziek te Berlijn bij Bernhard Klein en Carl Friedrich Zelter. In 1830 werd Nicolai lid van de Berlijnse zangacademie en nam hij zanglessen.
<br/>De vroegste herinneringen van Cocteau hadden te maken met het theater in populaire vormen, zoals het circus en het ijspaleis, en met serieuze theaters, zoals de tragedies die werden uitgevoerd bij de ''Comédie-Française''.
==Eerste successen==
<br/>Op 5 april 1898 - als Jean 9 jaar oud is - pleegt zijn vader zelfmoord. De reden daarvoor is nooit opgehelderd. Het bleef een duister raadsel dat hem altijd blijft achtervolgen en grote invloed op Cocteau heeft uitgeoefend.
In het begin van de jaren 1830 werd de naam Otto Nicolai voor het eerst bekend voor het publiek. Met de uitvoeringen van zijn Symfonie in c-klein. De voor de inwijding van de kathedraal in Posen (nu Poznań) eschreven Mis in D-groot (1832) en het Te Deum (1833) boekte hij zijn eerste successen.  
<br/>In het voorjaar sterft grootmoeder Lecomte. De grootvader blijft bij zijn dochter wonen. Hij zorgt voor Jean en neemt hem elke zondag mee naar concerten op het conservatorium. Op de Wereldtentoonstelling in Parijs van 1900 is Cocteau vol ontzag voor de dansvoorstellingen.  
<br/>In 1833 trad hij voor de eerste maal op in Berlijn in een concert als zanger en als pianist.  
<br/>Na een periode van basisonderwijs - die in alle opzichten onder het gemiddelde lag en vaak werd onderbroken door slechte gezondheid - begint hij zijn eerste jaar op de middelbare school aan de Lycée Condorcet. Hij blinkt uit in slechts drie onderwerpen: tekenen, gymnastiek en Duits. Zijn leraren vinden hem intelligent, maar inconsistent, onoplettend en rusteloos.
==Dirigent==
In 1833 werd Nicolai organist aan het Pruisische gezantschap te Rome, en nam daar ook nog aanvullende muzieklessen van een Italiaanse componist. Tussendoor verbleef Nicolai een jaar in Wenen van 1837 tot 1838 als dirigent van het Kärntnertortheater.  
<br/>In 1837 werd Nicolai als kapelmeester aan het Kaiserliche und Königliche, - afgekort als k.u.k - Hofoperatheater aan het Kärtnertor in Wenen aangesteld. Hoewel het een succesvolle periode was, werd zijn contract niet verlengd, en vertrok hij naar Italië. In Turijn kreeg Nicolai een aanstelling als kapelmeester aan het koninklijke operahuis. Zijn eerste opera ''Enrico II'' werd geen succes, maar het publiek was enthousiast over de uitvoering van ''Il Templario'' ( Spaans= tempelridder ) in 1840 in Turijn. Een jaar later werd Nicolai hofkapelmeester in Wenen, waar hij de beroemde 'Philharmonische Konzerte', evenals de ''Wiener Philharmoniker''<sup> 1)</sup> oprichtte, toen hij begon met jaarlijks enkele concerten te geven. Weer later werd Otto Nicolai dirigent van de koninklijke opera en het Domkoor in Berlijn.
Otto Nicolai hoopte een goed onderwerp te vinden voor een opera. Een van zijn vrienden had  het idee om de komedie " The merry Wives of Windsor " van William Shakespeare bewerken. De schrijver Jacob Hoffmeister schreef twee nummers, een proefopdracht waarmee Nicolai zeer tevreden was. Maar Hoffmeister wilde de opdracht voor de volledige opera niet aannemen. Zo werd de procuratiehouder van de Weense Rothschilds, Salomon Herman von Mosenthal de libettist.  


==Eerste publicaties== 
De toneelspeler Edouard Max introduceerde de 17-jarige Cocteau in de elitewereld van Parijs. Hij organiseerde een séance rond Cocteaus poëzie, waardoor hij in één keer naam maakte. Zonder hem had Cocteau vast nog een lange weg te gaan gehad door al leurende bij uitgevers aan te kloppen.
<br/>Cocteau wordt wel gezien als het product van de jaren onmiddellijk voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog; jaren van verfijnde artistieke smaak, zonder politieke onrust. Er heerste een idealistische en optimistische geest in Europa. Die periode werd ook wel de ''roaring twenties'' genoemd.
<br/>Zijn echte verkenning van de wereld van het theater begon, toen hij met de ''Ballets Russes''<sup> 1)</sup> in aanraking kwam, geleid door ''Sergei Diaghilev''. Toen Cocteau de wens uitsprak om balletten te maken, daagde Diaghilev hem uit met: "Etonne-moi" ("Verras me").In 1911 schreef hij het libretto voor ''Le dieu bleu'', een ballet voor de Ballets Russes.


==Eerste Wereldoorlog==
Toen de Eerste Wereldoorlog bezig was, wilde Cocteau het leger in, maar werd afgekeurd. Hij wist een burgerkonvooi te organiseren om aan de frontlinie gewonden op te halen, waarbij hij als chauffeur fungeerde. Dat hield hij vol tot 1917.
<br/>Midden in de oorlog kwam Cocteau met ''Parade'' uit, een avant-gardeballet, waarvoor onder anderen [[Pablo Picasso]] de decorstukken en de kostuums ontwierp en [[Erik Satie]] de muziek componeerde. Cocteau en Picasso sloten zich aan bij de groep Ballets Russes van Sergei Diaghilev in Rome om het ballet voor te bereiden. De première van de Parade vond plaats op 18 mei 1917 in het ''Théâtre de Châtelet''. Het publiek en de critici waren meer overbluft dan geërgerd door de muziek van Satie en de sets en kostuums van Picasso. De moderne muziek, het decor, het verhaal; alles was modern en het publiek wist er nog geen raad mee.
<br/>Op 12 juli van dat jaar zijn Jean Cocteau, de dichter en schrijver [[Guillaume Apollinaire]] en de dichter, schrijver en schilder [[Max Jacob]], getuigen bij het huwelijk van Pablo Picasso en [[Olga Koklova]].


==Kritiek==
Op een gegeven moment schetst Cocteau in 1919 zijn eigen specifieke kunstgevoel. Ondanks zijn inspanningen om betrokken te worden bij de publicatie van een belangrijk document daarover, wordt Cocteau buitengesloten. In die tijd ook publiceert de schrijver [[André Gide]] - een Nobelprijswinnaar - een open brief aan Jean Cocteau in de ''Nouvelle Revue française'' waarin hij de dichtbundel ''Le Cap de Bonne-Espérance'' (Kaap de Goede Hoop) en het ballet ''Parade'' bekritiseert. In hetzelfde artikel citeert Gide ''Le Coq et le Arlequin'' (De haan en de harlekijn) als bewijs dat de dichter geen muzikale vaardigheden bezit. Cocteau reageert hierop fel in het literaire tijdschrift ''Les Ecrits nouveaux'' , waarop Gide natuurlijk terugschiet. Voor Cocteau sluit deze vervelende polemiek tijdelijk de deur naar de ''Nouvelle Revue française'' , waarvoor hij bijdragen leverde.
==Productie==
In 1920 ontmoet hij de zestienjarige Raymond Radiguet, wat uitgroeit tot een liefdesverhouding. In datzelfde jaar wordt Cocteau de verdediger en grote inspirator van jonge musici, die al snel bekendheid verwerven als de "[[Groupe de Six]]".
Hij brengt juni en het grootste deel van juli door in Londen met [[Darius Milhaud]] om de Engelse productie van ''Le Bœuf sur le toit'' in het London Coliseum te verfijnen.
In oktober komt Cocteau uit met het boek ''Thomas l'imposteur'' (Thomas de bedrieger), waar in 1964 ook een film van is gemaakt.
<br/>Op 12 december sterft Radiguet bij gebrek aan onvoldoende medische begeleiding aan tyfus. De totaal ingestorte Cocteau woont de begrafenis niet bij.
Enige tijd later nemen Serge Diaghilev, Auric en Poulenc een radeloze Cocteau mee naar Monte-Carlo. Ze geven hem de raad om troost te zoeken in de opium, wat bij Cocteau tot verslaving leidt. Intussen werkt hij aan plannen voor het ballet ''Le Train bleu''.
In 1925, ondergaat Cocteau - op aandringen van vrienden - een  behandeling voor zijn opiumverslaving in de ''Clinique des Thermes Urbains''.
{{infobox}}
|
<font color=blue>
<span>
<font>
:<span style="font-size:150%;"><font color=blue>'' Een periode van intense creativiteit volgt waarin veel werk van hem wordt gepubliceerd''
</font>
<span>
|}
Een periode van intense creativiteit volgt waarin veel werk van hem wordt gepubliceerd. In het jaar daarna schrijft hij het libretto voor de opera-oratorium ''Oedipus Rex'' voor Stravinsky die vanaf half januari aan de muziek werkt. In mei 1927 was de première, waarbij het werk niet onverdeeld gunstig werd ontvangen.
In december vond in de ''Galerie des Quatre Chemins'' een tentoonstelling van ongewone objecten en tekeningen plaats met de titel ''Poésie plastique'' (Gebeeldhouwde poëzie). Het was een eerste pogingen van Cocteau tot creatie van een moderne post-kubistische kunst in Frankrijk
Op 16 december 1927 première van de opera Pauvre matelot (The Poor Sailor), met muziek van Darius Milhaud. Cocteau voltooit La voix humaine (The Human Voice) en schrijft Le Livre blanc (The White Book). Op 28 december gaat de opera Antigone in première in het Théâtre de la Monnaie in Brussel met muziek van [[Arthur Honneger]].
Eind november 1928 checkt hij in bij een kliniek in Saint-Cloud in voor een nieuwe poging tot afkicken.
1929 Maakt tekeningen, begint aan het boek ''Opium, journal d'une désintoxication '' en schrijft in drie weken ''Les Enfants terribles'' (Children of the Game), dat zeer gunstig wordt ontvangen. In het boek Opium beschrijft Cocteau's het herstel van zijn verslaving aan opium.
Eind augustus 1931 blijkt hij besmet te zijn met tyfus en moet hij veertig dagen in een kliniek doorbrengen. Kort daarop begon hij weer met opium te roken. In 1933 ondergaat hij weer een kuur om daar van af te raken.
Terwijl ze audities houden voor Oedipus Rex, merkt Cocteau Jean Marais op, en geeft hem een rol in het koor.


==Cineast==
Cocteau debuteerde pas op de relatief late leeftijd van 41 jaar als cineast. Cinema was destijds nog relatief jong, maar de regels van het medium leken al vast te liggen. Cocteau ging echter dapper en volstrekt autodidact zijn eigen koers, en heeft vervolgens een klein maar interessant oeuvre bij elkaar gefilmd. Zijn films worden tegenwoordig nog steeds bekeken en gewaardeerd vanwege hun unieke stijl en sfeer. ''La Belle et la Bête'', ''Orphée'' en andere films waren succesvol De film ''Orphée'' uit 1950 wordt algemeen beschouwd als zijn meesterwerk. Het is een zichzelf mythologiserend portret van de gekwelde kunstenaar, die te kampen heeft met innerlijke demonen, zijn schrijverschap, liefde, dood en de confrontatie met zijn publiek.
==Laatste jaren==
Tijdens de herfst van zijn leven leidt Cocteau een betrekkelijk rustig bestaan. Hij komt met name in het nieuws door zijn toetreding tot de ''Académie Francaise'' in 1955  en de fresco’s die hij schildert in plaatsen aan de Côte d’Azur.
<br/>Hoewel hij op hoge leeftijd is, komt zijn dood toch nog vrij onverwacht. In oktober 1963 serft hij in Milly-la-Forêt. Cocteau ligt begraven in het kleine kapelletje van Milly-la-Forêt, een dorpje nabij Fontainebleau. ''Je reste avec vous'' staat in guirlande-schrift op zijn graf geschreven. 
{{Bron|bronvermelding=
*<sup> 1)</sup> De Ballets Russes was een balletgezelschap uit Rusland, gesticht door Sergej Djagilev. Tussen 1909 en 1929 traden de Ballets Russes op in tal van westerse landen.}}
[[Categorie: Literatuur]]
[[Categorie: Schilderkunst]]
[[Categorie: Ballet]]
[[Categorie: Toneel]]




Regel 95: Regel 116:




{{Infobox Bmoc}}




Regel 223: Regel 245:




{{Infobox Bmoc}}
=Gilbert Bécaud=
{{Zie Luisterrijk}}
[[Afbeelding:Gilbert Bécaud.jpg|thumb|200px|right|Gilbert Bécaud in 1965 op Schiphol]]
{{Persoon
|voornaam                =Gilbert
|achternaam              =Bécaud
|geboorteplaats          =Toulon
|geboorteland            =Frankrijk
|geboortedag            =24 oktober
|geboortejaar            =1927
|overlijdensplaats      =Paris
|overlijdensland        =Frankrijk
|overlijdensdag          =18 december
|overlijdensjaar        =2001
}} was een [[Frankrijk|Franse]] chansonnier en componist.
<br/>Gilbert Bécaud werd in Toulon geboren als '''François Gilbert Léopold Silly'''. Zijn moeder, was op dat moment nog net niet gescheiden van haar echtgenoot Silly. Bécaud’s biologische vader was echter Louis Bécaud. Als eerbetoon aan hem, nam hij al vrij snel de artiestennaam '''Bécaud''' aan. In de jaren zeventig laat hij ook officieel zijn naam veranderen.
<br/>In 1954, werd Bécaud onmiddellijk een ster, nadat hij in het voorprogramma zong bij de opening van de Parijse '''Olympia'''. Hierna  volgde een bijna vijftig jaar durende carrière met de vertolking van talloze door hem of door anderen gecomponeerde en geschreven chansons. Tot vlak voor zijn overlijden op 18 december 2001 bleef Gilbert Bécaud optreden.
==Jeugd==
François ontwikkelde al op jonge leeftijd een passie voor muziek en het bleek vrij snel dat hij goed met de piano overweg kon. Al toen hij nog maar net negen jaar oud was, volgde hij lessen aan het conservatorium van Nice. Daar studeerde hij tot 1942 toen de familie - gedwongen door de Tweede Wereldoorlog - Toulon verliet. In 1943 vroeg de oudere broer van François - die deel uitmaakte van het verzet - zijn familie om te verhuizen naar Albertville in de Savoie. Kort nadat ze verhuisd waren ging ook François deel uitmaken van het verzet.
==Eerste successen==
Na de oorlog, vond François al snel werk als pianist in de lokale bars en cabaretclubs. Nadat hij de liedjesschrijver Maurice Vidalin<sup>1)</sup> ontmoet had, raakte de jonge pianist steeds nauwer betrokken bij het Franse chanson. In 1948 begon François zelf chansons te schrijven en kwam in aanraking met de tekstschrijver Pierre Delanoë. Het drietal Vidalin, Delanoë en Bécaud raakte nauw bevriend en samen werden ze de meest succesvolle liedjesschrijvers uit die tijd die veel hits op hun naam kregen.
<br/>Dan wordt Gilbert de vaste pianist van de toen zeer bekende Franse zanger [[Jacques Pills]]. Met Pills schrijft hij voor Edith Piaf de hit '''Je t’ai dans la peau''',( Ik heb je in mijn huid ). Edith Piaf was gelijk 'verkocht' en zag onmiddellijk het talent van de jonge François. Ze gaf hem de nodige steun voor de ontwikkeling van een eigen solocarrière. Op haar advies nam hij ook de artiestennaam '''Gilbert Bécaud''' aan, dat beter overkwam dan '''François Silly''', dat in het Engels niet bepaald vleiend klinkt . Zij regelde onder meer een ontmoeting met de Parijse tekstschrijver [[Louis Amade]]. Deze zorgde voor een eerste optreden als chansonnier, waarna Bécaud al snel een vedettenstatus bereikte.
==Carrière==
Op 2 februari 1953 ging Bécaud naar de studio om zijn eerste twee singles op te nemen. Op diezelfde dag ging zijn vrouw Monique naar het ziekenhuis waar hun eerste zoon Gaya werd geboren. Ook in 1953 had Bécaud veel succes met Quand tu danses ( Als jij danst): zijn eerste grote hit in Frankrijk. Daarna volgden hits als 'La Corrida' Het stierengevecht'(1956), 'Le jour où la pluie viendra' 'De dag dat de regen zal komen' (1957) , 'C'est merveilleux l'amour' (1958) 'Het is prachtige liefde' en 'Je T’Appartiens' (1960'Ik hoor bij jou'). Ook speelde hij in diverse films, waaronder ''Le pays d’où je viens'' ( Het land waar ik vandaan kom ) met Françoise Arnoul en ''Casino de Paris'' met Catarina Valente.
<br/>Hierna  volgde een bijna vijftig jaar durende carrière met talloze zo door hem of andere gecomponeerde en geschreven chansons. Tot vlak voor zijn overlijden op 18 december 2001 bleef Gilbert Bécaud optreden.
<br/>Bécaud componeerde zo'n ruim vierhonderd chansons, waarvan er  minstens twintig een hit werden.


==Nathalie==
En dan verschijnt in 1964 zijn beroemd geworden '''Nathalie'''. Alweer is zijn vriend en tekstschrijver Pierre Delanoë verantwoordelijk voor de tekst. Toen Bécaud de tekst voor het eerst onder ogen kreeg, kon hij zich daar niet in vinden. Delanoë drong een tijd lang aan en na de titel ‘Natasja’ veranderd te hebben in ''Nathalie'' en de grandioze openingszin ''La Place Rouge était vide'' te hebben toegevoegd, schrijft Bécaud er de muziek bij.
<br/>In het chanson bezingt Bécaud de Russische gids Nathalie, die toeristen door het winterse Moskou leidt.
<br/>Nathalie werd één van zijn grootste hits, en is nog steeds - ook in Nederland - een zeer gewild chanson.
{| class="vatop"
|width="450" |
:<big> '''Nathalie'''</big>
:La Place Rouge était vide,
:Devant moi marchait Nathalie
:Il avait un joli nom, mon guide
:Nathalie.


:La Place Rouge était blanche
:La neige faisait un tapis,
:Et je suivais par ce froid dimanche
:Nathalie


:Elle parlait en phrases sobres
:De la révolution d'octobre.
:Je pensais déjà
:Qu'après le tombeau de Lénine
:On irait au café Pouchkine.
:Boire un chocolat.


:La Place Rouge était vide
:J'ai pris son bras, elle a souri,
:Il avait des cheveux blonds, mon guide
:Nathalie, Nathalie.


:Dans sa chambre à l'université
:Une bande d'étudiants.
:L'attendait impatiemment.
:On a ri, on a beaucoup parlé
:Ils voulaient tout savoir.
:Nathalie traduisait.


:Moscou, les plaines d'Ukraine
:Et les Champs-Élysées.
:On a tout mélangé.
:Et l'on a chanté.


:Et puis ils ont débouché
:En riant a l'avance.
:Du champagne de France.
:Et l'on a dansé.


:Et quand la chambre fut vide
:Tous les amis étaient partis.
:Je suis resté seul avec mon guide,
:Nathalie.


:Plus question de phrases sobres
:Ni de révolution d'octobre.
:On n'en était plus là
:Fini le tombeau de Lénine
:Le chocolat de chez Pouchkine.
:C'est, c'était loin déjà.


:Que ma vie me semble vide
:Mais je sais qu'un jour à Paris.
:C'est moi qui lui servirai de guide:
:Nathalie, Nathalie.
|width="550" |
:<big> '''Nathalie'''</big>
:Het Rode Plein was verlaten
:Nathalie liep voor me
:Zij had een leuke naam, mijn gids:
:Nathalie.


:Het Rode Plein was wit,
:De sneeuw vormde een tapijt.
:En ik volgde op deze koude zondag,
:Nathalie.


:Ze sprak in nuchtere zinnen
:Over de Oktoberrevolutie
:Ik dacht vooraf al,
:Dat we na het graf van Lenin
:Naar café-Poesjkin zouden gaan
:Om chocolade te gaan drinken.


:Het Rode plein was verlaten,
:Ik pakte haar arm, ze glimlachte,
:Ze had blond haar, mijn gids,
:Nathalie, Nathalie.


:In haar kamer op de universiteit,
:Wachtte een groep studenten
:Ongeduldig op haar.
:We lachten, we hebben veel gepraat,
:Ze wilden alles weten,
:En Nathalie vertaalde alles.


:Moskou, de vlaktes van d’Oekraïne
:En de Champs-Élysées:
:We maakten er één mix van,
:En we zongen.


:En toen we naar buiten gingen
:Lachten we al bij voorbaat.
:Na de champagne uit Frankrijk
:Dansten we met elkaar.


:En toen de kamer leeg was, en
{{Infobox Bmoc}}
:Alle vrienden waren verdwenen.
:Bleef ik alleen achter met mijn gids:
:Nathalie.


:''Weg met de nuchtere zinnen''
:''Niets meer over de Oktoberrevolutie''
:Het was er allemaal niet meer.
:Ook de sarcofaag van Lenin,
:De chocolade bij Poesjkin
:Het was allemaal ver weg.
:Mijn leven lijkt nu zo leeg,
:Maar ik weet dat op een dag in Parijs
:Ik de gids  ben, die haar zal leiden
:Nathalie, Nathalie.
|}
==Olympia==
[[Afbeelding:Olympia facade.jpg|thumb|250px|right|<big>'''Entree van de Olympia Music Hall in Paris'''</big>]]
De 'vaste' plek in Parijs waar Bécaud heel veel optrad, was het beroemde '''Olympia'''. Het Olympia is een Music Hall gelegen aan de ''Boulevard des Capucines'' in het 9<sup>e</sup> arrondissement van Paris.
:''Een heel bijzonder concert in Olympia was het afscheidsoptreden van [[Jacques Brel]] in 1961. Het is ook de plaats waar Édith Piaf bekendheid kreeg en waar zij nog maar een paar maanden vóór haar dood nog één van haar meest gedenkwaardige concerten gaf.'' 
Gilbert Bécaud gaf in Olympia maar liefst 33 keer een concertreeks en bleef soms zes weken lang optreden.
<br/>In 1954 stond hij voor de eerste keer als hoofdact op het toneel. Zijn stormachtige optreden had als gevolg, dat heel wat stoelen sneuvelden door het uitzinnige publiek. In 1954 werd namelijk het Olympia Theater heropend. Het theater had 25 jaar leeggestaan en haar eigenaar ''Bruno Coquatrix'' zocht naar sterren om de heropening te vieren. Bécaud werd verzocht om op de avond van de opening op te treden. Hij gaf een legendarisch uitvoering, waarbij 4.000 tieners op en neer sprongen en met zijn liedjes meezongen. Ze gingen zo tekeer, dat ze de pas gerenoveerde inventaris gingen vernielen, tot zelfs het splinternieuwe decor van het Olympia.
<br/>De Franse pers schreef uitgebreid over zijn optreden en gaf de jonge Bécaud allerlei titels, met als zijn beroemdste bijnaam “Monsieur 100.000 volts”.
:::'''''Maar zijn naam was voor goed gevestigd!'''''
==Buitenland==
Grote Amerikaanse zangers als Frank Sinatra, Barbra Streisand en Shirley Bassey vertolkten zijn 'Et maintenant' in vertaling als 'What now my love'. Bob Dylan, Nina Simone en James Brown coverden 'Je t'appartiens' als 'Let it be me'. In 1981 lukte het Bécaud - samen met door Neil Diamond geschreven songs - de Amerikaanse hitparade te bereiken met 'Love On The Rocks'. In 1986 gaat Bécaud’s musical Madame Roza in première in Londen.
<br/>Ook in ons land was Gilbert Bécaud populair. Zelfs bij zijn laatste Nederlandse optreden in 1998, als 71-jarige, werd hij nog geprezen om zijn vitaliteit. Hij weigerde gemakzuchtig zijn klassiekers af te draaien en gaf zich altijd volledig, net als in zijn beginjaren, toen hij als een 'kunstzinnige storm' (zoals een recensent het noemde) over het podium raasde. De combinatie van zijn Franse chansons en zijn grote gevoel voor amusement en show, vormde ook hier de basis van zijn succes.
==Vernieuwingen==
Zo rond 1960 was Gilbert Bécaud internationaal een van de meest gevierde artiesten die duizenden mensen naar zijn concerten trok. Ook in zijn eigen land was hij een grote ster. In 1960 werd hem - voor zijn zang en zijn chansons - de prestigieuze “Grand Prix du Disque” toegekend.
<br/>Ook in 1960 jaar componeerde Bécaud, die altijd experimenteerde met nieuwe ideeën, de kerstcantate “L’Enfant à l’étoile”. De cantate werd op kerstavond van 1960 opgevoerd in Parijs in de kerk Eglise Saint-Germain-l’Auxerrois en het trok tienduizenden kijkers bij de live uitzending op de Franse televisie.
<br/>Aangemoedigd door zijn succes met de kerstcantate in 1960 ging Bécaud in 1962 een nog grotere uitdaging aan. Hij zette zijn eerste opera - naar een tekst van Pierre Delanoé, Louis Amade en Jacques Emmanuel - op het podium. Hij had er verschillende jaren aan gewerkt, en er heel tijd en geld in gestoken.
De opera met de titel “L’Opéra d’Aran” had zijn première op 25 oktober 1962 in het Théâtre des Champs-Elysées in Parijs. Het orkest, onder leiding van de beroemde Franse dirigent Georges Prêtre, gaf een briljante uitvoering van Bécaud’s werk. De opera werd geprezen door de critici en was ook commercieel gezien een groot succes. Tot op de dag van vandaag wordt “L’Opéra d’Aran” internationaal nog steeds uitgevoerd.
==Persoonlijk leven==
Gilbert Bécaud trouwde twee keer en werd vader van vijf kinderen. Ook adopteerde hij nog een meisje uit Laos. Hij verdeelde zijn tijd tussen zijn huis op Corsica, woonboot Aran in de Seine in Parijs en een boerderij in de Poitou.
<br/>In 1997 werd er voor het eerst kanker geconstateerd bij de zanger. Na een voorlopig herstel trad in 1999 toch weer longkanker op. Onvermoeibaar vervolgde Bécaud  zijn hectische leven. Ondanks zijn steeds slechter wordende gezondheid blijft hij veelvuldig optreden en chansons opnemen. Zijn grote liefde voor drank, sigaretten en vrouwen behoudt Bécaud tot aan zijn dood.
[[Afbeelding:Tombeau.jpg|thumb|400px|right|'''Graf van Gilbert Bécaud op Cimetière du Père-Lachaise in Parijs''']]
Zijn zeventigste verjaardag vierde hij in 1997 groots met een serie concerten in l'Olympia, waar hij bijna heel zijn carrière optrad. Van zijn ziekte was tijdens die optredens weinig te merken. Zijn laatste album 'Faut faire avec' verscheen in 1999; voor volgend jaar stond nog een nieuwe album gepland, maar door zijn ziekte kwam hij niet meer aan componeren toe.
<br/>Bécaud verklaarde ooit, dat de dood hem geen angst bezorgde. ‘De pijn van het sterven, dáár ben ik bang voor, maar de dood zelf niet. Al sinds ik geboren ben weet ik dat ik dood zal gaan. Dat interesseert me nu niet. Al sinds ik geboren ben weet ik dat ik dood zal gaan. Dus de dood is niks nieuws voor me. Ik heb ook geen enkel idee over de dood of over een leven na de dood. Dat interesseert me nu niet.'
<br/>Op 18 december 2001 overlijdt Gilbert Bécaud op 74-jarige leeftijd in zijn woonboot in Parijs. De condoleances stroomden van over de hele wereld binnen. Vele internationale grote sterren woonden op 21 december 2001 zijn begrafenis bij in de ''Église de la Madeleine'' in Parijs.
<br/>Hij ligt begraven op het ''Cimetière du Père-Lachaise'' in Parijs, waar zovele andere beroemdheden liggen<sup>2)</sup>.
<br/>Zijn fans zullen Gilbert Bëcaud herinneren als een charismatisch chansonnier die - met een glas whisky Chivas Regal in de ene hand en een sigaret Gauloise in de andere - zijn publiek trakteerde op een avondje authentiek Frans temperament en levenskunst.
{{Bron|bronvermelding=
:*<sup> 1)</sup>Vidalin werd later een veel gevraagde tekstschrijver, die voor bekende chansonniers als : Michel Fugain, France Gall, Juliette Gréco, Françoise Hardy, Mireille Mathieu en, Michel Sardou teksten heeft geschreven.
:*<sup> 2)</sup> Cimetière du Père-Lachaise herbergt vele beroemdheden. Te denken valt hierbij aan de schrijver [[Marcel Proust]], de schilder [[Karel Appel]], de toneelspeelster [[Sarah Bernhardt]], de componist en pianist [[Frédéric Chopin]], en de chansonnière [[Édith Piaf]], en nog vele anderen.
:*[https://www.youtube.com/watch?v=TilQ8BIHisw '''Nathalie door Gilbert Bécaud''' op YouTube]]
}}
[[Categorie:Frans zanger]]
[[Categorie:Frans singer-songwriter]]
[[Categorie:Poëzie]]
[[Categorie:Componist]]




Regel 412: Regel 269:
<br/>  
<br/>  


{{Infobox Bmoc}}




Regel 720: Regel 578:
:.....''dat hij al tekenen waarneemt, dat in de nabije toekomst '''Het Kralenspel'''  
:.....''dat hij al tekenen waarneemt, dat in de nabije toekomst '''Het Kralenspel'''  
: ''als eerste verloren zal gaan.''
: ''als eerste verloren zal gaan.''
</font>
|}
{{infobox}}
|
<font color=blue>
<big>
:.....dat hij al tekenen waarneemt, dat in de nabije toekomst '''Het Kralenspel'''
: als eerste verloren zal gaan.
</big>
</font>
</font>
|}
|}
Regel 853: Regel 701:


sin a = sin 32  + 18 + {{vbreuk|44|60/60}} = sin 32,3122  
sin a = sin 32  + 18 + {{vbreuk|44|60/60}} = sin 32,3122  
Het eerste voorbeeld is ook als volgt toe te lichten: als men twee taarten elk in vier even grote stukken snijdt, resulteert dat in acht stukken. Ook het delen van breuken is zo te beschrijven: als men {{nowrap|anderhalve ({{breuk|1|1|2}} {{=}} {{breuk|3|2}})}} euro uitgeeft aan artikelen die een halve euro per stuk kosten, krijgt men drie van die artikelen, want {{nowrap|{{vbreuk|3|2}} : {{vbreuk|2}} {{=}} {{vbreuk|3|2}} × {{vbreuk|2|1}} {{=}} {{vbreuk|3 × 2|2 × 1}} {{=}} 3}}.





Huidige versie van 9 okt 2019 om 19:23










Jean Cocteau

Jean Cocteau in 1923

Jean Maurice Eugène Clément Cocteau (Maisons-Laffitte, 5 juli 1889 – Milly-la-Forêt, 11 oktober 1963) was een Frans dichter, romanschrijver, toneelschrijver, schilder, ontwerper en filmmaker. Cocteau heeft in zijn leven enorm veel geschreven en geproduceerd, en was thuis in bijna alle kunstvormen en was één van de belangrijkste personen binnen het surrealisme.
Zijn bekendste werken zijn het boek Les Enfants terribles (1929), het toneelstuk Les parents terribles en de film La Belle et la Bête (1946).
Cocteau is een tot de verbeelding sprekend kunstenaar. Maar meer nog dan om zijn werk was Cocteau bekend om zijn opmerkelijke leven. Hij omgaf zich met beroemdheden als Sergei Diaghilev van de Ballets Russes, de zangeres Edith Piaf en de schilder Pablo Picasso, en hij raakte geregeld in opspraak vanwege zijn homoseksualiteit en zijn drugsgebruik.

Afkomst en jeugd

Jean Cocteau, zoon van Georges en Eugénie Cocteau, werd op 5 juli 1889 geboren in Maisons-Laffitte, in het noordwesten van het stedelijk gebied van Parijs. Het echtpaar had al twee kinderen: Marthe, geboren in 1877 en Paul, geboren in in 1881.
Het gezin woonde in de winter samen met hun grootouders van moederszijde in een herenhuis in Parijs en in de zomer in Maisons-Laffitte.
Zijn familie was van een solide Parijse bourgeoisie: gecultiveerd, rijk en geïnteresseerd in muziek, schilderkunst en literatuur. Zijn vader - een jurist - tekent uit liefhebberij en op jonge leeftijd begint Jean dat ook te doen. Zijn grootvader is een muziekliefhebber die muzikale sessies in het huis organiseert.

Zijn familie was van een solide Parijse bourgeoisie: gecultiveerd, rijk en geïnteresseerd in muziek, schilderkunst en literatuur

Jean was een verwend maar nerveus kind. Hij had een grillig karakter en was vaak ziek.
De vroegste herinneringen van Cocteau hadden te maken met het theater in populaire vormen, zoals het circus en het ijspaleis, en met serieuze theaters, zoals de tragedies die werden uitgevoerd bij de Comédie-Française.
Op 5 april 1898 - als Jean 9 jaar oud is - pleegt zijn vader zelfmoord. De reden daarvoor is nooit opgehelderd. Het bleef een duister raadsel dat hem altijd blijft achtervolgen en grote invloed op Cocteau heeft uitgeoefend.
In het voorjaar sterft grootmoeder Lecomte. De grootvader blijft bij zijn dochter wonen. Hij zorgt voor Jean en neemt hem elke zondag mee naar concerten op het conservatorium. Op de Wereldtentoonstelling in Parijs van 1900 is Cocteau vol ontzag voor de dansvoorstellingen.
Na een periode van basisonderwijs - die in alle opzichten onder het gemiddelde lag en vaak werd onderbroken door slechte gezondheid - begint hij zijn eerste jaar op de middelbare school aan de Lycée Condorcet. Hij blinkt uit in slechts drie onderwerpen: tekenen, gymnastiek en Duits. Zijn leraren vinden hem intelligent, maar inconsistent, onoplettend en rusteloos.

Eerste publicaties

De toneelspeler Edouard Max introduceerde de 17-jarige Cocteau in de elitewereld van Parijs. Hij organiseerde een séance rond Cocteaus poëzie, waardoor hij in één keer naam maakte. Zonder hem had Cocteau vast nog een lange weg te gaan gehad door al leurende bij uitgevers aan te kloppen.
Cocteau wordt wel gezien als het product van de jaren onmiddellijk voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog; jaren van verfijnde artistieke smaak, zonder politieke onrust. Er heerste een idealistische en optimistische geest in Europa. Die periode werd ook wel de roaring twenties genoemd.
Zijn echte verkenning van de wereld van het theater begon, toen hij met de Ballets Russes 1) in aanraking kwam, geleid door Sergei Diaghilev. Toen Cocteau de wens uitsprak om balletten te maken, daagde Diaghilev hem uit met: "Etonne-moi" ("Verras me").In 1911 schreef hij het libretto voor Le dieu bleu, een ballet voor de Ballets Russes.

Eerste Wereldoorlog

Toen de Eerste Wereldoorlog bezig was, wilde Cocteau het leger in, maar werd afgekeurd. Hij wist een burgerkonvooi te organiseren om aan de frontlinie gewonden op te halen, waarbij hij als chauffeur fungeerde. Dat hield hij vol tot 1917.
Midden in de oorlog kwam Cocteau met Parade uit, een avant-gardeballet, waarvoor onder anderen Pablo Picasso de decorstukken en de kostuums ontwierp en Erik Satie de muziek componeerde. Cocteau en Picasso sloten zich aan bij de groep Ballets Russes van Sergei Diaghilev in Rome om het ballet voor te bereiden. De première van de Parade vond plaats op 18 mei 1917 in het Théâtre de Châtelet. Het publiek en de critici waren meer overbluft dan geërgerd door de muziek van Satie en de sets en kostuums van Picasso. De moderne muziek, het decor, het verhaal; alles was modern en het publiek wist er nog geen raad mee.
Op 12 juli van dat jaar zijn Jean Cocteau, de dichter en schrijver Guillaume Apollinaire en de dichter, schrijver en schilder Max Jacob, getuigen bij het huwelijk van Pablo Picasso en Olga Koklova.

Kritiek

Op een gegeven moment schetst Cocteau in 1919 zijn eigen specifieke kunstgevoel. Ondanks zijn inspanningen om betrokken te worden bij de publicatie van een belangrijk document daarover, wordt Cocteau buitengesloten. In die tijd ook publiceert de schrijver André Gide - een Nobelprijswinnaar - een open brief aan Jean Cocteau in de Nouvelle Revue française waarin hij de dichtbundel Le Cap de Bonne-Espérance (Kaap de Goede Hoop) en het ballet Parade bekritiseert. In hetzelfde artikel citeert Gide Le Coq et le Arlequin (De haan en de harlekijn) als bewijs dat de dichter geen muzikale vaardigheden bezit. Cocteau reageert hierop fel in het literaire tijdschrift Les Ecrits nouveaux , waarop Gide natuurlijk terugschiet. Voor Cocteau sluit deze vervelende polemiek tijdelijk de deur naar de Nouvelle Revue française , waarvoor hij bijdragen leverde.

Productie

In 1920 ontmoet hij de zestienjarige Raymond Radiguet, wat uitgroeit tot een liefdesverhouding. In datzelfde jaar wordt Cocteau de verdediger en grote inspirator van jonge musici, die al snel bekendheid verwerven als de "Groupe de Six". Hij brengt juni en het grootste deel van juli door in Londen met Darius Milhaud om de Engelse productie van Le Bœuf sur le toit in het London Coliseum te verfijnen. In oktober komt Cocteau uit met het boek Thomas l'imposteur (Thomas de bedrieger), waar in 1964 ook een film van is gemaakt.
Op 12 december sterft Radiguet bij gebrek aan onvoldoende medische begeleiding aan tyfus. De totaal ingestorte Cocteau woont de begrafenis niet bij. Enige tijd later nemen Serge Diaghilev, Auric en Poulenc een radeloze Cocteau mee naar Monte-Carlo. Ze geven hem de raad om troost te zoeken in de opium, wat bij Cocteau tot verslaving leidt. Intussen werkt hij aan plannen voor het ballet Le Train bleu. In 1925, ondergaat Cocteau - op aandringen van vrienden - een behandeling voor zijn opiumverslaving in de Clinique des Thermes Urbains.

Een periode van intense creativiteit volgt waarin veel werk van hem wordt gepubliceerd

Een periode van intense creativiteit volgt waarin veel werk van hem wordt gepubliceerd. In het jaar daarna schrijft hij het libretto voor de opera-oratorium Oedipus Rex voor Stravinsky die vanaf half januari aan de muziek werkt. In mei 1927 was de première, waarbij het werk niet onverdeeld gunstig werd ontvangen. In december vond in de Galerie des Quatre Chemins een tentoonstelling van ongewone objecten en tekeningen plaats met de titel Poésie plastique (Gebeeldhouwde poëzie). Het was een eerste pogingen van Cocteau tot creatie van een moderne post-kubistische kunst in Frankrijk Op 16 december 1927 première van de opera Pauvre matelot (The Poor Sailor), met muziek van Darius Milhaud. Cocteau voltooit La voix humaine (The Human Voice) en schrijft Le Livre blanc (The White Book). Op 28 december gaat de opera Antigone in première in het Théâtre de la Monnaie in Brussel met muziek van Arthur Honneger. Eind november 1928 checkt hij in bij een kliniek in Saint-Cloud in voor een nieuwe poging tot afkicken. 1929 Maakt tekeningen, begint aan het boek Opium, journal d'une désintoxication en schrijft in drie weken Les Enfants terribles (Children of the Game), dat zeer gunstig wordt ontvangen. In het boek Opium beschrijft Cocteau's het herstel van zijn verslaving aan opium. Eind augustus 1931 blijkt hij besmet te zijn met tyfus en moet hij veertig dagen in een kliniek doorbrengen. Kort daarop begon hij weer met opium te roken. In 1933 ondergaat hij weer een kuur om daar van af te raken. Terwijl ze audities houden voor Oedipus Rex, merkt Cocteau Jean Marais op, en geeft hem een rol in het koor.

Cineast

Cocteau debuteerde pas op de relatief late leeftijd van 41 jaar als cineast. Cinema was destijds nog relatief jong, maar de regels van het medium leken al vast te liggen. Cocteau ging echter dapper en volstrekt autodidact zijn eigen koers, en heeft vervolgens een klein maar interessant oeuvre bij elkaar gefilmd. Zijn films worden tegenwoordig nog steeds bekeken en gewaardeerd vanwege hun unieke stijl en sfeer. La Belle et la Bête, Orphée en andere films waren succesvol De film Orphée uit 1950 wordt algemeen beschouwd als zijn meesterwerk. Het is een zichzelf mythologiserend portret van de gekwelde kunstenaar, die te kampen heeft met innerlijke demonen, zijn schrijverschap, liefde, dood en de confrontatie met zijn publiek.

Laatste jaren

Tijdens de herfst van zijn leven leidt Cocteau een betrekkelijk rustig bestaan. Hij komt met name in het nieuws door zijn toetreding tot de Académie Francaise in 1955 en de fresco’s die hij schildert in plaatsen aan de Côte d’Azur.
Hoewel hij op hoge leeftijd is, komt zijn dood toch nog vrij onverwacht. In oktober 1963 serft hij in Milly-la-Forêt. Cocteau ligt begraven in het kleine kapelletje van Milly-la-Forêt, een dorpje nabij Fontainebleau. Je reste avec vous staat in guirlande-schrift op zijn graf geschreven.

Bronvermelding

Bronnen, noten en/of referenties:

  • 1) De Ballets Russes was een balletgezelschap uit Rusland, gesticht door Sergej Djagilev. Tussen 1909 en 1929 traden de Ballets Russes op in tal van westerse landen.
rel=nofollow














Dit is een artikel uit de serie:
Bekende melodie,
onbekende componist
Si j'etais Roi
Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5
Le Calife de Bagdad
On hearing the first Cukoo in Spring
Berceuse de Jocelyn
Plaisir d' Amour
Die lustigen Weiber von Windsor
De Urendans, La Giaconda
Dona Diana, Moretto









































































Dit is een artikel uit de serie:
Bekende melodie,
onbekende componist
Si j'etais Roi
Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5
Le Calife de Bagdad
On hearing the first Cukoo in Spring
Berceuse de Jocelyn
Plaisir d' Amour
Die lustigen Weiber von Windsor
De Urendans, La Giaconda
Dona Diana, Moretto




Dit is een artikel uit de serie:
Bekende melodie,
onbekende componist
Si j'etais Roi
Menuet, Kwintet opus 13, nr. 5
Le Calife de Bagdad
On hearing the first Cukoo in Spring
Berceuse de Jocelyn
Plaisir d' Amour
Die lustigen Weiber von Windsor
De Urendans, La Giaconda
Dona Diana, Moretto


























||i=1 |}




 
Ψ (x⃗,t)

















De stad Montfort-L'Amaury in eerbetoon aan Maurice Ravel die in dit huis van 1921 tot 1937 woonde Ravel se fixa à Montfort-l'Amaury en 1921. Sa maison, le Belvédère, conservée en l'état selon la volonté de son frère, abrite un musée depuis 1971 et fait l’objet d’une inscription auprès des monuments historiques depuis 199459. Français : Maison dite du Belvédère de Maurice Ravel à Montfort-l'Amaury (Yvelines, France) Date 20 November 2006 Source Cliché personnel, own work Author ℍenry Salomé (Jaser !) 08:17, 21 November 2006 (UTC) Object location 48° 46′ 34.28″ N, 1° 48′ 19.4″ E Kartographer map based on OpenStreetMap. View this and other nearby images on: OpenStreetMap - Google Earth info Licensing[edit] The copyright holder of this work, hereby publish it under the following licenses: GNU head Permission is granted to copy, distribute and/or modify this document under the terms of the GNU Free Documentation License, Version 1.2 or any later version published by the Free Software Foundation; with no Invariant Sections, no Front-Cover Texts, and no Back-Cover Texts. A copy of the license is included in the section entitled GNU Free Documentation License.


























OPVS FUNDATUM VATICANVM
Josephvs Ratzinger - Benedictvs XVI
- Cooperatores Veritatis -

OPUS FUNDUM VATICANUM
Josephus Ratzinger - Benedictus XVI
- Cooperatores Veritatis -









Priemgetallen blijken niet zo willekeurig te zijn als men eerder had aangenomen.



span>

Ook in de bioscoop werden antifascistische acties uitgevoerd

|}


Enkele breuken hebben een eigen naam:

  • 12

≈12  1 /1 = 1

  • 2 0 /12 = 1
  • 2 1 /12 = 1,059463094
  • 2 2 /12 = 1,122462048


 x /4

 L /C 


Zijn eerste composities schreef Elgar voor amateurs.

"Heeft men een goed boek uitgelezen, dan is het alsof men van een goede vriend afscheid neemt."

Het ballet veroorzaakte een enorm schandaal.


Priemgetallen blijken niet zo willekeurig te zijn als men eerder had aangenomen.

Op een gegeven moment stelt hij vast,

dat het een verloren zaak is.


Een streamer bevat een zeer korte
tekst van twee of drie regels.

  • Het schrijven van de Magister Ludi aan de Pedagogische Dienst

|}

.....dat hij al tekenen waarneemt, dat in de nabije toekomst Het Kralenspel
als eerste verloren zal gaan.


{{Overline| (12)}} om ergens een lijntje boven te trekken
{{Overline|24}}

12
24


12
--
24

Breuken

 
Bestand:Rmath.png 
 


Als dit in een zin staat






a bc: a b/c (geheel getal, teller en noemer) ab: a/b (teller en noemer) 1a: 1/a (alleen noemer)

12
--
24


{{Overline|a}}



12
24



a



{{Overline|24}}

12
24

Sjabloon:I =vbreuk
In deze theoretische verhandeling, wordt de vergelijking: S =  A /L geïntroduceerd.
Hierbij is:

  • S de stroom
  • A de spanning
  • L de weerstand

Later zijn deze letters vervangen door de huidige notatie: I =  U /R

sin α = sin 32 0 + 18 + [ ( 44 ) / 60 ) / 60 ] = sin 32,3122 0 = 0,5345 24

Schrijfwijze

Het hoofdtelwoord geeft de teller van een breuk weer, het rangtelwoord de noemer.

  •  1 / 5  een vijfde,  7 /10 zeven tiende, 1  2 /6 een twee zesde.
  • 11  1 /5 elf en een vijfde, elf een vijfde, of elf gehelen en een vijfde.

Enkele breuken hebben een eigen naam:


Een derde lijkt een eigen naam te hebben. Het is als breuk een "gewone" combinatie (derde is het rangtelwoord van drie):

  •  1 / 3  een derde (dus niet eenderde)
  •  2 /3 twee derde.

 sina /cosa

  •  30-10 /5

 60 /24/60

Rv =  1 /1R1 + R2 +......Rn


 1 / 5 

 - /x(t)


x(t) = v • t + x0 =  dx /dtt + x0


 y(p) /x(p) =  K • G(p) /1 + [K • G(p) • H(p)]


sin α = sin 32 0 + 18 + [ ( 44 ) / 60 ) / 60 ] = 0 = 0,5345 24

sin a = sin 32 + 18 +  44 /60/60 = sin 32,3122



Groter

Op een gegeven moment meent hij, dat hij de zin van het Spel dicht is genaderd, maar denkt toch dat hij dit niet tot zijn beroep moet maken.

23 • 60 • 60 = 82.800


128 4/ 7 0 achtenveertig achtenveertig

  • P = U • I • cos φ
  • P = 3U f • I f • cos φ

waarbij:

  • U f = U fase en I f = I fase
  • P = 3 U fase• I fase • cos φ
Moon River, Goodnight Moon, Moon Cloud, Dark of the Moon




































Δ BCD ~ Δ ABC


Franciscus 7 feb 2015 12:31 (CET)