Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Verbintenis uit de wet

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Verbintenis uit de wet is een term uit het verbintenissenrecht waarmee wordt bedoeld een verbintenis die ontstaat tussen twee of meer personen als gevolg van een bepaalde gebeurtenis of handeling (een rechtsfeit), waarbij de wet zelf aan die gebeurtenis of handeling het ontstaan van een verbintenis toekent. Het grote verschil met de andere soort verbintenis, die ontstaat door het sluiten van een overeenkomst is dat er bij de verbintenis uit de wet geen sprake is van het vrijwillig en opzettelijk aangaan van de verbintenis door een rechtshandeling. Dat brengt mee dat de wet zelf regels geeft over de rechten en plichten van de betrokken personen. In tegenstelling tot de regels voor de overeenkomst, die vaak van regelend recht zijn, geldt bij deze soort verbintenis dat de wettelijke regels van dwingend recht zijn.

Het begrip verbintenis uit de wet wordt in diverse rechtssystemen toegepast, waaronder het Nederlandse.

Situatie in Nederland

Rechtsfeitenschema Nederlands privaat- en publiekrecht
Feiten (gebeurtenissen, omstandigheden, handelingen, tijdsverlopen)
Rechtsfeiten
(gebeurtenissen, omstandigheden, handelingen, tijdsverlopen met rechtsgevolg)
Blote feiten

(gebeurte- nissen, omstandig- heden, menselijke hande- lingen, tijds- verlopen zonder rechts- gevolg)
Menselijke handelingen met rechtsgevolg Blote rechtsfeiten

(feiten met rechts- gevolg, zijnde
geen menselijke hande- lingen)

verjaring overlijden geboorte naburigheid
Rechtshandelingen

(menselijke handelingen met beoogd rechtsgevolg)
Feitelijke handelingen

(menselijke handelingen met niet-beoogd rechtsgevolg)
Eenzijdige rechtshandelingen Meerzijdige rechtshandelingen Onrechtmatige daad

veroorzaken ongeluk, gevaarzetting

en/of

Strafbaar feit

moord, doodslag, diefstal
Rechtmatige daad

zaakwaar- neming, ongerecht- vaardigde verrijking, onverschul- digde betaling
Eenzijdige privaatrechtelijke rechtshandeling Eenzijdige publiek- rechtelijke rechts- handeling

wetgeving besluit met algemene strekking, beschikking, vonnis
Meerzijdige privaatrechtelijke rechtshandeling Meerzijdige publiek- rechtelijke rechts- handeling

afspraak tussen overheids- organen
Gerichte eenzijdige privaat- rechtelijke rechts- handeling

aanbod, aanvaarding, opzegging arbeids- overeen- komst
Ongerichte eenzijdige privaat- rechtelijke rechts- handeling

wilsbe- schikking, verwerping/ aanvaarding erfenis
Privaatrechtelijke overeenkomsten Overige privaat- rechtelijke meer- zijdige rechts- hande- lingen
Verbintenisscheppende obligatoire overeenkomst Goederen rechtelijke overeen- komst

levering, cessie
Bevrijdende liberatoire overeen- komst

kwijt- schelding, afstand
Familie- rechte- lijke overeen- komst

huwelijks- overeen- komst
Overige overeen- komsten
Wederkerige overeen- komst

koop, huur
Eenzijdige overeen- komst

schenking

Onrechtmatige daad

Veruit de belangrijkste verbintenis uit de wet is de onrechtmatige daad. Zelfs zo belangrijk dat de andere verbintenissen uit de wet omschreven worden als verbintenissen uit andere bron dan onrechtmatige daad of overeenkomst (zie titel 4 van boek 6 BW en art 6:162 BW).

De wettelijke regeling van de onrechtmatige daad is bij de invoering van het Nieuw BW in Nederland aanzienlijk uitgebreid. Naast een algemene regeling voor de onrechtmatige daad kent de wet nu uitgebreidere regeling voor de aansprakelijkheid voor zaken en personen, een regeling voor product-aansprakelijkheid, voor misleidende reclame en voor aansprakelijkheid bij het elektronisch rechtsverkeer. Voor een deel betreft dit overigens de vertaling van Europees recht.

Rechtmatige daden

Naast onrechtmatige daden kent de wet ook rechtmatige daden die een verbintenis uit de wet kunnen opleveren. Hieronder valt: Zaakwaarneming (art. 6:198 en volgende BW), onverschuldigde betaling (art.6:203 en volgende BW), ongerechtvaardigde verrijking (art. 6:212 BW)

Zaakwaarneming

art:6:198 e.v. BW Met zaakwaarneming wordt bedoeld het bewust behartigen van het belang van een ander, zonder dat daaraan een overeenkomst ten grondslag ligt. Ter verduidelijking een voorbeeld. Als de buren met vakantie gaan en zij spreken met je af dat jij tijdens de vakantie de planten verzorgt, is er geen sprake van zaakwaarneming, want er is een afspraak overeenkomst. Als de buren een avond wegzijn en er breekt een noodweer uit waardoor er bij de buren schade dreigt te ontstaan en jij neemt maatregelen om die schade te voorkomen of te beperken, dan is er sprake van zaakwaarneming.

Onverschuldigde betaling

6:203 e.v. BW – De wet spreekt over onverschuldigde betaling als zonder rechtsgrond een goed aan een ander is gegeven. Is daar van sprake dan kan dat goed, als onverschuldig betaald, worden teruggevorderd. Een simpel voorbeeld geeft de bekende kanskaart van Monopoly: een vergissing van de bank in uw voordeel. Als de bank een vergissing maakt dan zal de bank geneigd zijn om die vergissing zonder dat je dat merkt, terug te draaien, juridisch gezien mag dat niet. In juridische zin heeft de bank een vordering uit onverschuldigde betaling.

Het voldoen aan een natuurlijke verbintenis is geen onverschuldigde betaling, en kan dus niet worden teruggevorderd. Zie het arrest Goudse bouwmeester.

Ongerechtvaardigde verrijking

Ongerechtvaardigde verrijking lijkt op onverschuldigde betaling. Bij onverschuldigde betaling is er sprake van twee partijen, diegene die heeft betaald vordert terug van degene waaraan hij onverschuldigd heeft betaald. Bij ongerechtvaardige verrijking gaat het om situaties waarbij een derde profiteert en zonder redelijke grond verrijkt wordt. Bijvoorbeeld door de wanprestatie van een partij. In Nederland werd een verbintenis door ongerechtvaardigde verrijking voor het eerste erkend in 1959 in het Quint/Te Poel arrest. Stel, ik ben eigenaar van een stuk grond. Mijn broer vraagt aan een aannemer om op die grond een huis te bouwen. Vervolgens kan of wil mijn broer de aannemer niet betalen. Ik heb geen overeenkomst met die aannemer, zodat deze niet krachtens overeenkomst zijn geld bij mij kan innen. Omdat het huis op mijn grond staat ben ik door natrekking eigenaar van het huis geworden. Omdat de grond met huis meer waard is dan zonder huis ben ik 'verrijkt'. De aannemer kan dan op grond van ongerechtvaardigde verrijking mij aanspreken. Deze verbintenis werd later neergelegd in artikel 6:212 Burgerlijke Wetboek (BW).

Wanprestatie, in de zin van te kortkoming in de nakoming zoals omschreven in art. 6:74 BW, van een partij is echter niet noodzakelijk. Bijvoorbeeld in Van der Tuuk Adriani/Batelaan is een vordering op grond van ongerechtvaardigde verrijking succesvol omdat een concurrent, volledig rechtmatig, een vergunning krijgt terwijl de vergunning van de eiser was ingetrokken.

Zie ook