Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.
- Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
- Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
Gebruiker:Franciscus/kladblok
== Deelonderwerp[
http://www.example.com koppelingstekst
'''Voer hier de niet op te maken tekst in''''''''Vetgedrukte tekst''[[[Onderwerp]]]'''] ==
Deelonderwerp ==
Deze pagina gebruik ik om nieuwe artikelen even op te bergen en te bewerken, vóórdat ik ze als bijdrage op Wikisage zet. Ook kan ik hier enkele geheugensteuntjes kwijt.
Franciscus 4 feb 2009 14:55 (UTC)
Materiaal voor kunstschilders
Schildermateriaal is materiaal dat een kunstschilder gebruikt, zoals olieverf, acrylverf, linnen, pigment, olie, terpentijn, bindmiddel, emulgator, en natuurlijk de nodige gereedschappen en hulpmiddelen.
Gereedschappen en hulpmiddelen
Zoals bij elk handwerk heeft een kunstschilder gereedschappen nodig om te schilderen. De bekendste zijn de penseel en de kwast, en vaak ook een palet om de verf op te mengen. Verder gebruikt hij/zij ook vaak een paletmes. Daarmee kan de verf worden gemengd op het palet en aangebracht worden op het schildersdoek. Het doek is strakgespannen op een houten of aluminium spieraam.
Het schildersdoek staat meestal op een schildersezel, zodat de kunstschilder goed kan werken en afstand kan nemen om alles goed te kunnen bekijken.
Een schildersezel bestaat uit een houten standaard met een klemmechanisme om het doek of het paneel mee te bevestigen. Atelierezels zijn omwille van de stabiliteit veelal stevig en zwaar. Veldezels zijn meestal driebenig en zijn eenvoudig in te stellen en te demonteren.
Penselen en kwasten
De benaming "penseel " is afkomstig van het Latijnse "penicillum", dat borsteltje betekent. Het penseel is zeer waarschijnlijk het oudste schildersgereedschap en is een van de belangrijkste gereedschappen van de kuntschilder. Het is dan ook van groot belang de juiste penselen te kiezen. Ze zijn er in diverse maten, types en haarsoorten. Van hoogwaardige, handgemaakte penselen van roodmarterhaar, geitenhaar, eekhoornhaar, dassenhaar
varkenshaar of iltishaar, afkomstig van de Russische poolkat, tot sterke haren die gemaakt zijn van synthetische vezels als nylon. Soms bestaan de haren uit een mengsel van synthetische en natuurlijke haren.
Een veel gebruikte kwast is de Spalter. Een spalter is een grote platte borstel, perfect voor olie- en acrylverf en -vernissen of voor het aanbrengen van grote oppervlakken. Daarbij is elke type brede kwast optimaal aangepast aan zijn speciale toepassingen en aan de individuele eisen van de kunstenaar.
- Elke soort verf vraagt zijn eigen penselen en kwasten en elke techniek zijn eigen haarsoort en vorm.
Verfsoorten
Verf bestaat in zijn meest pure vorm voornamelijk uit twee bestanddelen: een kleurende stof ( pigment ) en een bindmiddel. De keuze van bepaalde pigmenten geven de verf niet alleen kleur maar bepalen ook de mate van transparantie en lichtechtheid van de kleur.
Het bindmiddel is samen met de pigmenten het belangrijkste onderdeel van verf. Het zorgt ervoor, dat de pigmentdeeltjes aan elkaar en aan de ondergrond hechten. Vroeger werd als bindmiddel altijd lijnolie gebruikt, maar in deze tijd zijn er allerlei synthetische bindmiddelen ontwikkeld.
De meest gebruikte en belangrijkste verfsoorten die de kunstschilder gebruikt zijn:
- Olieverf
- Acrylverf
- Aquarelverf
- Alkydverf
- Gouache + Tempera
- Pastelkrijt
- Waterverf + Inkt
Verder worden ook deze soorten veelvuldig toegepast:
- Fixatieven + vernissen
- Zeefdrukverf
- Spuitverf
- Structuurpasta’s + Gel
- Maskeervloeistof
- Gesso
Doek
Elke schildering of tekening wordt uitgevoerd op een drager of een ondergrond. Dragers kunnen star zijn, zoals een houten paneel, of flexibel, zoals papier, schilderslinnen of doek, als katoen, canvas of jute.
Doek moet voor gebruik eerst op spielatten worden gespannen om een stevige drager te worden. De spielatten vormen de basis voor het doek. Vroeger moest de schilder zo'n spieraam zelf in elkaar zetten en het doek erop spannen, maar tegenwoordig is dit al door de fabrikant uitgevoerd. Bij bijzondere afmetingen moet de schilder toch weer dikwijls zelf weer het spieraam monteren.
In doeken is een duidelijk kwaliteitsverschil aanwezig, wat in de prijs is terug te vinden.
Als regel wordt het katoen of het linnen geprepareerd met een paar lagen universele witte primer, waardoor de doeken geschikt zijn voor alle verfsoorten, als olieverf, acryl, gouache, tempera en collage.
Bij goede doeken zijn de hoeken strak afgewerkt, zodat ook de zijkanten in het werk opgenomen kunnen worden.
Papier
De benaming papier stamt van de papyrusplant. Deze plant gebruikten de Egyptenaren reeds 4000 jaar voor Christus al om papier van te maken.
Papier wordt tegenwoordig gemaakt van natuurlijke grondstoffen zoals hout, bamboe of riet.
Karton is papier dat bestaat uit een aantal lagen. We noemen papier karton als het gewicht meer dan 179 gram per vierkante meter is.
Kunstenaars gebruiken papier en karton veelvuldig om hun schilderingen vorm te geven. Voor kunstenaars is het een grondstof met haast onbegrensde mogelijkheden.
Er zijn vele soorten papier en karton voor kunstenaars. Papier voor tekenen, aquarel, acryl en verschillende druktechnieken zoals etsen en linodruk. Een bijzondere papiersoort is handgeschept aquarelpapier, gemaakt uit 100% katoen. Aquarelleren met dit papier levert prachtige resultaten op, waarbij als extra nog geldt, dat dit kunstenaarspapier een buitengewone weerstand tegen veroudering bezit.
Potloden, houtskool en schetsblokken
• Acrylpapier
• Aquarelpapier
• Pastelpapier
• Rollen tekenpapier
• Schets en tekenpapier
• Schetsboeken
• Transparant papier
• Tekenblokken
Tekenen en ontwerpen vormen de basis van menig kunstwerk. Meestal zijn tekenmaterialen als potlood of houtskool makkelijker te hanteren dan verf en penselen, maar ook bij het ontwikkelen van voorstudies. Potloden worden veel voor het maken van studies gebruikt, maar tegenwoordig worden ook tekeningen in potlood steeds meer gewaardeerd
Een potlood is een soort schrijf- en tekengerei. Potloden bestaan uit een tekenstift van klei en grafiet in een houten omhulsel. Er zit dus geen lood in. Het mengsel voor de stift wordt in een oven gebakken. Veel klei en weinig grafiet geeft een hard potlood, veel grafiet en weinig klei geeft een zacht potlood.
De verhouding tussen klei en grafiet bepaalt de hardheid: hoe meer klei, hoe harder het potlood. Er zijn vele soorten en kwaliteiten in kleurpotloden. De verschillen zijn te merken in de hardheid, oplosbaarheid en kleurechtheid.
Weet jij bijvoorbeeld het verschil tussen een H-potlood en een B-potlood? In dit artikel leg
Hoe zit het met de hardheid van potloden?
Vaak wordt er over de hardheid van een potlood gesproken. Wat betekent dit eigenlijk? De hardheid van het potlood heeft te maken met de hoeveelheid grafiet in het potlood.
Om de verhouding grafiet/ klei aan te duiden, is er een code bedacht. Op elk potlood zie je letters, soms met een getal staan. De letters die je kunt tegenkomen zijn: H, B en F. Een “H” betekent “hard”, de “B” betekent “black”(zwart), de “F” betekent “firm” (sterk) of “fine point”. Het getal geeft de gradatie van de “H” of “B” aan. Hieronder de betekenis van de code:
H-, 2H-, 4H-, 6H-potloden
De “H” staat voor “hard”. H-potloden zijn harde potloden. Ze geven weinig grafiet af. Hoe hoger het getal voor de “H”, hoe minder grafiet het potlood heeft en hoe harder het potlood is.
Deze harde potloden gebruik je voor het erg gedetailleerde werk en om mee te schetsen.
2B-, B-, HB-, F-potloden
De “B” staat voor “black” en betekent “zwart”. De “F”staat voor “firm” en betekent “sterk”. Hoe hoger het getal voor de “B”, hoe zwarter het potlood.
2B-, B-, HB-potloden en het F-potlood zitten tussen hard en zacht in. Hierbij is het F-potlood het hardst en de 2B het zachtst. Deze hardheden kan je gebruiken om lichte schetsen mee te maken. De 2B wordt heel veel gebruikt bij het tekenen met potlood.
8B-, 7B-, 6B-, 4B-potloden
De B-potloden met hoog cijfer tekenen heel zwart. Ze hebben veel grafiet. Potloden die veel grafiet bevatten, zijn ook zacht. De punt wordt snel stomp. Een 8B-potlood zal veel sneller kort worden dan een H-potlood. 8B-, 7B-, 6B- en 4B-potloden worden gebruikt voor schaduwen en om schetsen mee in te kleuren.
◾Hoe hoger de B, hoe donkerder hij tekent. Dit is vooral geschikt voor schaduwen en om extra contrast aan te brengen.
◾Hoe hoger de H, hoe lichter hij tekent. Dit is vooral geschikt om heel licht mee te schetsen.
Houtskool
Verkoolde takjes waarmee je kunt tekenen. Vooral voor grote schetsen. Laat zich makkelijk verwijderen.maar doordat het zwart afgeeft en dan sterk aan zijn ondergrond bindt, leent het zich ook voor artistieke doeleinden als tekenen. Houtskool: verkoold hout dat een diepzwarte lijn geeft en vaak gebruikt wordt voor een ruwe tekening of schets
Acrylpapier
Aquarelpapier
Foamboard
Olieverfpapier
Papier handgemaakt
n F⃗ = ∑ F⃗i i=1
Ψ (x⃗,t)
Hefboom (kracht)
De tegencapaciteit bestaat bij dit type groundplane-antennes uit een drietal staven met een lengte gelijk aan ongeveer ¼ van de golflengte λ. De golflengte valt te berekenen uit:
Waarin:
- λ = golflengte (m)
- f = frequentie (hertz)
De groundplane-antenne werd ontwikkeld voor zend-ontvanginstallaties werkend in het frequentiegebied van 156 – 166 mHz. Bij een gemiddelde frequentie van 161 MHz betekent dit dus, dat de staven van de tegencapaciteit een lengte moeten bezitten van:
Aan de hand van diverse metingen werd hiervoor een lengte gekozen = 0,477 m = 47,7 cm. Ook de straler zou een dergelijke lengte moeten bezitten, doch wegens allerlei invloeden wordt hiervoor meestal 0,9 à 0,8 x genomen, Gekozen werd voor een lengte van 0,412 m = 41,2 cm.
De stad Montfort-L'Amaury in eerbetoon aan Maurice Ravel die in dit huis van 1921 tot 1937 woonde Ravel se fixa à Montfort-l'Amaury en 1921. Sa maison, le Belvédère, conservée en l'état selon la volonté de son frère, abrite un musée depuis 1971 et fait l’objet d’une inscription auprès des monuments historiques depuis 199459. Français : Maison dite du Belvédère de Maurice Ravel à Montfort-l'Amaury (Yvelines, France) Date 20 November 2006 Source Cliché personnel, own work Author ℍenry Salomé (Jaser !) 08:17, 21 November 2006 (UTC) Object location 48° 46′ 34.28″ N, 1° 48′ 19.4″ E Kartographer map based on OpenStreetMap. View this and other nearby images on: OpenStreetMap - Google Earth info Licensing[edit] The copyright holder of this work, hereby publish it under the following licenses: GNU head Permission is granted to copy, distribute and/or modify this document under the terms of the GNU Free Documentation License, Version 1.2 or any later version published by the Free Software Foundation; with no Invariant Sections, no Front-Cover Texts, and no Back-Cover Texts. A copy of the license is included in the section entitled GNU Free Documentation License.
- OPVS FUNDATUM VATICANVM
- Josephvs Ratzinger - Benedictvs XVI
- - Cooperatores Veritatis -
- OPUS FUNDUM VATICANUM
- Josephus Ratzinger - Benedictus XVI
- - Cooperatores Veritatis -
|
span>
- Ook in de bioscoop werden antifascistische acties uitgevoerd
|}
Enkele breuken hebben een eigen naam:
- √12
≈12 1 1 = 1
- 2 0 12 = 1
- 2 1 12 = 1,059463094
- 2 2 12 = 1,122462048
x 4
√ L C
|
|
|
|
Op een gegeven moment stelt hij vast,
dat het een verloren zaak is. |
---|
|
- Het schrijven van de Magister Ludi aan de Pedagogische Dienst
|}
|
|
{{Overline| (12)}}
om ergens een lijntje boven te trekken{{Overline|24}}
12
24
12
--
24
Breuken
Bestand:Rmath.png
Andere equivalente definities nemen de karakteristiek als het natuurlijk getal <math>n</math> zodanig dat <math>n\Z</math> de kern van een ringhomomorfisme van <math>\Z</math> naar <math>R</math> is, zodanig dat <math>R</math> een deelring isomorf met de factorring <math>\Z/n\Z</math> bevat, die de afbeelding van dat homomorfisme zou worden. De eisen van ringhomomorfismen zijn zodanig dat er slechts een homomorfisme van de ring van de gehele getallen naar enig andere ring kan zijn, in de taal van de categorietheorie is <math>\Z</math> het initiële object van de categorie van ringen. Ook hier volgt men de conventie dat een ring een multiplicatief identiteitselement heeft, en dat ring-homomorfismen het eenheidselement respecteren.
a b⁄c: a b/c (geheel getal, teller en noemer) a⁄b: a/b (teller en noemer) 1⁄a: 1/a (alleen noemer)
12
--
24
{{Overline|a}}
12
24
a
{{Overline|24}}
12
24
Sjabloon:I =vbreuk
In deze theoretische verhandeling, wordt de vergelijking:
S = A L geïntroduceerd.
Hierbij is:
- S de stroom
- A de spanning
- L de weerstand
Later zijn deze letters vervangen door de huidige notatie: I = U R
sin α = sin 32 0 + 18 + [ ( 44 ) / 60 ) / 60 ] = sin 32,3122 0 = 0,5345 24
Schrijfwijze
Het hoofdtelwoord geeft de teller van een breuk weer, het rangtelwoord de noemer.
- 1 5 een vijfde, 7 10 zeven tiende, 1 2 6 een twee zesde.
- 11 1 5 elf en een vijfde, elf een vijfde, of elf gehelen en een vijfde.
Enkele breuken hebben een eigen naam:
Een derde lijkt een eigen naam te hebben. Het is als breuk een "gewone" combinatie (derde is het rangtelwoord van drie):
- 1 3 een derde (dus niet eenderde)
- 2 3 twee derde.
sina cosa
- 30-10 5
60 24/60
- Rv = 1 1R1 + R2 +......Rn
1 5
- x(t)
x→(t) = v→ • t + x0→ = dx→ dt • t + x0→
y(p) x(p) = K • G(p) 1 + [K • G(p) • H(p)]
sin α = sin 32 0 + 18 + [ ( 44 ) / 60 ) / 60 ] = 0 = 0,5345 24
sin a = sin 32 + 18 + 44 60/60 = sin 32,3122
Het eerste voorbeeld is ook als volgt toe te lichten: als men twee taarten elk in vier even grote stukken snijdt, resulteert dat in acht stukken. Ook het delen van breuken is zo te beschrijven: als men anderhalve (1 1⁄2 = 3⁄2) euro uitgeeft aan artikelen die een halve euro per stuk kosten, krijgt men drie van die artikelen, want 3 2 : 1 2 = 3 2 × 2 1 = 3 × 2 2 × 1 = 3.
Groter
Op een gegeven moment meent hij, dat hij de zin van het Spel dicht is genaderd, maar denkt toch dat hij dit niet tot zijn beroep moet maken. |
23 • 60 • 60 = 82.800
128 4/ 7 0 achtenveertig achtenveertig
- P = U • I • cos φ
- P = 3U f • I f • cos φ
waarbij:
- U f = U fase en I f = I fase
- P = 3 U fase• I fase • cos φ
- Moon River, Goodnight Moon, Moon Cloud, Dark of the Moon
haiku (senryu, tanka, waka) en poëzie (met name haikus) waarin wordt gestreefd op impressionistische wijze de ware essentie te vangen.
Over de eindigheid van driehoeken
Inleiding
- Δ BCD ~ Δ ABC
Franciscus 7 feb 2015 12:31 (CET)