Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gust Valk

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Gustaaf (Gust) Adolph Valk, (Rotterdam 27 juni 1935 - 21 januari 1976) was een Nederlands beeldend kunstenaar, die gerekend mag worden tot de kunststroming Nouveau réalisme.

Over zijn leven voorafgaand aan zijn kunstenaarschap is vooralsnog vrij weinig bekend. Als kunstenaar is hij autodidact. In 1968 doet hij aanvraag voor een vermelding in de Pieter Scheen. Hij geeft op het vragenformulier aan dat zijn kunstrichting non-figuratief is met uiteenlopende onderwerpen. Hij is geen lid van een schildersgenootschap of organisatie, en is dan pas kort met zijn kunst in het openbaar getreden met een tentoonstelling begin 1968 in galerie CCC te Vlaardingen.

Zijn carrière schiet in korte tijd de lucht in. Er volgen in een paar jaar tijd vele exposities in o.a. Galerie CCC, Galerie punt 4, Galerie Bint, Galerie Sok (Stichting Openbare Kunst), Salon van de Maassteden, het Stedelijk Museum Schiedam, Het Dordrechts Museum, het lijnbaancentrum en Galerie Gee.

In 1971 keert hij terug in galerie CCC waar hij dan centraal staat in een solo-expositie met zijn transplantatie objecten. De galerie heeft inmiddels werken van o.m. Alechinsky, Corneille, Constant Anton Nieuwenhuys, Lucio Fontana, Gubbels, Asger Jorn, Lucebert, Piet Ouborg, Arnaldo Pomodoro, Jan Schoonhoven en nu ook Valk in haar collectie.

Valk maakt naam en dat ontgaat ook de media niet, “er gaat een vreemde geheimzinnige werking van uit”, “het artistieke blijft overheersen”, aldus Bertus Smidt destijds kunstcriticus voor het Vrije Volk. “Gust Valk voert dat realisme ten top, door in aquareltechniek varianten te schilderen”, aldus De Tijd dagblad voor Nederland.

In 1973 exposeert hij samen met o.a. Herman Berserik, Roger Raveel, Lucebert, Kees van Bohemen, Jaap Hillenius en Lotti van der Gaag in het Dorts Museum.

Valk maakt in een korte tijd honderden werken en tientallen bizarre sculpturen. Halverwege de jaren 60 experimenteert hij met abstracte, kubistische en realistische werken waar hij snel vanaf stapt, in een mum vindt hij zichzelf. Begin jaren 70 heeft dat een weergaloze collectie tot gevolg, honderden in kunststof gegoten vingers, geslachtsdelen, borsten, handen, voeten en andere lichaamsdelen staan te pronken in houten displays, en daarbij talloze aquarellen, tekeningen en olieverven die stof doen opwaaien.

Zijn werken zijn van hoge kwaliteit, zijn sculpturen zijn doordacht met elk element zorgvuldig gerangschikt, zijn tekeningen zijn loepzuiver en de voorstellingen zijn fenomenaal te noemen. Gust en zijn zus (dichter en fotografe) Riet Valk bloeien in de Rotterdamse kunstscene, critici zijn lovend en ze lijken op weg te zijn naar een roemrijk kunstenaars bestaan.

Maar dan overlijdt Gust Valk in januari 1976 op 40-jarige leeftijd in een mum van tijd aan de gevolgen van kanker. Hij laat ondanks zijn korte bestaan een indrukwekkende collectie achter. Zijn zus Riet Valk houdt zijn collectie bij elkaar en geeft in 1977 in samenwerking met Hans Hooijer een gedichten boek uit “Liefde... een Roos in de Winter”, waarin de tekeningen van haar broer centraal staan. Riet die het verlies van haar broer nooit heeft kunnen verwerken, besluit de werken van Gust tot aan haar overlijden bijna 40 jaar bij elkaar te houden, door de collectie uit het zicht van de buitenwereld te verbergen. Het eens zo fameuze koppel is in rook opgegaan en het succesverhaal van broer en zus Valk kent een tragisch einde.

In 2014 komt de collectie weer boven water, en ziet dan voor het eerst na decennia weer daglicht. De verzameling is aangekocht door een Rotterdamse kunstverzamelaar en wordt momenteel geïnventariseerd.