Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Breugelfanfare

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De Breugelfanfare was een folkloristische groep uit Asse, die gedurende ruim 35 jaar optrad in heel België, alsook enkele keren in Noord-Frankrijk en Nederland. De muziek beperkte zich tot mirlitonmuziek versterkt door slagwerk (vooral trommels), accordeon en tuba. De kledij was gebaseerd op de kledingdracht uit de tijd van Pieter Bruegel de Oude.

Geschiedenis

Ontstaan

In het jaar 1951 vierde het echtpaar Dehaese-Van Elewijck hun gouden bruiloft in de herberg "In 't Kanon" te Asse. Het toenmalige buurtcomité bootste als verrassingsact een fanfare na met kartonnen mirlitons. Deze act viel in de smaak, en er werd beslist om deze fanfare in stand te houden. Er werd een bestuur gekozen, statuten opgesteld, betere instrumenten gekocht en vanaf 1952 ging er elke 14 dagen een repetitie door in de herberg "In 't Kanon" waar het allemaal begon.

1952-1962: de jaren van uitbouw

Tijdens de eerste 10 jaren ontwikkelde de Breugelfanfare zich tot een burenvereniging, met als hoofddoelstellingen het brengen van amusement en het helpen van elkaar. De groep bestond ondertussen uit verschillende onderdelen: een fanfare (waarbij nepdoedelzakken[1] voorzien werden van metalen mirlitons), gekostumeerd in Breugelkledij, steeds paraat voor stoeten en optochten), een toneelafdeling, een mandolinegroep (met jongens en meisjes), een poppentheater, een volksdansgroep en een grote achterban van praktische helpers. In 1962 staat er in de jubileum-brochure "Tien jaar Breugelfanfare, 10 jaar humor, 10 jaar hulpbetoon ... voor Asse, voor u allen. Wij wensen zo voort te doen. Echter met uw sympathie."[2]

1972: 20-jarig jubileum

Ter ere van het 20-jarige bestaan werd er een jubileumlied in eenvoudig rijmvorm gepubliceerd in "De Asschenaar" (gemeentelijk weekblad dat gepubliceerd werd tussen 1871 en 1995). De doelstellingen en activiteiten van de Breugelfanfare worden hierin duidelijk beschreven.[3]

Twintig jaar lang Asse's Breugels,
propageren lol en lach,
doed'lend over Brabants heuvels,
stappend achter Bruegels vlag.
Steeds present met schone wensen
waar er bruiloft wordt gevierd;
tot jolijt van alle mensen
wordt de bruid met lof gesierd.
Wordt gevierd een jubileum,
Breugels spelen dan ten dans,
doedels pijpen blij Te Deum,
oud en jong gaan op de zwans.
Sinterklaasfeest voor de kind'ren:
Breugels gaan dan fluks van start;
ook hun hart begint te zind'ren
bij de vreugd van 't kinderhart.
Gaan in dorp of stad de stoeten,
doedelzakken pijpen mee;
Breugels hoofs de kijkers groeten:
allen zingen met hen mee.
Trekt de hopstoet door de straten,
of fanfaar, van niets beducht,
blaast die helse onverlaten
hoppeduvels op de vlucht.
Komt naar Kobbegem Pallieter,
Breugels staan steeds zij aan zij,
drinken Hert en Kob bij liters,
viert 't Pallieterfeest hoogtij.
In de Preistoet op Terheiden
is de Breugelgroep op post,
kan van 't volksvermaak niet scheiden,
wordt de broeksband dan gelost.
Wordt in Merchtem hooggezeten,
steltenlopers groots gefeest,
viert dan Breugel met hen mede
in gezonde Vlaamse geest.
Wordt in Ass' een lint gespannen,
opent men een nieuwe straat,
pijpen weer de Breugelmannen
onvermoeid tot 's avonds laat.
Waar men karnaval wil vieren,
gaat den Breugel weer op stap,
gaan de rokskes fraai aan 't zwieren,
wordt onthaald op handgeklap.
't Vorstenpaar dat vreugd kwam zoeken
kreeg van Breugel met veel zwier:
Fabiola Assekoeken,
Boudewijn een pot met bier.
Bokrijk mocht eens ondervinden
op een Europees congres,
hoe den Breugel wist te binden
vriendschapsbanden met succes.
Menig keer werd opgenomen
gans de Breugel voor TV;
zo heeft heel het land vernomen
dat den Breugel deed weer mee.
Van de kust tot Kempen klankrijk
klinkt de doedelzakmuziek
in Wallonen, Holland, Frankrijk
trad den Breugel voor 't publiek.
Gaan de centen soms ontbreken,
vlug geschoten op den bak,
met dees opbrengst is men zeker
weer een jaar op zijn gemak.
Komt maar even kennis maken
met den Breugel "In 't Kanon",
komt het koele bier eens smaken
schoon geschonken door Yvonne.
Regelmatig repeteren,
altijd op hetzelfde uur,
om de liedjes aan te leren
zonder enig partituur.
Dat de Breugels kunnen drinken
is een waarheid als een koe,
want op vreugd en vriendschap klinken
wordt een Breugel nimmer moe.
Gaan de Breugels aan 't krakelen,
trekken zij gezwind de dolk
maar het eindigt steeds bij strelen
tot 't plezier van 't juichend volk.
Pieter Bruegel, moest hij leven,
bij het zien van dit vertoon
zou zijn kunst ten beste geven
zoals steeds in volkse toon.
Grijpen zou hij zijn penselen,
scheppen weer een meesterstuk,
zeker zou hij mee gaan spelen,
delen in hun schoon geluk.
Ja, de Breugels zijn te Asse
folklore op een blije toon,
telkens komen z'ons verrassen
met een nieuw en volks vertoon.
Pijpend op hun doedelzakken
stappen zij 't verleden uit
om als echt Breugelkrakken
vreugd te brengen. 't Lied is uit.

Verder dan Asse

De Breugelfanfare groeide uit van een burenvereniging die bijeenkwam en optrad in Walfergem-Asse, later Brabant, tot een groep die gevraagd werd om mee te lopen in verschillende stoeten in heel België. Op folklorefeesteen werd de Breugelfanfare gevraagd om de festiviteiten op te luisteren. De Breugelfanfare mocht ook optreden in Noord-Frankrijk en Nederland.[4]

In 1957 verzorgde Bert Peleman op het huwelijksfeest van graaf Evrard de Limburg-Stirum met Hélène d'Orléans (prinses van Frankrijk), dochter van Henri d'Orléans (graaf van Parijs) een openluchtspel genaamd "De Brabantse zegeboog". Bert betrok hierbij de Breugelfanfare, en bij het inzetten van een Breugheliaanse rondedans door de Breugelfanfare dansten verschillende adellijke paren samen met de genodigden op de grasperken voor het kasteel van Huldenberg.[5]

In 1958 verzorgde de Breugelfanfare op het kasteeldomein Ronsevaal te Aalst een Breugelspel. Eigenaar Louis Camus (voorzitter Bank Brussel Lambert) had op dat moment de Engelse Labourleiders Gaitskill en Bevan op bezoek. Pieter Breugel (gespeeld door voorzitter Eugeen Van den Broek) en zijn nar (gespeeld door Mandus De Vos vroegen bij de start de genodigden om hen te volgen.

In 1969 was het 400 jaar geleden dat Pieter Bruegel de Oude was gestorven te Brussel. Dit werd met verschillende festiviteiten herdacht. Eén daarvan was een folkloristische stoet die uitging van het Provinciaal Domein te Huizingen, georganiseerd door de provincie Brabant. De Breugelfanfare werd gevraagd om voor de muziek te zorgen wanneer Koning Boudewijn en Koningin Fabiola het domein betraden.

Het 25-jaar Koningschap van Koning Boudewijn werd ook op het provinciaal domein te Huizingen gevierd met een folkloristische optocht. De Breugelfanfare was weer van de partij, en mocht als eerste langs bij het vorstenpaar op de eretribune. De toenmalige voorzitter Eugeen Van den Broeck, overhandigde samen met enkele leden 25 Assekoeken en een ingelijst papierknipselwerk (met het cijfer 25, het wapen van de povincie Brabant, omkranst met Hopperanken en geflankeerd door 2 doedelzakspelers).

In juli 1985 vroeg Paul De Keersmaecker, ex-burgemeester van Asse, en op dat moment Staatssecretaris voor Europese Zaken en Landbouw, aan de Breugelfanfare om op te treden op een internationale persontmoeting ter afsluiting van het Europees jaar van de muziek.

Einde van de Breugelfanfare (1987-1989)

Naarmate het 35ste bestaansjaar vorderde, besliste het bestuur om over te gaan naar de "Vriendenkring van de Breugelfanfare". Sinds enkele jaren kreeg de fanfare weinig nieuwe leden, en vielen er jaarlijks een aantal ziekte- en sterfgevallen te betreuren binnen de bestaande ledengroep. Er bleven vooral enkele getrouwen en een aantal oudere leden over, en de groep was steeds minder in staat om contracten na te leven. Met een speciaal feestmaal vierde de groep hun 35-jarig jubileum in stilte in "Het Rozenhof" in Asse-Ter-Heide.

Tot Sonia Neefs de groep uitnodigde voor een optreden in de Magdalenazaal te Brussel. Sonia Neefs had de Breugelfanfare reeds meerdere keren gecontracteerd voor Breugelfeestmalen in de Ancienne Belgique, en kon de toenmalige voorzitter Karel Walschap overtuigen om op 4 juni 1988 de Breugelfanfare nogmaals te laten uitrukken. Het publiek bleek een 300-koppig gezelschap uit de Parijse bouwsector, die hun toeristische trip wilden afsluiten met een Breugelfestijn. De Breugelfanfare gaf met 15 personen op die dag haar laatste publieke optreden, en werd na het optreden uitgenodigd om mee aan te schuiven aan het buffet.

Nog een jaar later, op 15 april 1989, sloot de Breugelfanfare af zoals ze ooit opgestart was. Deze keer kreeg het echtpaar Ghijssens op hun gouden jubileum een serenade van wat ooit de Breugelfanfare was: terug zoals in de beginperiode, een groepje vrienden, in burgerkledij en met repetitie-instrumenten.

2010

In 2010 stond de Hopduvelstoet in Asse volledig in het teken van Eugeen Van den Broeck. De plaatselijke KAJ-werking liet in deze stoet de Breugelfanfare een laatste keer herleven.[6]

Clublied

Van bij de start was het in de jaren 50 van de vorige eeuw gekende volksdeuntje "Hoor de muzikanten"[7] het meest geliefde en gespeelde muziekstuk (in 1937 op bladmuziek gezet door Herman Stenz / Gré van Leur / Hein 's-Gravesande[8]). De tekst van dit lied paste bij de uitgangspunten van de Breugelfanfare. Al snel groeide dit uit tot het clublied.

Hoor de muzikanten, spelen in de straat
Kijk hoe vlug eenieder, naar een raam toe gaat
Vrolijke gezichten, plots door wond're kracht
Wie zoëven zuchtte, heeft nu pret en lacht
Tsjieng-boem, tsjieng-boem, tsjieng-boem, trala-la-la
Muziek trekt allen aan, doet blij door 't leven gaan
Houdt het harte jong en lustig, kwiek
Hoera, voor de muziek.
Hoor de muzikanten, komen nu voorbij
Hier en daar een clubje, lachend wachten zij
Moeders met haar kleintjes, jongens op de fiets
Voor zo'n vrolijk wijsje, geeft graag ieder iets
Tsjieng-boem, tsjieng-boem, tsjieng-boem, trala-la-la
Muziek trekt allen aan, doet blij door 't leven gaan
Houdt het harte jong en lustig, kwiek
Hoera, voor de muziek.
Hoor de muzikanten, ver nu hier vandaan
Steeds het zelfde wijsje, tot ze huistoe gaan
Zachtjes zingen allen, 't deuntje dat verdween
Lichtjes in de ogen, gaan nu allen heen
Tsjieng-boem, tsjieng-boem, tsjieng-boem, trala-la-la
Muziek trekt allen aan, doet blij door 't leven gaan
Houdt het harte jong en lustig, kwiek
Hoera, voor de muziek.

Bestuursregister

Eerste bestuur (1952)

  • Erevoorzitter: H. De Bock
  • Voorzitter: B. Schollaert
  • Ondervoorzitter: E. Van den Broeck
  • Schatbewaarder: Maurice Eenens
  • Secretaris: L. Luppens
  • Dirigent: L. Eenens
  • Toneelleider: R. De Rop
  • Raadsleden: J. Bernard, J. Buyens, J. De Smedt, F. Swieteck, P. Van der Beken, J. Van Linthoudt, J. Van Ounsem, H. Wingels

Bestuur na 10 jaar (1962)

  • Erevoorzitter: H. De Bock
  • Voorzitter: E. Van den Broeck
  • Ondervoorzitter: R. De Rop
  • Schatbewaarder: Jozef Buyens
  • Secretaris: L. Luppens
  • Dirigent: M. De Rop
  • Raadsleden: F. Swieteck, J. Bernard, K. Walschap, K. Ghijssens

Bestuur jaren 70

  • Erevoorzitter: H. De Bock
  • Voorzitter: E. Van den Broeck
  • Ondervoorzitter: R. De Rop / A. Buyens
  • Schatbewaarder: J. Buyens
  • Secretaris: E. Leys
  • Raadsleden: K. Walschap, K. Janssens, J. Bosman

Laatste bestuur, vanaf 1984

  • Erevoorzitter: E. Van den Broeck
  • Voorzitter: K. Walschap
  • Ondervoorzitter: A. Buyens
  • Schatbewaarder: J. Buyens / A. Buyens
  • Secretaris: G. Leys
  • Verantwoordelijke muziek: L. Fardeau
  • Raadsleden: K. Janssens, J. Bosman, M. Bosman

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten, referenties en/of externe links
  1. º KONINKLIJKE HEEMKRING ASCANIA (s.d.). De Breugelfanfare. Geraadpleegd op 2/08/2014.
  2. º G. DE CONINCK, R. DE ROP, R. DE RYBEL, K. WALSCHAP (Reds) (1990). Asse, vroeger en nu, deel VI, de Breugelfanfare. S.l.: p.4.
  3. º G. DE CONINCK, R. DE ROP, R. DE RYBEL, K. WALSCHAP (Reds) (1990). Asse, vroeger en nu, deel VI, de Breugelfanfare. S.l.: p.7-9.
  4. º G. DE CONINCK, R. DE ROP, R. DE RYBEL, K. WALSCHAP (Reds) (1990). Asse, vroeger en nu, deel VI, de Breugelfanfare. S.l.: p.134-136. >> Getuigenis van Paul De Keersmaecker met als titel: "De Breugelfanfare blijft in mijn herinnering spelen."
  5. º G. DE CONINCK, R. DE ROP, R. DE RYBEL, K. WALSCHAP (Reds) (1990). Asse, vroeger en nu, deel VI, de Breugelfanfare. S.l.: p.138-139. >> Getuigenis van Bert Peleman met als titel "Brabantse herinneringen aan de Breugelfanfare."
  6. º NIEUWSBLAD (2010, september). Duizenden smaken tiende Hopduvelstoet. Geraadpleegd op 2/08/2014.
  7. º YOUTUBE (2009). Hoor de muzikanten - gebracht door Mortierorgel De Blauwe Mortier Geraadpleegd op 2/08/2014.
  8. º Nederlands Muziek Instituut (s.d.). Hoor de muzikanten. Geraadpleegd op 13/08/2014.
rel=nofollow
rel=nofollow