Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Joelfeest

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Joel was een niet nauwkeurig omgrensde periode in het midden van de winter in de vroege talen in de Germaanse en Scandinavische landen. Beda had het in zijn geschriften over het heidense Engeland over twee maanden, de ’vroege Joel’ en ’late Joel’, wat rond de tijd van de Romeinse maanden december en januari zou vallen.[1]

Na de kerstening werd het nauwer gedefinieerd als de dag van kerst (25 december) of de twaalf dagen van festiviteiten, die dan beginnen.

Het wordt tegenwoordig vaak gedefinieerd als het Germaanse winterzonnewendefeest. Het duurt twaalf dagen, waarvan de kortste dag van het jaar de belangrijkste is.

Woord

In het Engels is de schrijfwijze Yule gebruikelijk. In de Scandinavische talen Deens en Zweeds schrijft men Jul, in het Noors jul. In het IJslands heet het jólin.

Etymologie

De meeste verklaringen voor de herkomst van het woord worden betwist.

  • Volgens een populaire verklaring zou het woord afstammen van het Oudnoordse hjól, wiel, waarmee het moment zou worden aangegeven waarop het zonnewiel op zijn laagste punt is en dus klaar om weer te gaan klimmen.
  • In een andere voorgestelde oorsprong van het woord wordt een verband gezien met het woord ’geol’, geel. Men ziet een evolutie van dat woord in alle Germaanse en Scandinavische landen en talen: Duits ’gelb’, Noors ’gul’, Deens ’gul’, Nederlands ’geel’, Zweeds ’gul’, Fries ’giel’, zelfs het Italiaanse ’giallo’, Litouws ’geltonas’ en Roemeens ’galben’. Het Oudengelse ’géol’ werd het Middenengelse ’yole’ en ten slotte het moderne ’yule’, terwijl het woord ’geol’ of ’geolu’ evolueerde tot ’yellow’. Al deze termen zouden dan van de Indo-Europese wortel ’ghel-’ komen, wat ’schijnen’ betekent. Het weer langer gaan schijnen van de zon, het geel opglinsteren van de zon in de sneeuw zouden aan de basis liggen van de uitdrukking.
  • Volgens een derde, waarschijnlijker geachte verklaring hangt joel- samen met een andere Proto-Indo-Europese wortel, nl. jeku-, die zoveel als ’vrolijkheid’ betekent.[2]

Herkomst van het joelfeest

Het Haraldskvædi dat rond 900 is ontstaan, is het enige skaldendicht van voor 1100 waarin het joelfeest wordt genoemd. De dichter stelt het joelfeest dat op het land werd gevierd er tegenover het ’joeldrinken’ van de zeekrijgers. In stanza 6 van dit lied luidt het aldus:

De koning wil het joel buiten (op zee) drinken en het spel van Freyr beginnen.

De uitdrukking joeldrinken duidt erop dat het drinken een wezenlijk bestanddeel van het feest vormde, hetgeen op een beneveling wijst, die inherent was aan meer oude cultussen (waaronder niet het minst de Dionysuscultus). De dichter vermeldt in dit verband ook Freys leikr, het ’spel van Freyr’, zonder verdere toelichting. Freyr was een vruchtbaarheidsgodheid. Men kan er dus in elk geval van uitgaan dat het feest met vroegere vruchtbaarheidsriten gepaard ging die inherent waren aan de Freyrcultus, waar ook latere bronnen over berichten.

In iets recenter tijd steunt men voornamelijk op Snorri Sturluson, die drie voorchristelijke jaarfeesten van de noorderlingen noemt: een bij de aanvang van de winter, een tweede rond midwinter en een derde in de zomer, waarschijnlijk bij de aanvang ervan.[3]

Ook in de sagen omtrent voorgeslachten is hier en daar sprake van joel, maar in dit tijdsbereik is zeker al mogelijke beïnvloeding aanwezig vanuit de kerstening en de daarmee gepaard gaande christelijke feestenkalender. De offerrituelen die door Snorri Sturluson en anderen worden afgeschilderd worden niet als authentiek beschouwd. Men houdt ze vandaag de dag eerder voor literaire constructies, maar de gelofte die men met een hand op een everzwijn aflegde dat daarna dan aan Freyr werd geofferd, schijnt wel een voorchristelijk element te zijn, ook al is de overlevering ervan relatief laat in de tijd tot ons gekomen.

Volgens de sage van Hákon de Goede, opgetekend door Snorri Sturluson, liet koning Haakon I van Noorwegen, die een christen was, het wettelijk vastleggen dat de datum van Joel van de dagen rond midwinter verschoven werd naar de datum waarop in de rest van Europa door de christenen Kerstmis werd gevierd.[4][5]

Gebruiken

Met joel ontsteekt men joelvuren of verbrandt het joelblok. Joulupukki (Fins) of julbocken (Zweeds) is een Scandinavische begrip dat tegenwoordig hetzelfde betekent als de ’kerstman’. Oorspronkelijk betekende het ’joelgeit’ (’joelbok’). Dit was volgens sommigen een lelijk wezen dat kinderen angst aanjoeg. Anderen verklaren dit als een onzichtbaar wezen dat hielp bij de voorbereidingen voor joel.

Griekenland

Een traditie in verband met een soort joelblok wordt ook in Griekenland in acht genomen. Daar heet dit houtblok de ’skakantzalos’. Behalve deze skakantzalos worden ook oude schoenen verbrand. Er werd verondersteld dat geur hiervan de kallikantzaros (een soort kobolden of kabouters) zou weghouden en men hangt voedsel in de schoorsteen.

Frankrijk

Naar het voorbeeld van het joelblok kwam een gebak in de vorm van een boomstronk in gebruik. Vroeger was deze bûche de Noël, kerstronk of kerstboomstam, een echte stronk, die (net zoals het joelblok) werd aangestoken met een stuk houtskool van de stam van het jaar daarvoor. Vandaag de dag verstaat hieronder meestal een gebak in de vorm van een boomstammetje, dat in de kerstperiode wordt gegeten.

Zie ook

Weblinks

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  1. º Jacqueline Simpson, Stephen Roud, A Dictionary of English Folklore, Oxford University Press, ISBN 0–19–210019–X p. 402
  2. º Schrijnen, Jos., De H. Nikolaas in het folklore, J. J. Romen en Zonen, Roermond , 1898. p. 7
    Met verwijzing naar Meijer, Elard Hugo, Germanische Mythologie, Berlijn , 1891. p. 197
  3. º Snorri Sturluson, Heimskringla, Olafssaga helga, hoofdstuk 109, 117; Ynglingasaga, hoofdstuk 8)
  4. º https://stores.renstore.com/history-and-traditions/yule-history-and-origins
  5. º Snorri Sturluson, vertaling: Lee M. Hollander, Heimskringla: History of the Kings of Norway, p. 106.
rel=nofollow
rel=nofollow
rel=nofollow
 
rel=nofollow