Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Marten Rudelsheim: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 2: Regel 2:


==Leven==
==Leven==
Rudelsheim werd geboren in Amsterdam als zoon van een [[Joden|Joodse]] vader en een [[Nederland]]se moeder. Toen hij twaalf jaar was, vestigde het gezin zich in Antwerpen.
Rudelsheim werd geboren in Amsterdam als zoon van een [[Joden|Joodse]] vader: Bernard Rudelsheim (1837-1897), winkelier, en een [[Nederland]]se moeder: Grietje Bierman (1838-) 1872.
 
Toen hij twaalf jaar was, vestigde het gezin zich in Antwerpen.


Na de lagere school in de Albertstraat ging hij naar het [[Koninklijk Atheneum (Antwerpen)|Koninklijk Atheneum]], waar zijn Vlaamsgezindheid vorm kreeg. Rudelsheim studeerde aan de [[Universiteit van Gent]] en doctoreerde in de [[Germaanse talen|Germaanse]] [[filologie]]. In [[1898]] verkreeg hij de [[België|Belgische]] nationaliteit. In [[1900]] kreeg hij een betrekking bij de [[Stadsbibliotheek Antwerpen|Stadsbibliotheek van Antwerpen]].
Na de lagere school in de Albertstraat ging hij naar het [[Koninklijk Atheneum (Antwerpen)|Koninklijk Atheneum]], waar zijn Vlaamsgezindheid vorm kreeg. Rudelsheim studeerde aan de [[Universiteit van Gent]] en doctoreerde in de [[Germaanse talen|Germaanse]] [[filologie]]. In [[1898]] verkreeg hij de [[België|Belgische]] nationaliteit. In [[1900]] kreeg hij een betrekking bij de [[Stadsbibliotheek Antwerpen|Stadsbibliotheek van Antwerpen]].
Regel 8: Regel 10:
Samen met S. Samson, eveneens een flamingant van joodse afstamming, richtte hij in 1910 in [[Antwerpen (stad) |Antwerpen]] de eerste volledig Nederlandstalige school voor secundair onderwijs in België op.
Samen met S. Samson, eveneens een flamingant van joodse afstamming, richtte hij in 1910 in [[Antwerpen (stad) |Antwerpen]] de eerste volledig Nederlandstalige school voor secundair onderwijs in België op.


Tijdens de [[Eerste Wereldoorlog]] koos Rudelsheim met Samson de zijde van de activisten, die hoopten met de steun van de Duitse bezetter een Vlaamse staat te kunnen stichten. Rudelsheim werd een lid van de [[Raad van Vlaanderen]]. Hij was een voorstander van het invoeren van het Nederlands als voertaal aan de Universiteit van Gent.
Tijdens de [[Eerste Wereldoorlog]] koos Rudelsheim met Samson de zijde van de activisten, die hoopten met de steun van de Duitse bezetter een Vlaamse staat te kunnen stichten. Rudelsheim werd een lid van de [[Raad van Vlaanderen]]. Hij was een voorstander van het invoeren van het Nederlands als voertaal aan de Universiteit van Gent en was secretaris van de Vlaamsche Hoogeschool-Commissie. Hij stichtte in november 1917 de Volkshogeschool in de gebouwen van het Atheneum, met met dhr. Van den Reeck (de vader van [[Herman Van den Reeck|Herman]] als secretaris.


Na de oorlog maakte de [[repressie]] geen uitzonderingen voor personen van Joodse afstamming. Net als andere activisten of hun sympathisanten, zoals de hoofdbibliothecaris [[Emanuel De Bom]], werd hij in december 1918 uit de Stadsbibliotheek verwijderd, en in februari 1919 uit zijn ambt ontslagen.
Na de oorlog maakte de [[repressie]] geen uitzonderingen voor personen van Joodse afstamming. Net als andere activisten of hun sympathisanten, zoals de hoofdbibliothecaris [[Emanuel De Bom]], werd hij in december 1918 uit de Stadsbibliotheek verwijderd, en in februari 1919 uit zijn ambt ontslagen.
Regel 14: Regel 16:
Rudelsheim werd veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf. Hij overleed in Antwerpen in de gevangenis in de Begijnenstraat. Vervolgens werd hij door Vlaams-nationalisten als held en martelaar beschouwd.
Rudelsheim werd veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf. Hij overleed in Antwerpen in de gevangenis in de Begijnenstraat. Vervolgens werd hij door Vlaams-nationalisten als held en martelaar beschouwd.


{{Authority control|TYPE=p|ISAAR=au::16166|Wikidata=Q2047371|VIAF=308698921 |BPN=26818424}}
Hij lag begraven op het [[Schoonselhof]] op perk W. Het graf werd in 1997 geruimd.<ref>http://web.archive.org/web/20081102004009/http://www.schoonselhof.be/rudelsheim.html</ref>
 
==Familie==
Hij trouwde op met Alexandria Theodora Hanna Leon (1879-1914). Zij hadden een dochter.
 
==Erkenningen==
[[René De Clercq]] wijdde een gedicht aan hem:
 
:'''''Ter nagedachtenis van Dr. Marten Rüdelsheim'''''
 
:''Mij, kranken banneling, valt het nieuws op ’t lijdensbed,
:''Dat Rüdelsheim in staatsgevang gestorven is,
:''Voor Vlaanderen. Helaas, zoo zullen velen sterven;
:''En telkens wordt ons arme Vlaandren rijk begraven.
 
:''O edele man, zoo fijn bezield met sterke gaven,
:''Bewonderd heb ik u ten Raad wel honderdwerven.
:''Gij spraakt, en wat in Holland onbedorven is,
:''De Liefde tot het Recht, was u de hoogste wet.
 
:''Tot voor uw rechters hebt gij kloek den eed herhaald
:''Voor Vlaanderens zelfstandigheid. Daar voelden wij
:''Eén man, eén woord, eén ziel, eén vrijheid, eén geweten.
 
:''O Martelaren, over uwe graven straalt
:''Het eerste nieuwe licht. Door u wordt Vlaandren vrij.
:''Uw naam, o Rüdelsheim, zal Dietschland nooit vergeten.''<ref name ="René De Clercq">René De Clercq, ''De Noodhoorn''. Tweede uitgave, Tielt en Amsterdam 1927, 98 p.; ''De Noodhoorn''. Vierde uitgave, Amsterdam 1932, 160 p.; ''De Noodhoorn'' uitgegeven in 1940, 1943 en 1975, 186 p. [http://www.renedeclercq.be/TER%20NAGEDACHTENIS%20VAN%20DR,%20MARTEN%20RUDELSHEIM.htm (gedicht online)]</ref>
==Verwijzingen==
<references/>
* [http://www.dbnl.org/tekst/_ver016197101_01/_ver016197101_01_0008.php Uit Groot-Mokum gewerd ons een offervaardig Flamingant, Marten Rudelsheim: Amsterdam 1873 – Antwerpen 1920 door Ger Schmook Lid van de Academie] in: Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde (nieuwe reeks). Jaargang 1971
----
* http://www.jodeninnederland.nl/id/P-1846
{{Authority control|TYPE=p|ISAAR=au::16166|DBNL=rude001 |Wikidata=Q2047371|VIAF=308698921 |BPN=26818424}}
{{DEFAULTSORT:Rudelsheim, Marten}}
{{DEFAULTSORT:Rudelsheim, Marten}}
[[Categorie: Persoon binnen de Vlaamse Beweging]]
[[Categorie: Persoon binnen de Vlaamse Beweging]]
[[Categorie: Bibliothecaris]]
[[Categorie: Bibliothecaris]]
[[Categorie: Vlaams taalkundige]]
[[Categorie: Vlaams taalkundige]]
[[Categorie: Vlaams activist]]
[[Categorie: Persoon met Joodse afkomst]]

Versie van 25 jan 2017 21:16

Marten Rudelsheim (Amsterdam, 25 april 1873Antwerpen, 10 september 1920) was een Vlaams publicist.

Leven

Rudelsheim werd geboren in Amsterdam als zoon van een Joodse vader: Bernard Rudelsheim (1837-1897), winkelier, en een Nederlandse moeder: Grietje Bierman (1838-) 1872.

Toen hij twaalf jaar was, vestigde het gezin zich in Antwerpen.

Na de lagere school in de Albertstraat ging hij naar het Koninklijk Atheneum, waar zijn Vlaamsgezindheid vorm kreeg. Rudelsheim studeerde aan de Universiteit van Gent en doctoreerde in de Germaanse filologie. In 1898 verkreeg hij de Belgische nationaliteit. In 1900 kreeg hij een betrekking bij de Stadsbibliotheek van Antwerpen.

Samen met S. Samson, eveneens een flamingant van joodse afstamming, richtte hij in 1910 in Antwerpen de eerste volledig Nederlandstalige school voor secundair onderwijs in België op.

Tijdens de Eerste Wereldoorlog koos Rudelsheim met Samson de zijde van de activisten, die hoopten met de steun van de Duitse bezetter een Vlaamse staat te kunnen stichten. Rudelsheim werd een lid van de Raad van Vlaanderen. Hij was een voorstander van het invoeren van het Nederlands als voertaal aan de Universiteit van Gent en was secretaris van de Vlaamsche Hoogeschool-Commissie. Hij stichtte in november 1917 de Volkshogeschool in de gebouwen van het Atheneum, met met dhr. Van den Reeck (de vader van Herman als secretaris.

Na de oorlog maakte de repressie geen uitzonderingen voor personen van Joodse afstamming. Net als andere activisten of hun sympathisanten, zoals de hoofdbibliothecaris Emanuel De Bom, werd hij in december 1918 uit de Stadsbibliotheek verwijderd, en in februari 1919 uit zijn ambt ontslagen.

Rudelsheim werd veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf. Hij overleed in Antwerpen in de gevangenis in de Begijnenstraat. Vervolgens werd hij door Vlaams-nationalisten als held en martelaar beschouwd.

Hij lag begraven op het Schoonselhof op perk W. Het graf werd in 1997 geruimd.[1]

Familie

Hij trouwde op met Alexandria Theodora Hanna Leon (1879-1914). Zij hadden een dochter.

Erkenningen

René De Clercq wijdde een gedicht aan hem:

Ter nagedachtenis van Dr. Marten Rüdelsheim
Mij, kranken banneling, valt het nieuws op ’t lijdensbed,
Dat Rüdelsheim in staatsgevang gestorven is,
Voor Vlaanderen. Helaas, zoo zullen velen sterven;
En telkens wordt ons arme Vlaandren rijk begraven.
O edele man, zoo fijn bezield met sterke gaven,
Bewonderd heb ik u ten Raad wel honderdwerven.
Gij spraakt, en wat in Holland onbedorven is,
De Liefde tot het Recht, was u de hoogste wet.
Tot voor uw rechters hebt gij kloek den eed herhaald
Voor Vlaanderens zelfstandigheid. Daar voelden wij
Eén man, eén woord, eén ziel, eén vrijheid, eén geweten.
O Martelaren, over uwe graven straalt
Het eerste nieuwe licht. Door u wordt Vlaandren vrij.
Uw naam, o Rüdelsheim, zal Dietschland nooit vergeten.[2]

Verwijzingen

  1. º http://web.archive.org/web/20081102004009/http://www.schoonselhof.be/rudelsheim.html
  2. º René De Clercq, De Noodhoorn. Tweede uitgave, Tielt en Amsterdam 1927, 98 p.; De Noodhoorn. Vierde uitgave, Amsterdam 1932, 160 p.; De Noodhoorn uitgegeven in 1940, 1943 en 1975, 186 p. (gedicht online)

rel=nofollow