Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gebruiker:Franciscus/kladblok

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Deze pagina gebruik ik om nieuwe artikelen even op te bergen en te bewerken, vóórdat ik ze als bijdrage op Wikisage zet. Ook kan ik hier enkele geheugensteuntjes kwijt.
Franciscus 4 feb 2009 14:55 (UTC)



Edward Elgar omstreeks 1925
rel=nofollow
>> Paul Dukas ( 1865 - 1935 ) >

Beschreibung SAND Maurice Masques et bouffons 07.jpg


Italiano: Scaramuccia Deutsch: Scaramuz Datum 1860(1860)

Quelle SAND Maurice. Masques et bouffons (Comedie Italienne). Paris, Michel Levy Freres, 1860

Urheber Maurice Sand

  1. 2 2/ 9 + 5/ 9 = 2 7/ 9


Franciscus 20 jul 2009 13:33 (UTC)





  • sin α = BC / AB = ½ AB / AB = 0,5
Voor zijde AC wordt de stelling van Pythagoras toegepast, en wel als volgt:
  • AC = √ ( AB ) 2 – ( BC ) 2 = √ ( AB ) 2 – ( ½ AB ) 2 = √ ¾ (AB) 2 = ½ AB√3
Hieruit volgt dan :
  • cos α = AC / AB = ½ AB √ 3 / AB = ½ √ 3 ( = 8,66 )
en :
  • tg α = BC / AC = ½ AB / ½ AB√3 = 1/3 . √3 = 0,577



Quotiënt Φ
1 : 1 1
2 : 1 2
3 : 2 1,5
5 : 3 1,67
8 : 5 1,6
13 : 8 1.62500
89 : 55 1,6181818
610 : 377 1,61537135
4181 : 2584 1,61803405
28657 : 17711 1,61803399
196418 : 121393 1,618033989


Franciscus 20 jan 2011 20:52 (CET)



Astor Piazzolla

Dit artikel valt onder beheer van Dorp:Luisterrijk.

Astor Pantaléon Piazzolla (Mar del Plata, 11 maart 1921Buenos Aires, 4 juli 1992) was misschien wel de bekendste Zuid-Amerikaanse componist ter wereld, die kamermuziek schreef en muziek maakte voor symfonie-orkesten. Maar Piazzolla wordt toch vooral gezien als de componist die de tango op een hoger plan bracht en hierdoor internationale bekendheid kreeg. Hij was bovendien een begenadigd bandoneonspeler.
Als enig kind van twee arme Italiaanse immigranten: Vicente ( Nonino ) Piazzolla en Asunta Mainett, bracht hij een deel van zijn jeugd door in Mar del Plata op zo’n 400 kilometer van de hoofdstad van Argentinië Buenos Aires.
Hij had een buitengewone en karakteristieke carrière, en heeft een reusachtige invloed gehad op de beste musici van alle generaties. Zijn oeuvre - doortrokken van de Argentijnse geur en de reuk van de tango, omvat meer dan 1000 composities.

Eerste ontwikkelingen

In 1925 verhuisde hij met zijn ouders in 1925 naar New York. In 1929, toen Astor 8 jaar was, gaf zijn vader hem zijn eerste bandoneon, die hij op de rommelmarkt voor 19 dollar had gekocht.
Astor studeerde een jaar lang op zijn bandoneon en maakte zijn eerste grammofoonopname van de tango Marionette Spagnol in de Radio Recording Studio in New York in november 1931.
In 1936 keert de familie Piazzolla terug naar Argentinië, waar de inmiddels 15 jaar oude Astor gaat spelen in diverse tango-orkesten, juist op het moment dat de tango langzaam weer ontwaakte uit haar relatieve lethargie die rond 1930 was ingezet. In 1936 begon hij deel te nemen aan lokale groepen die al een paar jaar hadden geprobeerd gedurfde verbeteringen in de stijl van de tango aan te brengen, maar die genegeerd werden door behoudende lieden en door de platenmaatschappijen.
In die groepen was hij arrangeur en incidenteel ook pianist.

Verdere ontwikkelingen

Na muzieklessen - onder meer van de Hongaarse pianist Bela Wilda, die zelf leerling van Rachmaninov was geweest- raakt Astor overtuigd van zijn talent en verhuist in 1938 op zijn zeventiende naar Buenos Aires, de hoofdstad van de tango, voornamelijk met het doel werk als musicus te vinden. Hij maakte deel uit van diverse orkesten. Tussendoor voltooide hij zijn pianostudie emn de muziektheorie.
Over zijn leermeester zou Piazzolla later zeggen: Van hem heb ik van Bach leren houden!
In 1932 componeerde hij zijn eerste tango La catinga, die echter nooit werd uitgegeven, maar wel als filmmuziek diende.
Hij ontmoette Carlos Gardel, die een huisvriend van de familie werd, en die hem een rol in een film bezorgde. Hierin speelde Astor een kleine rol als krantenjongen. Het fenomeen film speelde in die jaren een belangrijke rol in de historie van de tango.
Piazzolla's relatie met die omgeving was moeilijk, een mengsel van liefde en verachten, bewondering en wrok. Zijn strijd tegen de middelmatigheid en het conservatisme die diepgeworteld was binnen de wereld van de tango vond plaats in de eigen orkesten of in donkere buitenwijken. Deze strijd werd hem niet altijd in dank afgenomen. Hij nam geleidelijk steeds meer afstand van de tango en de bandeon. Later besluit hij zelfs hier helemaal mee te stoppen en gaat op zoek naar zijn eigen stijl van componeren.

Verdere studie

Astor Piazzolla begint te verlangen naar meer verdieping van zijn muzikale kennis en komt in contact met Alberto Ginastera, één van de grote Argentijnse componisten in die tijd en krijgt vanaf 1941 les van hem.
Astor Piazzolla begon in 1943 met het componeren van zijn klassieke werken, zoals de Suite para Cuerdas y Arpas.
Hij bestudeert componisten als Béla Bartok en Igor Stravinsky, verdiept zich in de jazz en neemt directielessen.
In 1953 stuurt hij een driedelig symfonisch werk - getiteld Buenos Aires - in voor de Fabien Sevitzky-competitie, genoemd naar Fabien Sevitzky; één van de grote dirigenten van het Indianapolis Symphony Orchestra en gastdirigent bij vele andere orkesten.
Geheel tegen zijn verwachting in won hij de prijs en ontving hij een beurs om in Frankrijk compositie te gaan studeren. Zijn studie daar zette hem op het spoor naar zijn eigen stijl; de stijl die later wereldberoemd werd. Zijn lerares daar - Nadia Boulanger die grote componisten als Aaron Copland en Philip Glass als leerling had geahd - wees hem de weg terug naar de bandeon en de tango. Zij wees hem op zijn kennis en scholing in jazz en klassieke muziek en spoorde hem aan dit te gebruiken voor een andere benadering van de tango. Astor Piazzolla ontdekte hierdoor, dat verfijnde muziek en de tango elkaar niet uitsluiten, en bracht dit in zijn composities tot uitdrukking.
Al in 1955 zet hij met deze nieuwe benadering de wereld van de tango op zijn kop, door een octet te vormen dat de tango speelde als een zelfstandig stuk kamermuziek en niet - zoals gebruikelijk - als begeleiding van zangestemmen of dans. Het boegeroep en de protesten van de traditionele tangoliefhebbers ging door tot 1958 toen Piazzolla zijn octet ontbond en naar New York City vertrok om daar als arrangeur te gaan werken en zich bezig te gaan houden met de combinatie jazz/tango.
Hij nam in 1955, met de Parijse Opera Orchestra, met Martial Solal aan de piano en Piazzolla zelf op bandoneon 16 nummers op. Dat was ware een waterval van tango's waaronder zijn beroemde Adiós Nonino; dat hij als een ontroerend afscheid schreef bij de dood van zijn vader. De titel van deze tango is een samenvoeging van het Spaanse woord voor Vaarwel en het Italiaanse woord voor Grootvader. Piazzolla's vader was namelijk Italiaans en werd door Piazzolla's kinderen 'nonino' genoemd.

  • In Nederland verkreeg deze tango grote bekendheid toen het door Nederlands bekendste bandoneonist Carel Kraayenhof gespeeld werd op het huwelijk van Prinses Máxima en Prins Willem-Alexander.

Vruchtbare periode

Toen Piazzolla in 1960 terugkeerde naar Buenos Aires, vormde hij zijn eerste kwintet - La Quinteto Tango Nuevo - dat een soort voertuig werd voor zijn nieuwe benadering van de tango.
Hij experimenteerde en verfijnde zijn stijl en probeerde de grenzen van de tango te vinden. <br.<In 1965 maakte hij opnamen in de New York's Philharmonic Hall en zette gedichten van Jorge Luis Borges op muziek, en twee jaar later maakte hij met de dichter Horacio Ferrer de zogeheten Operita Maria de Buenos Aires, die in 1968 in prémiere ging.
In diezelfde periode schreef hij ook zijn tango-canciones ( tangosongs ), waaronder de hit van die dagen: Balada Para un Loco ( Ballade van een dwaas ).
Naast orkestmuziek schreef hij ook nog voor diverse films de muziek.