Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Cyrus de kluizenaar

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 18 sep 2013 om 00:10 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Sint_Karas&oldid=38966111 Kyrillos 31 aug 2013)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Sint Karas de Kluizenaar, ook wel Annba Karas (الأنبا كاراس), is een heilige binnen de Koptisch-orthodoxe Kerk die leefde in de late 5e eeuw en het begin van de 6e eeuw. Hij was de broer van de keizer Theodosius II[1]. Volgens Sint Pimwah, die zijn biografie schreef, leefde Karas 57 jaar geïsoleerd in de woestijn Wadi Natroen met een sterke band met God. Hij is opgenomen in het Arabisch-Jacobitisch Synaxarium

Voor het kluizenaarsleven

Sint Karas was voor zijn kluizenaarsleven een prins in de Romeinse gebieden.. Hij was een gelovige man en de Bijbel was zijn wetboek.Hij behandelde de dienaren als goede vrienden en hij overtuigden ze een leven te leiden zoals de bijbel het voorschreef.

De keizerin

Een voorbeeld in het leven van prins Karas: een bediende werd beschuldigd van het stelen van een sieraad van de keizerin. Hij moest onthoofd worden, echter het sieraad was reeds gevonden door prins Karas in haar kamer. Hij probeerde het oordeel te stoppen, maar het was al uitgevoerd. De bediende was onthoofd. Sint Karas was erg verdrietig tot aan zijn laatste jaren hierover, maar had geen haat tegen de keizerin, volgens sint Pimwah.

Dezelfde keizerin werd doodziek. Geen arts wist wat ze had en wat hij moest doen. De keizerin gaf de schuld aan prins Karas. De verzorgster van de keizerin had voorgesteld dat ze naar Egypte moesten gaan om daar een middel te vinden voor haar ziekte. Prins Karas moest met de keizerin gaan. Toen ze in het zuiden waren van Egypte hadden de mensen een monnik genaamd Aabahour aanbevolen. Hij was een monnik die wonderen verrichtte, maar hij wilde haar niet ontvangen, omdat het verboden is voor een monnik een vrouw te ontmoeten. Na vele verzoeken en smekingen van de keizerin en haar biediende ging Sint Aabahour naar buiten en zegende water. Ze drong het gezegende water op en ze werd beter. Prins Karas vroeg aan hem of hij hem wilde zegenen en hierop antwoordde Sint Aabahour dat hij hem moest zegenen, omdat hij grote genade van God zal ontvangen.

Concilie van Efeze

De eerste Concilie van Efezewas onder opdracht van keizer Teodosoius II bijeengeroepen in 431 onder verzoek van Nestorius. Het Nestorianisme, de leer van de patriarch van Constantinopel, is de leer die Jezus' goddelijke en menselijke kenmerken scheidt. Dat betekent dus dat er twee verschillende personen in Christus zijn en dat de maagd Maria enkel moeder is van de menselijke kant van Jezus. Cyrillus van Alexandrië toen de tijd bisschop was fel tegen deze leer. Hij bewees door middel van Bijbelteksten dat Maria de moeder Gods is en dat Jezus geen twee verschillende nature is, maar de eenheid van de menselijke en goddelijke natuur die nooit scheidt. Prins Karas was de gene die Teodosius overtuigde de leer van Cyrillus te volgen. Teodosius bood geen weerstand tegen de leer van Nestorius. In het begin steunde hij zelfs deze opvatting. Echter Karas had hem aangeraden de leer te volgen van de concilie van Efeze en deze goed te keuren. Uiteindelijk werd Nastorius onder invloed van de keizerlijke familie, Paus Leo I en Cyrillus van Alexandrië verbannen.

Sint Pimwah

Volgens de Koptisch Orthodoxe kerk is de biografie van Sint Karas geschreven door Sint Pimwah, een heilige priester. Priester Pimwah werd door God geroepen om diep door de woestijnen te gaan om Sint Karas te vinden. In zijn reis heeft hij twee andere heiligen ontmoet. Hier volgt de reis van Sint Pimwah.[2] Hij kwam een grot tegen en vroeg: "Dan mijn vader, wie bent u?", daarop antwoordde hij met "Ik ben Simon El Kallah, en het is voor mij deze dag zestig jaar zonder het gezicht van een man te zien, ik word elke zaterdag gezegend met een brood geplaatst op die steen die je ziet buiten de grot."

Verder in de woestijn vond hij de volgende grot. Hij klopte waarop de bewoonde daarop antwoorden met: "Het is goed uw komst aan ons,heilige van Gods, St. Bemwa, die verdiende het lichaam van St. Elarya dochter van koning Zenon te zalven." Hij ging zitten en zei tegen hem: "Ik kreeg te horen dat er in de woestijn een andere heilige, ben jij dat? 'Hij stond, zuchtte en zei tegen sint Pimwh: "goed is mijn ... Ik informeren u mijn vader dat in deze woestijn een grote heilige is die zijn gebeden de woede die neerdaalt uit de hemel stopt, hij is dan echt een partner van de engelen." De priester vroeg aan hem "En wat is uw naam mijn vader de heilige? 'Hij zei: "Mijn naam is Abbamoud El Kallah, en het is voor mij in deze woestijn negenenzeventig jaar wonen op deze palmen die dadels opleverde, de dank aan Christus."

De laaste dagen van Sint Karas

Diep in de woestijn vond hij een grot in de bergen. Hij wilde gaan kloppen, maar hij werd geroepen en hoorde: "AGHABY"[3] "Het is goed dat je vandaag kwam Sint Pimwah, heilige van God, die waardig was de zalving van het lichaam van Sint Elarya dochter van koning Zenon was." Dus hij ging de grot in en staarde naar hem voor een lange tijd, want hij was van een sterke aanwezigheid en grote nederigheid. Hij was een persoon van grote uitstraling en de genade van God tot uitdrukking in zijn gezicht, zijn ogen waren erg glanzend, en hij was van gemiddelde gestalte met een lange baard met een paar zwarte haren links in het. Het dragen van een eenvoudige galabiye [4], want hij was erg mager met een lichte stem en had een stok in zijn hand. Hij zei: "Je hebt me vandaag kom en je bracht me met de dood, voor vandaag een lange tijd heb ik gewacht voor u mijn geliefde." Sint Pimwah zei tegen hem: "En wat is jouw naam mijn vader de heilige? 'Hij zei tegen hem: "Mijn naam is Karas." Dus vroeg hij hem, "hoeveel jaar heeft u in deze woestijn geweest?" Hij zei tegen de priester: "In zevenenvijftig jaar heb ik het gezicht van een man niet gezien, en ik wachtte voor u met alle vreugde en gretigheid." Daarna woonde Sint Pimwah met Sint Karas voor een dag. Aan het einde van de dag was vader Karas ziek met een grote koorts, hij zuchtten en huilden. Hij zei: "Dat wat ik in heel mijn leven vreesde is gekomen vandaag, om mij Heer waar kan ik verbergen van Uw gezicht? Hoe kan ik verbergen? Echt groot is de angst voor dit uur ... volgens uw barmhartigheid O 'Heer en niet naar mijn zonden. "


Op de tweede dag was St. Karas in zijn bed en kon niet bewegen. [5] Een groot licht dat scheen bij de ingang van de grot en het licht van de zon overtreft , e kwam een man met een grote uitstraling binnen dragend witte kleding helder als de zon. In zijn rechterhand een gloeiend kruis . Ik was in die tijd zitten aan de voeten van St. Karas en werd overmand door angst en ontzag . Deze stralende man ging richting St. Karas en plaatste het kruis op zijn gezicht en sprak met hem vele woorden en gaf ons rust . Ik ging naar onze vader St. Karas om te onderzoeken wie deze man is met al deze heerlijkheid. Hij zeide tot mij met alle geluk "Dat is Christus, de Heere , omdat het Zijn gewoonte is om bij mij te komen elke dag om me te zegenen , praten met mij en vertrekt . " Ik zei tegen hem: " Mijn vader de heilige ik verlang voor de Heer van genade om mij te zegenen . ' Dus zei hij tegen mij "Voordat u deze plaats verlaat ziet u CHRISTUS DE HEER Zijn heerlijkheid en Hij zal u zegenen en met u praten. " Wanneer we naar de zevende dag van de maand Abib[6] was gekomen vond ik dat St. Karas zijn ogen had ten hemel geheven , terwijl er tranen vielen en hijzuchten diep en zei tegen mij: "Vandaag is een grote pilaar gevallen op het platteland van Egypte , en de hele aarde heeft verloor een grote heilige , dat de hele wereld niet waardig zijn voeten te mogen dragen. Hij is Anba Shenouda de Archimandriet en ik heb zijn gezegende geest gezien opgevaren tot de hoogste van de hemel in de prijzen van de engelen, en ik hoor gehuil en gejammer al over het land van Egypte, en de monniken hebben zich verzameld rond het gezegende lichaam, gezegend door de stralende licht."

Op de volgende dag van de achtste dag van de maand Abib was de ziekte van onze heilge Karas sterker, en in het midden van die dag verscheen een sterk licht aan de deur van de grot en ging de Redder van de wereld. Voorafgaand aan Hem de aartsengelen Michaël en Gabriël met een vloot van engelen met zes vleugels en de geluiden van lof hier en daar met de geur van wierook . Ik zat aan de voeten van St. Karas, zodat de Heer welker grootst heerlijkheid zat aan bij het hoofd van St. Karas, hij hield onze Heiland rechterhand vast en zei tegen hem: " Voor mijn wille O mijn Heer en mijn God, zegen hem omdat hij is gekomen om mij van een verre plaats in het belang van deze dag." De Heer der heerlijkheid keek naar mij en zei: "Mijn vrede zij met u Pimwah, wat je hebt gezien en gehoord, spreek en schrijf hierover voor het goed gebruik van, maar als voor jou Karas , mijn geliefden, ieder mens die jouw verhaal kent en je naam herinnert op aarde, dan mijn vrede zij met hem en ik zal hem rekenen met de herdenking van de heiligen, ieder mens die wijn of brood of wierook of olie of kaars biedt in herinnering van uw naam zal ik hem veelvoudig in het hemelse koninkrijk belonen, wie de nodige voedt en die honger heeft of geeft drank aan hem die dorst heeft of kleedt hem die naakt in uw naam dan zal ik hem belonen in mijn rijk. Wie jouw verhaal schrijft zal ik zijn naam schrijven in het boek des levens en iedereen die genade heeft in uw geheugen zal ik hem geven wat geen oog heeft gezien en wat geen oor heeft gehoord en wat niet gevraagd is in het hart van een man. En nu mijn geliefde Karas, ik wil dat je mij een gunst vraagt voordat je overgaat naar mijn Hemel" St. Karas zei tegen Hem: "Mijn Heer, ik gebruikte de psalmen dag en nacht en ik wens de profeet David te zien terwijl ik in het vlees ben. " En in een knipoog kwam David en in zijn hand een harp spelende de psalm 'Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt laat ons verheugen en verblijd zijn.' St. Karas zei: "Ik wil alles horen tien strijkers in harpen de prezen samen de Heer." David bewoog zijn harp en zei: "kostbare vóór de Heer is de gezang van degenen die Hem gehoorzamen." Terwijl David de psalmen zong met de harp en zijn prachtige stem, liet de heilige in grote vreugde zijn geest zijn heilige lichaam verlaten naar de boezem van onze goede Heiland , Die nam het , kuste het , en gaf het aan aartsengel Michael . Toen sprong en kuste ik het lichaam van Sint Kars. De Heere der heerlijkheid signaleerde me naar buiten lopen. Dat deed ik en hij liep naar buiten en met Hem de engelen met lof en gebeden voor de geest van de heilige en we vertrokken uit de grot. De Heer legde zijn handen op de grot en het werd als of er nooit een ingang was, en al ten hemel opgevaren in vreugde, en ik bleef alleen in die positie tot dat de prachtig gezichten weg waren van mij.

Toen sloot ik mijn ogen uit de sterkte van het licht en de glorieuze aanblik, ik opende ze weer vond mezelf in de voorkant van de grot van Sint Abbamod El Kallah dus ik bleef bij hem drie dagen daarna vertrok ik en ging naar Sint Simon El Kallah en ik woonde bij hem drie dagen . Toen liet ik hem en keerde terug naar bergen waar mijn kerk was. Daar ontmoette ik alle broeders en vertelde hen het verhaal van de heilige Sint Karas de Anachoreet en het overlijden van Anba Shenouda de Archimandriet. Na vijf dagen kwam er een brief naar ons uit Egypte dat Sint Annba Shenouda de Archimandriet in vrede was overleden op dezelfde dag als St. Karas hem zag opvaren.

Voetnoten

  1. º Volgens http://www.dp-sk.org/StKarastheAnchorite.html
  2. º Dit verhaal is geschreven door een man uit 5de eeuw en kan niet objectief van aard zijn. http://www.copticchurch.net/topics/synexarion/stkaras.html
  3. º Dit betekent gegroet in het Koptisch/oud Grieks
  4. º is een soort van lange mantel die monniken en nonnen in het zwart dragen
  5. º het volgende deel is precies uit de biograpie van Sint Pimwah, zie http://www.copticchurch.net/topics/synexarion/stkaras.html of FROM THE BOOKS OF THE BARAMOS MONASTERY EIGHTH OF ABIB
  6. º een koptische maand
rel=nofollow

Bronnen