Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Franz Marijnen

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 4 jan 2015 om 00:38 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Franz_Marijnen&oldid=42777162 1 Dolorosa 17 dec 2014)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen


Franz Marijnen (Mechelen, 4 april 1943) is een Belgisch theaterregisseur. Hij was artistiek leider van meerdere stadstheaters in Nederland en België en heeft vele theaterstukken geregisseerd.

Biografie

Marijnen studeerde regie aan het RITCS (Rijksinstituut voor Toneel- en Cultuurspreiding) in Brussel. Tijdens zijn studie begon hij al te regisseren, met name voor het Mechels Miniatuur Theater. In 1966 maakte hij daar de voorstelling Het verhaal van de Dierentuin van Edward Albee. Het stuk kreeg erg goede recensies, en betekende het begin van een succesvolle carrière.

In 1966 ontmoette Marijnen tijdens een workshop in Brussel de Poolse theatervernieuwer Jerzy Grotowski. In 1967 trok Marijnen naar Polen om stage te lopen bij Grotowski’s Theaterlaboratorium. Hij raakte geïnspireerd door diens visie op theater, waarin de acteur en zijn fysieke aanwezigheid op het toneel centraal stond. Ook schreef Marijnen een uitgebreid artikel over de workshop van Grotowski.

Toen Marijnen in 1969 terugkeerde in België, probeerde hij de methodiek van Grotowski via workshops bij verschillende Vlaamse en Nederlandse gezelschappen toe te passen. Maar de klassiek geschoolde acteurs stonden er niet voor open en het wilde niet baten. Hij deed mee aan een experiment in de Nederlands Comedie in Amsterdam, wat tot een fiasco leidde. Het werd onmogelijk voor Marijnen om nog in Nederland of Vlaanderen theater te maken, door het gebrek aan experiment en financiële middelen.

In 1971 trok Franz Marijnen naar de Verenigde Staten. Op zoek naar een andere omgeving om zijn ervaringen met het Theaterlaboratorium wél succesvol te kunnen verwerken. Dit slaagde, hij vond in de VS het experiment, enthousiasme en engagement waar hij sinds zijn ontmoeting met Grotowski naar op zoek was en wat hij in Vlaanderen en Nederland niet kon vinden. Zijn verblijf in de VS zorgde voor meerdere lesopdrachten en in 1973 richtte hij zijn eigen theatergezelschap op: Camera Obscura.

Terug in Europa werd hij de eerste directeur (van 1977 tot 1983) van het Rotterdamse Ro Theater. In het Ro Theater en later als freelance regisseur bij onder andere het NNT en NT Gent voerde hij voornamelijk bestaande stukken op. Waaronder grote projecten zoals Wasteland (Rotterdam, 1980) en Bataille Bataille (Groningen, 1992). De methodiek van Grotowski bleef als uitgangspunt dienen. Daarmee was Franz Marijnen ook één van de weinigen die er in slaagde grote zaal producties te maken op een 'Grotowskiaanse' manier.

In 1993 werd Marijnen intendant van de Koninklijke Vlaamse Schouwburg, de KVS in Brussel. Hij maakte er grote stukken zoals Koning Lear (1987) en Oedipus/In Kolonos (1994) gebaseerd op de tekst van Hugo Claus. Ook trok hij publiek van uit de Franstalige gemeenschap en de Arabische cultuur naar de KVS. Na zeven jaar directeurschap nam hij in 2000 ontslag, mede door de financiële problemen van de KVS.

Hij verbond zich daarna aan het Nationaal Toneel in Den Haag. Waar Marijnen zichzelf volgens Klaas Tindemans opnieuw uitvond met onder andere de stukken Glenn Gould (2008) en Pier Paolo Pasolini - P.P.P. (2010). Zogezegd sobere biografische voorstellingen met een documentair karakter.

Sinds 2012 regisseerde hij weer in Mechelen bij 't Arsenaal, het voormalig Mechels Miniatuur Theater. Waar hij begin dit jaar (2014) Scarlatti maakte, een project met een internationale cast.

Theatrografie (een selectie)

1966

Het verhaal van de Dierentuin - Zoo-Story (Edward Albee). Mechels Miniatuur Theater.

1968

Gered (Edward Bond). Mechels Miniatuur Theater.

1970

Leer om Leer / Maat voor Maat (William Shakespeare). De Nederlandse Comedie.

1973

Oracles (Andy Wolk, naar Oedipus van Sophocles). Camera Obscura.

Yerma (Federico Garcia Lorca). Nederlands Toneel Gent

1975

Grimm! (Groepsproject, naar leven en werk van de gebroeders Grimm). Schauspielhaus Hamburg.

1980

Wasteland (Simon Rozendaal Ensemble). Ro Theater in samenwerking met Werkcentrum Dans.

De Meiden (Jean Genet). Ro Theater.

1983

Aida (Giuseppe Verdi). Koninklijk Ballet van Vlaanderen, Antwerps Orkest en Opera voor Vlaanderen.

1984

Jules Verne (Rob Scholten, Franz Marijnen). Ro Theater, Stichting Noordelijk Theater de Voorziening.

De Koning Sterft (Eugene Ionesco). Nederlands Toneel Gent

1985

Ik Jan Cremer (Lennaert Nijgh, naar Jan Cremer). Ro Theater.

1987

Doktor Faust. Libretto: Ferrucio Busoni. De Nederlandse Operastichting.

Koning Lear (William Shakespear). Nederlands Toneel Gent.

1988

Woyzeck (Georg Büchner). Het Nationale Toneel.

1989

Orgie (Pier Paolo Pasolini). Het Zuidelijk Toneel.

1991

Eindspel (Samuel Beckett). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.

1992

Wachten op Godot (Samuel Beckett). Het Nationale Toneel.

Bataille/bataille (George Bataille). Noord Nederlands Toneel.

1993

Koning Lear (William Shakespear). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.

1994

Oedipus (Hugo Claus, naar Seneca). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.

In Kolonos (Hugo Claus, naar Sofokles). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.

1996

Oresteia (Aischylos). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.

2000

Winter (Jon Fosse). 't Arsenaal.

2008

Red Rubber Balls (Peter Verhelst). Het Nationale Toneel.

Glenn Gould (Franz Marijnen). Het Nationale Toneel.

2010

Pier Paolo Pasolini - P.P.P. (Franz Marijnen). Het Nationale Toneel.

2011

De Driestuiver Opera (Bertold Brecht). Muziek van Kurt Weill. Het Nationale Toneel.

2014

Scarlatti (Franz Marijnen). 't Arsenaal.

externe links

t'Arsenaal: wie is wie

Ons Erfdeel

Rekto Verso

bronnen en referenties

Jans, Erwin. Kritisch Theater Lexicon 18: Franz Marijnen. Brussel: Vlaams Theater Instituut, 2002.

Crombez, Thomas. Arm theater in een gouden tijd: Ritueel en avant-garde na de Tweede Wereldoorlog. Leuven: Lannoo Campus, 2014.

Tindemans, Klaas. 'Vlaamse theatermakers in Nederland: Franz Marijnen'. Rekto Verso Nr. 43 september -oktober (2010) Rekto Verso geraadpleegd op 9-12-2014

Marijnen, Franz. 'Praktische oefeningen voor een akteursopleiding volgens het systeem en naar de theorieën van Jerzy Grotowski'. Windroos, jg. 3 nr. 25-26-27 (1967).

de Roeck, Jef. 'Franz Marijnen en zijn voorwaarden'. Ons Erfdeel, jg. 37 (1994). Ons Erfdeel geraadpleegd op 9-12-2014

t'Arsenaal: wie is wie Franz Marijnen, geraadpleegd op 9-12-2014