Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Franz Marijnen

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Franz Marijnen (Mechelen, 4 april 1943) is een Vlaams toneelregisseur. In het begin van zijn carrière maakte hij het werk van de Poolse theaterhervormer Jerzy Grotowski bekend in Nederland en België. Daarna week hij uit naar de Verenigde Staten, waar hij het experimentele gezelschap Camera Obscura stichtte. Vanaf de tweede helft van de jaren 1970 was hij weer in Europa werkzaam. Het hoogtepunt van zijn carrière was gesitueerd in de laatste decennia van de twintigste eeuw, toen hij artistiek leider was van meerdere grote stadstheaters in Nederland en België, waaronder het Ro Theater (Rotterdam) en de Koninklijke Vlaamse Schouwburg (Brussel).

Biografie

Marijnen studeerde regie aan het RITCS (Rijksinstituut voor Toneel- en Cultuurspreiding) in Brussel. Tijdens zijn studie begon hij al te regisseren voor het Mechels Miniatuur Theater. In 1966 maakte hij daar de voorstelling Het verhaal van de Dierentuin van Edward Albee, dat erg positieve recensies kreeg.

In 1966 ontmoette Marijnen tijdens een workshop in Brussel de Poolse theatervernieuwer Jerzy Grotowski. In 1967 trok Marijnen naar Polen om stage te lopen bij Grotowski’s Theaterlaboratorium. Hij raakte geïnspireerd door diens visie op theater, waarin de acteur en zijn fysieke aanwezigheid op het toneel centraal stond. Marijnen publiceerde een uitgebreid verslag over de workshop in het toneeltijdschrift Windroos, dat later hernomen werd in Grotowski’s boek Naar een arm theater (1968).

Toen Marijnen in 1969 terugkeerde naar België, probeerde hij de methodiek van Grotowski via workshops bij verschillende Vlaamse en Nederlandse gezelschappen toe te passen. Klassiek geschoolde acteurs stonden er echter niet voor open. Een experiment met spelers van de Nederlands Comedie in Amsterdam leidde tot een fiasco.

In 1971 trok Franz Marijnen naar de Verenigde Staten, op zoek naar een andere omgeving om zijn ervaringen met het Theaterlaboratorium wél succesvol te kunnen verwerken. Zijn verblijf in de VS zorgde voor meerdere lesopdrachten en in 1973 richtte hij zijn eigen theatergezelschap op, Camera Obscura.

Terug in Europa werd hij de eerste directeur (van 1977 tot 1983) van het Rotterdamse Ro Theater. In het Ro Theater en later als freelance regisseur bij onder andere het NNT en NTGent maakte hij grootschalige producties als Wasteland (Rotterdam, 1980) en Bataille Bataille (Groningen, 1992). De methodiek van Grotowski bleef als uitgangspunt dienen. Daarmee was Franz Marijnen ook één van de weinigen die er in slaagde grotezaalproducties te maken met een duidelijk experimenteel stempel.

In 1993 werd Marijnen intendant van de Koninklijke Vlaamse Schouwburg in Brussel. Hij maakte er producties van klassieke repertoirestukken zoals Koning Lear (1987) en Oedipus/In Kolonos (1994). Ook trok hij publiek aan uit Franstalig Brussel. Hij spande zich in om de Arabische cultuur een plek te geven in de KVS. Na zeven jaar directeurschap nam hij in 2000 ontslag, mede door de financiële problemen van het gezelschap.

Hij verbond zich daarna aan het Nationaal Toneel in Den Haag. Marijnen nam er een nieuwe start, met producties als Glenn Gould (2008) en Pier Paolo Pasolini - P.P.P. (2010).

Sinds 2012 regisseerde hij weer in Mechelen bij 't Arsenaal, het voormalig Mechels Miniatuur Theater. Daar maakte hij begin 2014 Scarlatti, een project met een internationale cast.

Theatrografie (selectie)

1966
Het verhaal van de Dierentuin - Zoo-Story (Edward Albee). Mechels Miniatuur Theater.
1968
Gered (Edward Bond). Mechels Miniatuur Theater.
1970
Leer om Leer / Maat voor Maat (William Shakespeare). De Nederlandse Comedie.
1973
Oracles (Andy Wolk, naar Oedipus van Sophocles). Camera Obscura.
Yerma (Federico Garcia Lorca). Nederlands Toneel Gent
1975
Grimm! (Groepsproject, naar leven en werk van de gebroeders Grimm). Schauspielhaus Hamburg.
1980
Wasteland (Simon Rozendaal Ensemble). Ro Theater in samenwerking met Werkcentrum Dans.
De Meiden (Jean Genet). Ro Theater.
1983
Aida (Giuseppe Verdi). Koninklijk Ballet van Vlaanderen, Antwerps Orkest en Opera voor Vlaanderen.
1984
Jules Verne (Rob Scholten, Franz Marijnen). Ro Theater, Stichting Noordelijk Theater de Voorziening.
De Koning Sterft (Eugene Ionesco). Nederlands Toneel Gent
1985
Ik Jan Cremer (Lennaert Nijgh, naar Jan Cremer). Ro Theater.
1987
Doktor Faust. Libretto: Ferrucio Busoni. De Nederlandse Operastichting.
Koning Lear (William Shakespear). Nederlands Toneel Gent.
1988
Woyzeck (Georg Büchner). Het Nationale Toneel.
1989
Orgie (Pier Paolo Pasolini). Het Zuidelijk Toneel.
1991
Eindspel (Samuel Beckett). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.
1992
Wachten op Godot (Samuel Beckett). Het Nationale Toneel.
Bataille/bataille (George Bataille). Noord Nederlands Toneel.
1993
Koning Lear (William Shakespear). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.
1994
Oedipus (Hugo Claus, naar Seneca). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.
In Kolonos (Hugo Claus, naar Sofokles). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.
1996
Oresteia (Aischylos). Koninklijke Vlaamse Schouwburg.
2000
Winter (Jon Fosse). 't Arsenaal.
2008
Red Rubber Balls (Peter Verhelst). Het Nationale Toneel.
Glenn Gould (Franz Marijnen). Het Nationale Toneel.
2010 : Pier Paolo Pasolini - P.P.P. (Franz Marijnen). Het Nationale Toneel.
2011
De Driestuiver Opera (Bertold Brecht). Muziek van Kurt Weill. Het Nationale Toneel.
2014
Scarlatti (Franz Marijnen). 't Arsenaal.

Bronnen