Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Gebruiker:Franciscus/kladblok: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 30: Regel 30:
<br/>
<br/>
=Kortsluitingen=  
=Kortsluitingen=  
Nederland en de omringende landen beschikken over een goede en betrouwbare elektriciteitsvoorziening. Toch is het niet te voorkomen, dat door storingen in componenten als nettkabels, huisaansluitkabels, schakelaars en transformatoren soms kortsluitingen kunnen optreden.  
Nederland en de omringende landen beschikken over een goede en betrouwbare elektriciteitsvoorziening. Toch is het niet te voorkomen, dat door storingen in componenten als nettkabels, huisaansluitkabels, schakelaars en transformatoren kortsluitingen kunnen optreden.  
<br/>De gevolgen van kortsluitingen kunnen ernstig zijn en aanleiding geven tot netuitval, waar de gebruikers hinder van ondervinden en waardoor economische schade kan ontstaan.  
<br/>De gevolgen van kortsluitingen kunnen ernstig zijn en aanleiding geven tot netuitval, waar de gebruikers hinder van ondervinden en waardoor economische schade kan ontstaan. Ook kan een kortsluiting brand veroorzaken in installaties en zich op die manier verder uitbreiden.
==Oorzaken en maatregelen==
==Oorzaken en maatregelen==
Storingen in componenten van de elektriciteitsvoorziening kunnen ontstaan door veroudering, slijtage, werking van de bodem, vocht, fouten door fabrikanten, montagefouten, bedieningsfouten of door weersinvloeden.
Storingen in componenten van de elektriciteitsvoorziening kunnen ontstaan door veroudering, slijtage, werking van de bodem, vocht, fouten door fabrikanten, montagefouten, bedieningsfouten of door weersinvloeden.
<br/>Aangezien sommige van deze fouten niet zijn te voorkomen, moet al het mogelijke worden gedaan om onderbrekingen van de stroomvoorziening door storingen te beperken.  
<br/>Aangezien sommige van deze fouten niet geheel zijn te voorkomen, moet al het mogelijke worden gedaan om onderbrekingen van de stroomvoorziening door storingen te beperken.  
<br/>De componenten van het elektriciteitsnet en de installaties moeten binnen zekere grenzen opgewassen zijn tegen de gevolgen van kortsluitingen. Of dit werkelijk zo is, wordt vastgesteld door proefnemingen in kortsluitlaboratoria, zoals dat bij de KEMA in Arnhem gebeurt.  
<br/>De componenten van het elektriciteitsnet en de installaties moeten binnen gestelde grenzen opgewassen zijn tegen de gevolgen van kortsluitingen. Of dit inderdaad het geval is, wordt vastgesteld door proefnemingen in kortsluitlaboratoria, zoals dat bij de KEMA in Arnhem gebeurt.  
<br/>Ook wordt met uiterst moderne en snelle beveiligingsmiddelen bij een kortsluiting onmiddellijk ingegrepen en het getroffen netgedeelte vrijwel direct afgeschakeld, waardoor het materiaal intact blijft en de stroomvoorziening zoveel mogelijk behouden blijft.  
<br/>Ook wordt met uiterst moderne en snelle beveiligingsmiddelen onmiddellijk ingegrepen bij een kortsluiting en het getroffen netgedeelte vrijwel direct afgeschakeld. Hierdoor blijft het materiaal intact en wordt de stroomvoorziening zoveel mogelijk in stand gehouden.  
==Grootte van de kortsluitingen en effecten==
==Grootte van de kortsluitingen en effecten==
[[Afbeelding:Netsituaties.jpg|400px|left]]  
[[Afbeelding:Netsituaties.jpg|400px|left]]  
Een kortsluiting in een elektriciteitsnet wil eigenlijk zeggen, dat doordat een of meer geleiders direct met elkaar in aanraking komen het in de generatoren '''G''' opgewekte elektrische vermogen''' P''' niet op de plaats terecht komt waar het wordt verlangd, maar naar de generator terugkeert via een kortere weg. De afbeelding laat dit op een vereenvoudigde manier zien.
Een kortsluiting in een elektriciteitsnet wil eigenlijk zeggen, dat doordat een of meer geleiders direct met elkaar of met aarde in aanraking komen, het in de generatoren '''G''' opgewekte elektrische vermogen''' P''' niet op de plaats terecht komt waar het wordt verlangd, maar terugkeert via een kortere weg. De afbeelding laat dit op een vereenvoudigde manier zien.
<br/>De kortsluitstromen in de hoogspanningsnetten kunnen zeer groot zijn. In bijvoorbeeld het 380 kV-net zijn tegenwoordig al kortsluitstromen van 63 kA mogelijk. In 10 kV-netten wordt op kortsluitstromen van 25 kA gerekend. In de laagspanningsnetten voor 400/230 V kunnen direct achter de nettransformatoren soms wel kortsluitstromen van ruim 20 kA worden verwacht.  
<br/>De kortsluitstromen in de hoogspanningsnetten kunnen zeer groot zijn. In bijvoorbeeld het 380 kV-net zijn tegenwoordig al kortsluitstromen van 63 kA mogelijk. In 10 kV-netten wordt op kortsluitstromen van 25 kA gerekend. In de laagspanningsnetten voor 400/230 V kunnen direct achter de nettransformatoren soms wel kortsluitstromen van ruim 20 kA worden verwacht.  
<br/>Hoewel door de hoge kwaliteit van het schakelmateriaal, de leidingen en de beveiligingsmiddelen al te grote schade wordt voorkomen, is het onvermijdelijk, dat de kortsluitstroom gedurende een aantal milliseconden werkzaam is en twee belangrijke effecten teweeg brengt, namelijk '''warmte-ontwikkeling''' en '''krachtwerking'''.  
<br/>Hoewel door de hoge kwaliteit van het schakelmateriaal, de leidingen en de beveiligingsmiddelen al te grote schade wordt voorkomen, is het onvermijdelijk, dat de kortsluitstroom gedurende een aantal milliseconden werkzaam is en twee belangrijke effecten teweeg brengt, namelijk '''warmte-ontwikkeling''' en '''krachtwerking'''.  
==Warmte-ontwikkeling==
==Warmte-ontwikkeling==
[[Afbeelding:Begin kortsluiting.jpg|350px|left]]
[[Afbeelding:Begin kortsluiting.jpg|350px|left]]
Door de lage weerstand of impedantie van de schakelaars en toevoerleidingen naar de kortsluitplaats, zal bij een kortsluiting de stroom '''I''' die eerst een normale waarde had overgaan in de soms tot enkele duizenden ampères ( kA’s ) oplopende kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' zoals schematisch weergegeven in de afbeelding. Het gevolg hiervan is, dat zich binnen zeer kort tijd hoge temperaturen zullen ontwikkelen in de netcomponenten.  
Door de lage ohmse weerstand van de schakelaars en toevoerleidingen naar de kortsluitplaats, zal bij een kortsluiting de stroom '''I''' die eerst een normale waarde had overgaan in de soms tot enkele duizenden ampères ( kA’s ) oplopende kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' zoals schematisch weergegeven in de afbeelding. Het gevolg hiervan is, dat zich binnen zeer kort tijd hoge temperaturen zullen ontwikkelen in de netcomponenten.  
<br/>De ''warmte-ontwikkeling'' door een stroom wordt bepaald door het ''kwadraat'' van de stroom '''I''', de ohmse weerstand '''R''' van de componenten en de tijd '''t''', dat de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' aanwezig is, geschreven als :
<br/>De ''warmte-ontwikkeling'' door een stroom wordt bepaald door het ''kwadraat'' van de stroom '''I''', de ohmse weerstand '''R''' van de componenten en de tijd '''t''', dat de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' aanwezig is, geschreven als :
* '''''P = I<sup> 2</sup>  . R . t''''' ( Joule )  
* '''''Q = I<sup> 2</sup>  . R . t''''' ( Joule )  
Tegen deze warmte-ontwikkeling zijn te krap bemeten doorsneden van leidingen niet bestand en slecht contactmakende verbindingen lassen vast of branden weg. Dit wegbranden gebeurt in onderdelen van seconden en heeft soms het karakter van een explosie.  
Tegen deze warmte-ontwikkeling zijn te krap bemeten doorsneden van leidingen niet bestand en slecht contactmakende verbindingen lassen vast of branden weg. Dit wegbranden gebeurt in onderdelen van seconden en heeft soms het karakter van een explosie.  
<br/>Aangezien kortsluitstromen van korte duur zijn, treedt een zogenaamd ''adiabatisch'' proces op, wat wil zeggen, dat de temperatuurstijging zó snel gaat, dat er nauwelijks warmte aan de omgeving wordt afgestaan. Bij een kortsluiting zijn temperatuurstijgingen van 200 of 300 K dan ook geen  zeldzaamheid.
<br/>Aangezien kortsluitstromen van korte duur zijn, treedt een zogenaamd ''adiabatisch'' effect( op, wat wil zeggen, dat de temperatuurstijging (d T ) zó snel gaat, dat er nauwelijks warmte aan de omgeving wordt afgestaan. Bij een kortsluiting zijn temperatuurstijgingen van 200 of 300 K dan ook geen  zeldzaamheid.
<br/>Voor de componenten zijn zulke kortstondige temperatuurverhogingen veroorzaakt door kortsluitingen wel toegestaan, hoewel er duidelijke bovengrenzen worden gehanteerd.  
<br/>De componenten die aan de gestelde eisen voldoen, zullen dergelijke kortstondige temperatuurverhogingen wel doorstaan, hoewel er duidelijke bovengrenzen worden gehanteerd die niet mogen worden overschreden.
<br/>In installaties met niet-goedgekeurde materialen en componenten, of bij slecht onderhouden installaties, kan een kortsluiting brandgevaar opleveren.
==Krachtwerking==
==Krachtwerking==
[[Afbeelding:Gelijknamige stromen.jpg|350px|left]]
[[Afbeelding:Gelijknamige stromen.jpg|350px|left]]
[[Afbeelding:Ongelijknamige stromen.jpg|350px]]
[[Afbeelding:Ongelijknamige stromen.jpg|350px]]
<br/>
<br/>
<br/>Voorafgaand aan de temperatuurstijging in de leidingen en de componenten, treden door de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' ''elektrodynamische'' krachten op die soms gevaarlijk groot kunnen worden. Door de enorme kortsluitstromen ontstaan namelijk grote ''elektromagnetische'' velden rondom de geleiders. Afhankelijk van de stroomrichting en de positie van deze geleiders zullen parallellopende geleiders door de kortsluitstroom ''uit elkaar'' worden gedreven of juist ''naar elkaar'' worden getrokken, zoals op de afbeeldingen is te zien.  
<br/>Voorafgaand aan de temperatuurstijging in de leidingen en de componenten, treden door de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' ook ''elektrodynamische'' krachten op die soms gevaarlijk groot kunnen worden. Door de enorme kortsluitstromen ontstaan namelijk grote ''elektromagnetische'' velden rondom de geleiders. Afhankelijk van de stroomrichting en de positie van deze geleiders zullen dichtbij gelegen, parallellopende geleiders door de kortsluitstroom ''uit elkaar'' worden gedreven of juist ''naar elkaar'' worden getrokken, zoals op de afbeeldingen te zien is.  
[[Afbeelding:Kortsluitproef aardingsmateriaal.jpg|450 px|right]]  
[[Afbeelding:Kortsluitproef aardingsmateriaal.jpg|450 px|right]]  
De stroomrichting in een geleider wordt aangegeven met een '''x''' als de stroom van ons af vloeit ( achterzijde van een pijl ) en met een '''.''' als de stroom naar ons toekomt ( voorzijde van een pijl )  
De stroomrichting in een geleider wordt aangegeven met een '''x''' als de stroom van ons af vloeit ( achterzijde van een pijl ) en met een '''.''' als de stroom naar ons toekomt ( voorzijde van een pijl ).
De optredende krachten worden net als bij de warmte-ontwikkeling voornamelijk bepaald door het ''kwadraat'' van de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''', waarbij in dit geval de topwaarde van de kortsluitstroom '''I<sub> ktop</sub>''' bepalend is voor de grootste optredende krachten. Zo’n topwaarde - die meestal een grootte heeft van ongeveer 2,5 tot 2,75 x de effectieve kortsluitstroom '''I<sub>k</sub>''' - is aanwezig in het geval van een zogenaamde ''asymmetrische'' kortsluitstroom. Deze treedt op als overgangsverschijnsel op het moment dat de fasespanning '''U<sub> f</sub>''' = 0 en stroom van normaal bedrijf overgaat in een kortsluitstroom.
<br/>De optredende krachten worden - net als bij de warmte-ontwikkeling - voornamelijk bepaald door het ''kwadraat'' van de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''', waarbij in dit geval de topwaarde van de kortsluitstroom '''I<sub> ktop</sub>''' bepalend is voor de grootste optredende krachten. Zo’n topwaarde - die meestal een grootte heeft van ongeveer 2,5 tot 2,75 x de ( effectieve ) kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' - is aanwezig in het geval van een zogenaamde ''asymmetrische'' kortsluitstroom. Deze treedt op als overgangsverschijnsel op het moment dat de fasespanning '''U<sub> f</sub>''' = '''0''' en de stroom '''I''' van normaal bedrijf overgaat in de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>'''.
<br/>Op de afbeelding is een grafiek weergegeven van een asymmetrische kortsluitstroom, gemaakt bij beproevingen van aardingsmateriaal voor 10 kV-installaties.  
<br/>Op de afbeelding is een grafiek weergegeven van een asymmetrische kortsluitstroom, gemaakt bij beproevingen van aardingsmateriaal voor 10 kV-installaties.  
Bij deze proef was de effectieve waarde van de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' = 58 kA en de asymmetrische kortsluitstroom '''I<sub> ktop</sub>''' = 159 kA, dus ruim '''2,7 x''' '''I<sub> k</sub>'''.  
Bij deze proef was de effectieve waarde van de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' = 58 kA en de asymmetrische kortsluitstroom '''I<sub> ktop</sub>''' = 159 kA, dus ruim '''2,7 x''' '''I<sub> k</sub>'''.  
Regel 65: Regel 66:
Direct achter een nettransformator van 630 kVA, treedt tussen twee rails van een railstelsel in een hoofdverdeelkast een kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' op van 22 kA, ingeleid door een asymmetrische kortsluitstroom I<sub> ktop</sub> van 55 kA. Deze stroom zal in de eerste perioden van de kortsluiting grote krachten veroorzaken.  
Direct achter een nettransformator van 630 kVA, treedt tussen twee rails van een railstelsel in een hoofdverdeelkast een kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' op van 22 kA, ingeleid door een asymmetrische kortsluitstroom I<sub> ktop</sub> van 55 kA. Deze stroom zal in de eerste perioden van de kortsluiting grote krachten veroorzaken.  
<br/>Uit berekeningen blijkt, dat de resulterende kracht '''F''' op de rails ''per meter'' = 6.050 N is bij een afstand '''''a''''' tussen de rails van 10 cm. De stromen zijn tegengesteld ten opzichte van elkaar, waardoor de rails ''uit elkaar'' worden gedreven.  
<br/>Uit berekeningen blijkt, dat de resulterende kracht '''F''' op de rails ''per meter'' = 6.050 N is bij een afstand '''''a''''' tussen de rails van 10 cm. De stromen zijn tegengesteld ten opzichte van elkaar, waardoor de rails ''uit elkaar'' worden gedreven.  
<br/>Aangezien de krachten op de rails van een ''hoofdverdeelkast'' komen te staan, zal er veel aandacht moeten worden besteed aan het opvangen van deze krachten.  
<br/>Aangezien de krachten op de rails van een ''hoofdverdeelkast'' komen te staan, zal er veel aandacht moeten worden besteed aan het opvangen van deze krachten. Bij verkeerd gemonteerde of slecht ondersteunde geleiders, kunnen deze sterk vervormen en grote schade aanrichten.  
==Stroomrichting en aansluitingen==
==Stroomrichting en aansluitingen==
[[Afbeelding:Haakse bocht.jpg|320px|right]]
[[Afbeelding:Haakse bocht.jpg|320px|right]]
Als de kortsluitstroom na een halve periode van richting omkeert, blijven de stromen tegengesteld ten opzichte van elkaar, waardoor in dit geval dus ook de krachten '''F''' elkaar blijven afstoten, zoals ook op de afbeelding te zien is.  
Als de kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>'''  na een halve periode van richting omkeert - zoals dat bij wisselstroom het geval is- blijven de stromen tegengesteld ten opzichte van elkaar, waardoor in dit geval dus ook de krachten '''F''' elkaar blijven afstoten, zoals ook op de afbeelding te zien is.  
<br/>Bij een aansluiting die een haakse bocht maakt, zullen de op elkaar inwerkende krachten '''F''' op de geleiders proberen de geleider recht te trekken. Om problemen te voorkomen, worden om die reden de aansluitingen op hoogspanningscomponenten altijd zo recht mogelijk uitgevoerd, zonder al te veel bochten.
<br/>Bij een aansluiting die een haakse bocht maakt, zullen de op elkaar inwerkende krachten '''F''' op de geleiders proberen de geleider recht te trekken. Om problemen te voorkomen, worden om die reden de aansluitingen op hoogspanningscomponenten altijd zo recht mogelijk uitgevoerd, zonder al te veel bochten. Als dit om een of andere reden niet goed mogelijk is, dan worden extra steunpunten aangebracht.
==Kortsluitstromen bij accu’s==
==Kortsluitstromen bij accu’s==
Ook bij toepassing van gelijkstroom kunnen, afhankelijk van de grootte van de voedingsbron respectabele kortsluitstromen optreden.
Ook bij toepassing van gelijkstroom kunnen, afhankelijk van de grootte van de voedingsbron respectabele kortsluitstromen optreden.
<br/>Grote stationaire accubatterijen voor bijvoorbeeld een noodstroomvoeding, meestal UPS = Uninterruptible Power Supply genoemd, en die bij grote computerruimten worden toegepast, bezitten soms een capaciteit van 250 Ah *) bij een spanning van 400 volt.  
<br/>Grote stationaire accubatterijen voor bijvoorbeeld een noodstroomvoeding - meestal UPS = Uninterruptible Power Supply genoemd - die bij grote computerruimten worden toegepast, bezitten soms een capaciteit van 250 Ah *) of meer bij een spanning van 400 volt.  
<br/>Als bij zo’n grote accubatterij een directe kortsluiting op de aansluitklemmen aanwezig is, dan gaat er een kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' vloeien van zo'n 8500 A ( = 8,5 kA ).  
<br/>Als bij zo’n grote accubatterij een directe kortsluiting op de aansluitklemmen aanwezig is, dan gaat er een kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>''' vloeien van ongeveer 8500 A ( = 8,5 kA ).  
<br/>In een schakelkast op bijvoorbeeld 10 meter afstand, is '''I<sub> k</sub>''' - afhankelijk van de elektrische weerstand van de gebruikte kabel - al gereduceerd tot ongeveer 7 kA, en op 100 meter afstand is '''I<sub> k</sub>'''  nog maar 3 kA. Dit vraagt natuurlijk om een selectieve manier van beveiligen met smeltveiligheden of installatie-automaten.
<br/>In een schakelkast op bijvoorbeeld 10 meter afstand, is '''I<sub> k</sub>''' - afhankelijk van de elektrische weerstand van de gebruikte kabel - al gereduceerd tot ongeveer 7 kA, en op 100 meter afstand is '''I<sub> k</sub>'''  nog maar 3 kA. Dit vraagt natuurlijk om een selectieve manier van beveiligen met smeltveiligheden of installatie-automaten.
<br/>Bij een personenauto ligt de capaciteit van de accubatterij meestal in de orde van 45 Ah. Een directe kortsluiting op de klemmen van deze accubatterij geeft een kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>'''  van ongeveer 1,5 kA, dus ook een stroom om rekening mee te houden! Bij het achterlicht van de auto is door de inwendige weerstand van de kabels '''I<sub> k</sub>''' al afgenomen tot circa 400 A. Dergelijke stromen kunnen leiden tot brandwonden als de kortsluitstroom loopt door bijvoorbeeld een aan een vinger gedragen ring.
<br/>Bij een personenauto ligt de capaciteit van de accubatterij meestal in de orde van 45 Ah. Een directe kortsluiting op de klemmen van deze accubatterij geeft een kortsluitstroom '''I<sub> k</sub>'''  van ongeveer 1,5 kA, dus ook een stroom om rekening mee te houden. Dergelijke stromen kunnen leiden tot brandwonden als de kortsluitstroom loopt door bijvoorbeeld een aan een vinger gedragen ring en bij gebruik van steeksleutels of ander gereedschap.
------------------------------------------
<br/>Bij het achterlicht van de auto is door de inwendige weerstand van de kabels '''I<sub> k</sub>''' al afgenomen tot circa 400 A. ------------------------------------------
''* ) De capaciteit van een accubatterij ( Ah ) geeft aan, hoeveel ampère ( '''A''' ) er gedurende een aantal uren ( '''h''' ) kan worden afgenomen, zonder dat er behoeft te worden bijgeladen.''
''* ) De capaciteit van een accubatterij ( '''Ah''' ) geeft aan, hoeveel ampère ( '''A''' ) er gedurende een aantal uren ( '''h''' ) kan worden afgenomen, zonder dat er behoeft te worden bijgeladen.''

Versie van 9 aug 2009 11:25

Deze pagina gebruik ik om nieuwe artikelen even op te bergen en te bewerken, vóórdat ik ze als bijdrage op Wikisage zet. Ook kan ik hier enkele geheugensteuntjes kwijt.
Franciscus 4 feb 2009 14:55 (UTC)

Edward Elgar omstreeks 1925
rel=nofollow
>> Paul Dukas ( 1865 - 1935 ) >


Franciscus 20 jul 2009 13:33 (UTC)












Kortsluitingen

Nederland en de omringende landen beschikken over een goede en betrouwbare elektriciteitsvoorziening. Toch is het niet te voorkomen, dat door storingen in componenten als nettkabels, huisaansluitkabels, schakelaars en transformatoren kortsluitingen kunnen optreden.
De gevolgen van kortsluitingen kunnen ernstig zijn en aanleiding geven tot netuitval, waar de gebruikers hinder van ondervinden en waardoor economische schade kan ontstaan. Ook kan een kortsluiting brand veroorzaken in installaties en zich op die manier verder uitbreiden.

Oorzaken en maatregelen

Storingen in componenten van de elektriciteitsvoorziening kunnen ontstaan door veroudering, slijtage, werking van de bodem, vocht, fouten door fabrikanten, montagefouten, bedieningsfouten of door weersinvloeden.
Aangezien sommige van deze fouten niet geheel zijn te voorkomen, moet al het mogelijke worden gedaan om onderbrekingen van de stroomvoorziening door storingen te beperken.
De componenten van het elektriciteitsnet en de installaties moeten binnen gestelde grenzen opgewassen zijn tegen de gevolgen van kortsluitingen. Of dit inderdaad het geval is, wordt vastgesteld door proefnemingen in kortsluitlaboratoria, zoals dat bij de KEMA in Arnhem gebeurt.
Ook wordt met uiterst moderne en snelle beveiligingsmiddelen onmiddellijk ingegrepen bij een kortsluiting en het getroffen netgedeelte vrijwel direct afgeschakeld. Hierdoor blijft het materiaal intact en wordt de stroomvoorziening zoveel mogelijk in stand gehouden.

Grootte van de kortsluitingen en effecten

Een kortsluiting in een elektriciteitsnet wil eigenlijk zeggen, dat doordat een of meer geleiders direct met elkaar of met aarde in aanraking komen, het in de generatoren G opgewekte elektrische vermogen P niet op de plaats terecht komt waar het wordt verlangd, maar terugkeert via een kortere weg. De afbeelding laat dit op een vereenvoudigde manier zien.
De kortsluitstromen in de hoogspanningsnetten kunnen zeer groot zijn. In bijvoorbeeld het 380 kV-net zijn tegenwoordig al kortsluitstromen van 63 kA mogelijk. In 10 kV-netten wordt op kortsluitstromen van 25 kA gerekend. In de laagspanningsnetten voor 400/230 V kunnen direct achter de nettransformatoren soms wel kortsluitstromen van ruim 20 kA worden verwacht.
Hoewel door de hoge kwaliteit van het schakelmateriaal, de leidingen en de beveiligingsmiddelen al te grote schade wordt voorkomen, is het onvermijdelijk, dat de kortsluitstroom gedurende een aantal milliseconden werkzaam is en twee belangrijke effecten teweeg brengt, namelijk warmte-ontwikkeling en krachtwerking.

Warmte-ontwikkeling

Door de lage ohmse weerstand van de schakelaars en toevoerleidingen naar de kortsluitplaats, zal bij een kortsluiting de stroom I die eerst een normale waarde had overgaan in de soms tot enkele duizenden ampères ( kA’s ) oplopende kortsluitstroom I k zoals schematisch weergegeven in de afbeelding. Het gevolg hiervan is, dat zich binnen zeer kort tijd hoge temperaturen zullen ontwikkelen in de netcomponenten.
De warmte-ontwikkeling door een stroom wordt bepaald door het kwadraat van de stroom I, de ohmse weerstand R van de componenten en de tijd t, dat de kortsluitstroom I k aanwezig is, geschreven als :

  • Q = I 2 . R . t ( Joule )

Tegen deze warmte-ontwikkeling zijn te krap bemeten doorsneden van leidingen niet bestand en slecht contactmakende verbindingen lassen vast of branden weg. Dit wegbranden gebeurt in onderdelen van seconden en heeft soms het karakter van een explosie.
Aangezien kortsluitstromen van korte duur zijn, treedt een zogenaamd adiabatisch effect( op, wat wil zeggen, dat de temperatuurstijging (d T ) zó snel gaat, dat er nauwelijks warmte aan de omgeving wordt afgestaan. Bij een kortsluiting zijn temperatuurstijgingen van 200 of 300 K dan ook geen zeldzaamheid.
De componenten die aan de gestelde eisen voldoen, zullen dergelijke kortstondige temperatuurverhogingen wel doorstaan, hoewel er duidelijke bovengrenzen worden gehanteerd die niet mogen worden overschreden.
In installaties met niet-goedgekeurde materialen en componenten, of bij slecht onderhouden installaties, kan een kortsluiting brandgevaar opleveren.

Krachtwerking



Voorafgaand aan de temperatuurstijging in de leidingen en de componenten, treden door de kortsluitstroom I k ook elektrodynamische krachten op die soms gevaarlijk groot kunnen worden. Door de enorme kortsluitstromen ontstaan namelijk grote elektromagnetische velden rondom de geleiders. Afhankelijk van de stroomrichting en de positie van deze geleiders zullen dichtbij gelegen, parallellopende geleiders door de kortsluitstroom uit elkaar worden gedreven of juist naar elkaar worden getrokken, zoals op de afbeeldingen te zien is.

De stroomrichting in een geleider wordt aangegeven met een x als de stroom van ons af vloeit ( achterzijde van een pijl ) en met een . als de stroom naar ons toekomt ( voorzijde van een pijl ).
De optredende krachten worden - net als bij de warmte-ontwikkeling - voornamelijk bepaald door het kwadraat van de kortsluitstroom I k, waarbij in dit geval de topwaarde van de kortsluitstroom I ktop bepalend is voor de grootste optredende krachten. Zo’n topwaarde - die meestal een grootte heeft van ongeveer 2,5 tot 2,75 x de ( effectieve ) kortsluitstroom I k - is aanwezig in het geval van een zogenaamde asymmetrische kortsluitstroom. Deze treedt op als overgangsverschijnsel op het moment dat de fasespanning U f = 0 en de stroom I van normaal bedrijf overgaat in de kortsluitstroom I k.
Op de afbeelding is een grafiek weergegeven van een asymmetrische kortsluitstroom, gemaakt bij beproevingen van aardingsmateriaal voor 10 kV-installaties. Bij deze proef was de effectieve waarde van de kortsluitstroom I k = 58 kA en de asymmetrische kortsluitstroom I ktop = 159 kA, dus ruim 2,7 x I k.
Aangezien in deze gevallen de topwaarde maximaal is en de krachten – zoals eerder al aangegeven - door de topwaarde worden bepaald, zullen de krachten door deze pieken aanzienlijk zijn, zoals uit volgend rekenvoorbeeld duidelijk wordt.

Rekenvoorbeeld

Direct achter een nettransformator van 630 kVA, treedt tussen twee rails van een railstelsel in een hoofdverdeelkast een kortsluitstroom I k op van 22 kA, ingeleid door een asymmetrische kortsluitstroom I ktop van 55 kA. Deze stroom zal in de eerste perioden van de kortsluiting grote krachten veroorzaken.
Uit berekeningen blijkt, dat de resulterende kracht F op de rails per meter = 6.050 N is bij een afstand a tussen de rails van 10 cm. De stromen zijn tegengesteld ten opzichte van elkaar, waardoor de rails uit elkaar worden gedreven.
Aangezien de krachten op de rails van een hoofdverdeelkast komen te staan, zal er veel aandacht moeten worden besteed aan het opvangen van deze krachten. Bij verkeerd gemonteerde of slecht ondersteunde geleiders, kunnen deze sterk vervormen en grote schade aanrichten.

Stroomrichting en aansluitingen

Als de kortsluitstroom I k na een halve periode van richting omkeert - zoals dat bij wisselstroom het geval is- blijven de stromen tegengesteld ten opzichte van elkaar, waardoor in dit geval dus ook de krachten F elkaar blijven afstoten, zoals ook op de afbeelding te zien is.
Bij een aansluiting die een haakse bocht maakt, zullen de op elkaar inwerkende krachten F op de geleiders proberen de geleider recht te trekken. Om problemen te voorkomen, worden om die reden de aansluitingen op hoogspanningscomponenten altijd zo recht mogelijk uitgevoerd, zonder al te veel bochten. Als dit om een of andere reden niet goed mogelijk is, dan worden extra steunpunten aangebracht.

Kortsluitstromen bij accu’s

Ook bij toepassing van gelijkstroom kunnen, afhankelijk van de grootte van de voedingsbron respectabele kortsluitstromen optreden.
Grote stationaire accubatterijen voor bijvoorbeeld een noodstroomvoeding - meestal UPS = Uninterruptible Power Supply genoemd - die bij grote computerruimten worden toegepast, bezitten soms een capaciteit van 250 Ah *) of meer bij een spanning van 400 volt.
Als bij zo’n grote accubatterij een directe kortsluiting op de aansluitklemmen aanwezig is, dan gaat er een kortsluitstroom I k vloeien van ongeveer 8500 A ( = 8,5 kA ).
In een schakelkast op bijvoorbeeld 10 meter afstand, is I k - afhankelijk van de elektrische weerstand van de gebruikte kabel - al gereduceerd tot ongeveer 7 kA, en op 100 meter afstand is I k nog maar 3 kA. Dit vraagt natuurlijk om een selectieve manier van beveiligen met smeltveiligheden of installatie-automaten.
Bij een personenauto ligt de capaciteit van de accubatterij meestal in de orde van 45 Ah. Een directe kortsluiting op de klemmen van deze accubatterij geeft een kortsluitstroom I k van ongeveer 1,5 kA, dus ook een stroom om rekening mee te houden. Dergelijke stromen kunnen leiden tot brandwonden als de kortsluitstroom loopt door bijvoorbeeld een aan een vinger gedragen ring en bij gebruik van steeksleutels of ander gereedschap.
Bij het achterlicht van de auto is door de inwendige weerstand van de kabels I k al afgenomen tot circa 400 A. ------------------------------------------ * ) De capaciteit van een accubatterij ( Ah ) geeft aan, hoeveel ampère ( A ) er gedurende een aantal uren ( h ) kan worden afgenomen, zonder dat er behoeft te worden bijgeladen.