Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

The Stone Roses

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

The Stone Roses was een Britse alternatieve rockband. Samen met de Happy Mondays en Inspiral Carpets vormden The Stone Roses rond 1990 de kern van de Madchester scene in Manchester. Deze scene kenmerkte zich door het combineren van twee populaire stromingen in Manchester: rock en gitaar (voortkomend uit de traditie van the Smiths, Joy Division, New Order) met dansmuziek (Hacienda nachtclub, 808 state, acid house). De band wordt gezien als een van de pioniers van de latere britpop, die een herleving van Britse bands en kunst in de jaren 90 bracht.

De combinatie van de opzwepende drumpartijen van Reni, het aanstekelijke gitaarspel van John Squire, de solide baspartijen van Mani en de zelfverzekerde podiumpersoonlijkheid van Ian Brown maakte de band in korte tijd zeer populair.

Het titelloze debuutalbum van The Stone Roses uit 1989 geldt vandaag de dag als een klassieker, en wordt door critici gezien als een van de beste Britse albums aller tijden. Zo gaven gezaghebbende magazines als Pitchfork, Q, Mojo en Spin het album een maximale score van 10. Het vooraanstaande Britse muziekmagazine NME riep het album in zowel 2000 en 2006 uit tot beste Britse album aller tijden. De Britse krant The Observer hield in 2004 een enquête onder honderd Britse muzikanten en muziekjournalisten naar het beste Britse album ooit, waarbij het album van The Stone Roses op nummer 1 eindigde.[1]

Naast het debuutalbum heeft ook de plotselinge en onverwachte breuk, en het lang uitblijven van een vervolgalbum en tours, bijgedragen aan de cultstatus van de band.

Het bekendste nummer van de band is de single Fools Gold en 'I am the resurrection'. Het laatste nummer werd door gezaghebbende tijdschriften Q en NME opgenomen in hun lijsten van 100 beste nummers aller tijden. Het nummer vertoonde volgens deze critici gelijkenissen met Queen's Bohemian Rhapsody en (het later verschenen) Paranoid Android van Radiohead, vanwege de lengte, verdeling in verschillende secties met significante stijlverschillen en existentiele thema's.

Biografie

Debuutalbum

De bezetting in de succesperiode bestond uit zanger Ian Brown, gitarist John Squire, drummer Alan "Reni" Wren en bassist Gary "Mani" Mounfield. Hoewel het debuutalbum van The Stone Roses, met gelijknamige titel, in eerste instantie geen commercieel succes was groeide het na verloop van tijd uit tot een klassieker.

Het artwork was van de hand van gitarist John Squire en geïnspireerd door Jackson Pollock, van wie Squire een groot bewonderaar is. Op hun hoogtepunt rond 1990 leek de band voorbestemd om de wereld te veroveren, ze hadden een prima album, waren populair, zagen er goed uit en waren trendsettend.

Rechtszaken, drugsgebruik en interne onenigheid resulteerden uiteindelijk in een afwezigheid van vijf jaar, waardoor de grote verwachtingen nooit echt waargemaakt zijn.

Second Coming

Na hun eerste album volgde een periode van vijf jaar stilte, waarin The Stone Roses met een rechtszaak probeerden onder hun vijfjarig contract bij platenmaatschappij Silvertone uit te komen. Dit lukte en de groep kwam onder contract bij Geffen Records te staan, waar zij aan hun tweede en laatste album gingen werken. Second Coming verscheen eind 1994 en kreeg gemengde reacties. De nadruk bij dit album lag op het gitaarwerk van John Squire, waardoor het een Led Zeppelin-achtige seventies-sound kreeg[2], terwijl het debuutalbum meer sixties georiënteerd was (Ian Brown: "We hebben nooit een eighties-plaat gemaakt"). De periode voor de verschijning van Second Coming stond voornamelijk in het teken van interne spanningen, rechtszaken en overmatig drugsgebruik.

Love Spreads, de eerste single van Second Coming, was een succes en reikte tot de 2e plaats in de UK Singles Chart, de hoogste positie ooit voor een single van The Stone Roses in het Verenigd Koninkrijk. Bobby Gillespie van Primal Scream noemde het "the greatest comeback single ever".[bron?]

Terwijl Engeland in de ban van de britpop raakte, werd 1995 voor The Stone Roses het jaar waarin Reni vertrok (hij werd vervangen door Robbie Maddix) en veel concerten niet doorgingen, omdat John Squire in de aanloop naar het Glastonbury Festival z'n sleutelbeen brak. In 1996 stapte ook hij op om verder te gaan met The Seahorses. Ian Brown en Gary Mounfield bleven over als oorspronkelijke leden, maar na een desastreus verlopen concert tijdens het Reading-festival besloten zij het ook voor gezien te houden.

Imago

De band had het imago arrogant te zijn en waren een nachtmerrie voor de journalisten tijdens interviews. Het stempel van arrogantie hadden ze voornamelijk te wijten aan het zelfvertrouwen dat ze uitstraalden en controversiële uitspraken. Zo weigerden ze om in het voorprogramma van The Rolling Stones te spelen omdat ze zichzelf beter vonden. Tijdens interviews en persconferenties vielen lange stiltes, korte antwoorden en een ongeïnteresseerde houding zorgden voor ongemakkelijke situaties. Legendarisch is het befaamde Spike Island-concert waar journalisten van over de hele wereld op af waren gekomen. De persconferentie eindigde in een chaos waarin band en journalisten elkaar over en weer beschuldigden. Desondanks was de band razend populair en verwierf een cultstatus, mede omdat de band hun working class-afkomst uit Manchester bleef uitdragen.

Solocarrières

Nadat de band werd opgeheven sloot Gary Mounfield zich aan bij Primal Scream; John Squire maakte na het uiteenvallen van The Seahorses een paar solo-albums die weinig succesvol waren, daarna heeft hij zich toegelegd op het schilderen. Reni zat kortstondig in The Rub, maar heeft daarna weinig meer van zich laten horen.

De solocarrière van Ian Brown is tot dusver het meest succesvol. Lange tijd weigerde hij om Stone Roses-nummers te spelen, maar toen er hardnekkige geruchten over een reünie de kop opstaken laste hij een integrale uitvoering van The Stone Roses in.

Reünie in 2011

Op 18 oktober 2011 maakte de band via een persconferentie bekend weer samen te komen in de meest succesvolle bezetting met Brown, Squire, Mani en Reni. De jarenlange vete tussen Ian Brown en John Squire werd bijgelegd na een ontmoeting op de begrafenis van Mani's moeder. Aan zelfvertrouwen was nog steeds geen gebrek. Op de vraag waarom de band weer bij elkaar kwam, antwoordde Ian Brown: "I think we're great, and I think we've still got it". Een wereldtournee werd gepland ter voorbereiding van drie concerten in thuisbasis Manchester, en ook werd er inmiddels gewerkt aan nieuw studiomateriaal. De band was volgens Ian Brown van plan om door te gaan "till the wheels come off, like we did last time".

Op 2 december 2011 stonden Ian Brown en John Squire voor het eerst sinds 1996 weer samen op het podium, tijdens de Justice Tonight show in Manchester deelden ze het podium met Mick Jones van The Clash. Ze speelden Elizabeth My Dear en Bankrobber. Diezelfde maand maakte de band bekend een platencontract te hebben getekend bij Universal Music London en Columbia Records New York.

Tour 2012

De reünietournee van The Stone Roses was nog maar net van start gegaan, of er was al sprake van onenigheid. Drummer Reni verliet op 12 juni 2012 het podium in Amsterdam en weigerde terug te keren voor een toegift, waarna zanger Ian Brown zich bij het publiek kwam verontschuldigen en duidelijk maakte dat Reni geen zin meer had. Toen de fans niet goed wisten of Brown het meende, herhaalde hij: "Het is geen grap. De drummer is naar huis. Reageer je gerust op mij af, ik kan er wel tegen. Wat kan ik zeggen? The drummer is a cunt." De drie "homecoming shows" op 29, 30 juni en 1 juli 2012 voor 225.000 mensen in Heaton Park, Manchester waren een succes.

De reünietournee is onderwerp van de documentaire 'The Stone Roses: Made of Stone', van regisseur Shane Meadows, uit 2013.

Nieuw materiaal

De verwachting was dat de band in 2013 een nieuw studioalbum uit zou brengen, maar pas in 2016 verscheen met de singles All for One en Beautiful Thing het eerste nieuwe materiaal in meer dan twintig jaar. In 2017 gingen The Stone Roses weer op tournee; volgens een uitspraak van Ian Brown tijdens het slotconcert in Glasgow zou dit de laatste keer zijn geweest dat de band optrad, maar dat is niet officieel bevestigd.

Bandleden

  • Ian Brown – zang
  • John Squire – gitaar
  • Gari 'Mani' Mounfield – basgitaar
  • Alan 'Reni' Wren – drumstel

Ex-leden en vervangers

  • Pete Garner – basgitaar (1983–1987)
  • Andy Couzens – slaggitaar, achtergrondzang (1983–1986)
  • Simon Wolstencroft – drumstel (1983–1984)
  • Rob Hampson – basgitaar (1987)
  • Robbie Maddix – drumstel, achtergrondzang (1995–1996)
  • Nigel Ippinson – keyboard, achtergrondzang (1995–1996)
  • Aziz Ibrahim – gitaar (1996)

Belangrijkste uitgaven

  • The Stone Roses (1989)
  • Turns into Stone (1992)
  • Second Coming (1994)
  • Crimson Tonight, live EP (1995)

Compilaties

  • Turns into Stone (1992)
  • The Complete Stone Roses (1995)
  • Garage Flower (1996)
  • Remixes (2000)
  • The Very Best of The Stone Roses (2002)

Radio 2 Top 2000

Nummer(s) met noteringen in de Radio 2 Top 2000 '99 '00 '01 '02 '03 '04 '05 '06 '07 '08 '09 '10 '11 '12 '13 '14 '15 '16 '17 '18
Fools Gold - - - - - - - - - - - - - - - 1661 1840 1932 1997 -

Externe link