Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Ridder

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Ridder is een adellijke titel. De ridders hebben de laagste titel in de adel; onder hen staat de ongetitelde adel en baronnen zijn hoger in rang. In de middeleeuwen was een ridder een bewapende ruiter, de stand der bewapende ruiters werd al snel een gesloten klasse.

De titel ridder komt in Nederland en Vlaanderen op twee manieren voor: „op alle” en „met het recht op eerstgeboorte”.

In het eerste geval heeft ieder lid van de betreffende adellijke familie (dat wil zeggen iedere mannelijke afstammeling, in mannelijke lijn) recht op de titel.

In het tweede geval wordt de titel vererfd in Salische lijn. Dat wil zeggen dat de oudste mannelijke afstammeling van de eerste drager van de titel zich ridder mag noemen. De rest is dan dus titelloos.

Ridders in Nederland

In de Nederlandse adel zijn de ridders een vreemd element, de weinige ridders zijn in rang gelijk aan de jonkheren en voeren ook dat predicaat, in sommige gevallen wordt de ridder titel naast een andere hogere adeltitel gevoerd.

Voor „ridder” bestaat in het Nederlands geen vrouwelijk equivalent.

De titel wordt tussen de voornamen en de geslachtsnaam geplaatst (zonder hoofdletter om verwarring tussen achternaam en titel te voorkomen).

  • Familie: ridder van Rappard
  • Familie: ridder Huyssen van Kattendijke
  • Familie: ridder de van der Schueren.

In de Nederlandse adel zijn nog slechts weinige ridderlijke geslachten in leven, een aantal dat gestaag afneemt omdat verheffing of inlijving niet meer mogelijk is.

Ridders in België

In de Zuidelijke Nederlanden voeren meerdere geslachten de titel van Ridder of Chevalier. De Oostenrijkse heersers verleenden deze erfelijke graad binnen de adel met een adelbrief, de jongere geslachten behoren dan ook tot de briefadel. Koning Willem I liet de adel in de Zuidelijke Nederlanden en het voormalige onafhankelijke Bisdom Luik na 1814 reorganiseren. De ridders bleven bestaan en zij werden erkend of ingelijfd in de Nederlandse adel.

Opvallend is dat een aantal families afzag van het voeren van de titel van ridder. De titel was in de 18e eeuw in diskrediet geraakt door avonturiers als Giacomo Casanova , hij had zichzelf „Chevalier de Seingalt” genoemd, en andere lieden van soms twijfelachtig adeldom. De oude Belgische ridderlijke families vertrouwden op hun status en het prefix „de” in hun naam.

In de 20e eeuw werd de titel van ridder weer populairder. Zo hebben de families Cleenewerck de Crayencour en Cornielje von Saxen de oude adellijke titel weer opgenomen, soms zelfs naast een hogere adeltitel zoals in het laatste geval.

Ridderschap

De verzamelde adel in een gewest noemt men wel de ridderschap wat dus niet hetzelfde is als een ridderorde.

Afgezien van het woord ridderschap in de betekenis van „wat met de ridder verband houdt” en „het ridder zijn” waren er instituten en zijn er verenigingen die ridderschappen worden genoemd. De Ridderschap was in het Nederlands recht het openbaar lichaam of college waarin de edellieden, niet alleen ridders maar ook baronnen, burggraven, graven, markiezen, prinsen, hertogen en ongetitelde edellieden van een provincie verenigd waren. Zij speelden een rol in het bestuur. De zeven, later negentien en na 1830 elf Nederlandse ridderschappen werden in 1850 bij het in werking treden van de door Thorbecke opgestelde Provinciewet opgeheven. In de middeleeuwen en in de Republiek der Vereenigde Nederlanden bestonden tal van ridderschappen. Tegenwoordig zijn er verenigingen van edelen die zich „ridderschappen” noemen.