Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Max Wulfowicz

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Max Wulfowicz (Kielce 20 september 1899 - na 1980) was een Pools-Joods lid van het Belgisch verzet in de Tweede Wereldoorlog.[1]

Levensloop

Wulfowicz werd geboren in Polen en verhuisde naar België in 1920.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was hij verzetslid in Mechelen, samen met o.m. Sara Gutfrajnd, Henri Wajnberg, Lola Rabinowicz, Rosa Pryzant, Dina Jablonska, Dora Rabinowicz, Léon Waksman, Sarah Goldberg, Esta en Maurice Heiber van het J.V.K. (Joods Verdedigingskomitee) en Hélène Gancarska.

Wulfowicz werd op 3 december 1943 gearresteerd en opgesloten in het Fort van Breendonk, hij werd nadien gedeporteerd naar de concentratiekampen van Mauthausen, Sachsenhausen en uiteindelijk Auschwitz, hij werd bevrijd op 26 januari 1945.[2] Hij werd na de oorlog erkend als politiek gevangene.

Als onderdeel van de verzetsdaden werkten een aantal Joodse verzetslui in opdracht van het verzet samen met de Duitsers, om veiligheidsredenen waren andere verzetslui uit dezelfde groepering hier vaak zelfs niet van op de hoogte. Deze 'verraders' werden na de oorlog ook van collboratie beticht en Wulfowicz was met o.a. Paul Halter een van de leden die actief waren in de feitelijke groepering Comité Juif d’Epuration die de Belgische overheid onder meer aan documenten hielp duidelijk te maken dat deze verdachten wel degelijk verzetslui waren. Het comité zelf viel eind 1946 uit elkaar door onenigheid over het zionisme.[3]

Na de oorlog woonde hij nog 1950 in België, erna verbleef hij in het buitenland (plaats onbekend). In 1957 was hij terug in België en werkte hij als automekanieker in Elsene. In 1960 werd zijn naturalisatie tot Belg goedgekeurd, onder meer omdat hij getrouwd was met een Belgische (met wie hij een kind had dat de Belgische nationaliteit bezat) en omwille van zijn verzetsdaden.[4]

Hij was in 1974 redacteur van de 20p. tellende brochure "Ne jamais oublier nos martyrs".

Bibliografie

  • Ne jamais oublier nos martyrs (1974)[5][6]

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
rel=nofollow
rel=nofollow