Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Literair tijdschrift

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een literair tijdschrift is een tijdschrift dat zich geheel of gedeeltelijk toelegt op berichtgeving over literatuur. Aan de letteren gewijde tijdschriften zijn sinds de 18e eeuw een podium voor nieuw talent onder schrijvers en dichters om een geïnteresseerd en deskundig publiek te ontmoeten. Niet zelden is de samenstelling en redactie in handen van meer gevestigde schrijvers. Terugkerende genres zijn het kortverhaal, poëzie, literaire kritieken, polemieken en beschrijvingen van tentoonstellingen, lezingen, prijsuitreikingen en andere actualiteiten. Er kan veel plaats zijn ingeruimd voor briefwisselingen. Ook de eerste wetenschappelijke tijdschriften, waarin 17e- en 18e-eeuwse onderzoekers hun resultaten deelden, zijn voortgekomen uit de brief.

Het eerste literaire tijdschrift verscheen in de Nederlanden vanaf 1760: de Vaderlandsche Letteroefeningen. Dit blad werd opgericht door de doopsgezinde predikant Cornelis Loosjes en uitgegeven door A. van der Kroe te Amsterdam. Het bestond langer dan een eeuw en ook nazaten van Loosjes hebben de redactie gevoerd.

Een tegenhanger kwam er pas in 1837:De Gids, opgericht door Potgieter en Robidé van der Aa voor "Nieuwe Vaderlandsche Letteroefeningen" en "Boekbeoordeelingen".[1] De Nieuwe Gids verscheen als reactie voor het eerst in 1885 en ontwikkelde zich tot de spreekbuis van de Beweging van Tachtig. Vele schrijvers beleefden hun debuut in een literair periodiek, bijvoorbeeld Nescio met De uitvreter in 1911 in De Gids. Sommige uitgaven bestonden slechts enkele jaren, maar droegen aanzienlijk bij aan de verdere ontwikkeling van de literatuur en het lezen in het algemeen. Het tijdschift Merlyn van Kees Fens heeft bijvoorbeeld maar van 1962 tot 1969 bestaan, maar is wel belangrijk geweest voor de verbreiding van close reading in Nederland. Sommige richten zich op een deelgebied, zoals de Tiecelijn die is gespecialiseerd in de studie van het Middeleeuwse gedicht Van den vos Reynaerde. De verschijningsfrequentie is doorgaans lager dan maandbladen, veelal eens per kwartaal.

Het oudste bestaande Amerikaanse tijdschrift is de North American Review, opgericht in Boston in 1815. Maar omdat het tijdschrift in 1940 werd opgeheven en weer in 1964 heropgericht, bestaat de Yale Review, opgericht in 1819, toch langer. Een van de grootste Engelstalige literary magazines is de Paris Review, opgericht in Parijs in 1953. Schrijvers als Philip Roth en V.S. Naipaul debuteerden hierin.[2] Het Duitstalige tijdschrift Sinn und Form, opgericht in Oost-Berlijn in 1949, wordt in heel Europa veel gelezen. Sinds de opkomst van het internet zijn er ook online literaire journaals verschenen.

Andere voorbeelden van literaire tijdschriften zijn:

Bronvermelding

rel=nofollow