Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

J. Slauerhoff

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Jan Jacob Slauerhoff (Leeuwarden, 15 september 1898 - Hilversum, 5 oktober 1936) was een van de belangrijkste Nederlandse dichters en romanschrijvers van het interbellum. Hij publiceerde bijna altijd onder de auteursnaam J. Slauerhoff, hoewel na zijn dood soms werken verschenen onder andere naamsvarianten, zoals J.J. Slauerhoff. Tweemaal gebruikte hij het pseudoniem John Ravenswood, namelijk bij zijn bundels Oost-Azië (1928) en Mo yang ke (1930).

Biografie

Jeugd (1898-1910)

Op 15 september 1898 werd Jan Jacob Slauerhoff (roepnaam: Jan) geboren als vijfde van zes kinderen in een protestants middenstandsmilieu in Leeuwarden. Hij leed aan aanvallen van astma en om hierin verlichting te brengen bracht hij ieder jaar enkele maanden door op Vlieland bij zijn familie van moederskant.

Middelbare-schooltijd en studie (1910-1923)

Slauerhoff ging naar de HBS in Leeuwarden; in 1916 verhuisde hij naar Amsterdam om geneeskunde te gaan studeren. In zijn studententijd leerde hij Simon Vestdijk kennen, en schreef hij zijn eerste gedichten, waarvan een paar werden gepubliceerd in het studentenblad Propria Cures. In 1919 verloofde hij zich met Truus de Ruyter, een studente Nederlands. Slauerhoff nam niet deel aan het conventionele studentenleven, maar verkoos een bohemien-achtige, afstandelijke positie, gemodelleerd naar zijn helden, de Franse symbolistische dichters Baudelaire, Verlaine, Corbière en Rimbaud.

Vanaf 1921 begon Slauerhoff zijn eerste "serieuze" gedichten te publiceren, in het literaire tijdschrift Het getij. Zijn eerste dichtbundel, Archipel, volgde in 1923. Rond die tijd verbrak hij ook zijn verloving met De Ruyter. In datzelfde jaar studeerde hij af.

In deze tijd kwam hij ook veelvuldig in Jorwerd, waar hij contact had met de domineesfamilie Hille Ris Lambers. Ook in zijn dichterswerk komt zijn affectie voor een van de dochters aan bod.

Scheepsarts (1923-1929)

Doordat hij weinig vrienden en vooral veel vijanden had gemaakt in de besloten kringen van geneeskundigen viel het hem zwaar een fatsoenlijke medische aanstelling te krijgen in Nederland. Hij besloot daarom aan te monsteren als scheepsarts bij een rederij die op Nederlands-Indië voer. Zijn zwakke gezondheid speelde hem meteen parten: op zijn eerste reis kreeg hij last van een maagbloeding en astma-aanvallen. Slauerhoff keerde terug naar Nederland, waar hij waarnemer werd in een aantal praktijken.

Nadat hij een tijdje een gecombineerde praktijk had gedreven in Haarlem met een tandarts, monsterde hij weer aan bij een andere rederij, de Java-China-Japanlijn, en vertrok weer naar het Verre Oosten. Tijdens zijn contract, dat liep tot 1927, maakte hij reizen naar China, Hongkong en Japan.

In 1928 ging Slauerhoff varen voor de Koninklijke Hollandsche Lloyd en maakte een aantal reizen naar Latijns-Amerika. Zijn gezondheid ging er iets op vooruit en zijn literaire productie nam evenredig toe: tot 1930 publiceerde hij zes gedichten- en twee verhalenbundels. Dit was mede te danken aan een van zijn vrienden, de schrijver en literatuurcriticus Eddy du Perron, die hem in 1929, toen Slauerhoff enige tijd verbleef in het Belgische landhuis van de Du Perrons, hielp met het sorteren, corrigeren en bundelen van de grote hoeveelheid teksten.

Slauerhoff publiceerde in 1928 ook een aantal gedichten onder de nam John Ravenswood. Hij voerde zichzelf hierin op als samensteller van de bundel, en liet hem voorafgaan door een voorbericht waarin hij meldt dat John Ravenswood, die woonde op het Koreaanse eiland Quelpart, zojuist was overleden. Deze wilde anoniem blijven en had Slauerhoff aanvankelijk benaderd om de verzen onder zijn naam te laten publiceren. Nu Ravenswood gestorven bleek, zag Slauerhoff geen beletsel meer ze onder diens eigen naam uit te geven. Iedereen doorzag ten tijde van publicatie het pseudoniem. Waarom Slauerhoff deze gedichten, waarvan enkele tot het beste uit zijn oeuvre horen, niet onder eigen naam liet publiceren is nooit geheel duidelijk geworden. Ook in de dichtbundel Mo yang ke (1930) maakt Slauerhoff nog gebruik van het pseudoniem.

Terug aan de wal (1929-1932)

Vanaf 1929 was Slauerhoff weer meer in Nederland te vinden. Hij was onder meer een tijdje assistent aan de kliniek voor Dermatologie en Geslachtsziekten van de Rijksuniversiteit Utrecht. In september 1930 trouwde hij met danseres en balletschoolhoudster Darja Collin, wat het begin was van een (korte) gelukkige periode in Slauerhoffs leven.

In 1931 werd Slauerhoff weer ziek (influenza en longontsteking), en hij vertrok naar het Italiaanse Merano om te gaan kuren. Zijn vrouw volgde hem in 1932, zodat ze samen de geboorte van hun eerste kind konden beleven. Het kind werd echter dood geboren, wat een zware depressie bij Slauerhoff veroorzaakte; nog een desillusie bovenop zijn lichamelijke klachten.

Opnieuw varen (1932-1935)

Later in 1932 monsterde Slauerhoff weer aan, ditmaal bij de Holland-West-Afrikalijn. Zijn algeheel slechte gezondheid bleef hem zorgen baren en hij overwoog te verhuizen naar Noord-Afrika, omdat dit beter voor zijn gestel zou zijn. In maart 1934 opende hij dan ook een praktijk in Tanger, toentertijd een internationaal protectoraat, maar in oktober van datzelfde jaar was hij alweer in Nederland. De perioden van ziekte werden langer, de symptomen werden ernstiger en zijn relatie met Collin leed er flink onder.

Het eind (1935-1936)

Zijn faam als schrijver groeide daarentegen steeds meer. Zijn romans Het verboden rijk (1932) en Het leven op aarde (1934) werden alom geroemd en zijn gedichtenbundel Soleares (1933) kreeg in 1934 de C.W. van der Hoogtprijs. In het jaar 1935 volgden weer enkele zeereizen, maar ook de scheiding van Collin. Tijdens zijn laatste reis, naar Zuid-Afrika, werd hij ernstig ziek; hij kreeg malaria over een verwaarloosde tuberculose. Slauerhoff ging opnieuw naar Merano om te herstellen. Maar het was te laat; nog steeds ziek keerde hij in 1936 terug naar Nederland, waar hij werd opgenomen in rusthuis 'Villa Carla' in Hilversum. Hier stierf hij op 5 oktober, kort na zijn 38e verjaardag en drie maanden na de publicatie van zijn laatste dichtbundel, Een eerlijk zeemansgraf. Hij is gecremeerd in het crematorium van begraafplaats Westerveld in Driehuis.

Bibliografie

Poëzie

Proza

Toneel

Prozavertalingen

Diversen

  • Verzamelde werken (8 delen, 1941-1958. Alle teksten verzorgd door K. Lekkerkerker)
  • Verzamelde gedichten (verzorgd door K. Lekkerkerker), 1e dr. in 3 dl.: uitg. Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam (1940-1941), 20e druk Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam (2008) ISBN 978-90-388-9067-8
  • Dagboek (ed. K. Lekkerkerker, 1957)
  • Slauerhoff student auteur (poëzie en proza uit de studententijd, ed. Eep Francken et al., 1983)
  • Brieven aan Hans Feriz (ed. Herman Vernout, 1984)
  • Het China van Slauerhoff: aantekeningen en ontwerpen voor de Cameron-romans (ed. W. Blok en K. Lekkerkerker, 1985)
  • 1985 - Hij droeg de zee en de verte aan zich mee: de briefwisseling Dr. P.H. Ritter Jr. - J.J. Slauerhoff (1930-1936), bezorgd en van aantekeningen voorzien door Jan. J. van Herpen. Utrecht, Hes. ISBN 90-6194-484-8.
  • Van een liefde die vriendschap moest blijven (brieven, ed. H.C. ten Berge, 1992)

Slauerhoff vertaald

Slauerhoffs proza is vertaald in een aantal talen. Een onvolledig overzicht:

  • Écume et Cendre (Schuim en as[ch], vertaald in het Frans door S. Roosenburg, 1975; geen ISBN).
  • O reino proibido (Het verboden rijk, vertaald in het Portugees door Patrícia Couto en Arie Pos, 1998; ISBN 972-695-315-4).
  • La rivolta di Guadalajara (De opstand van Guadalajara, vertaald in het Italiaans door Fulvio Ferrari met nawoord van Cees Nooteboom, 1999; ISBN 88-7091-078-4)
  • Das verbotene Reich (Het verboden rijk, vertaald in het Duits, 1995; ISBN 3-608-95379-5).
  • Christus in Guadalajara (De opstand van Guadalajara, vertaald naar het Duits, door Ard Posthum, met een nawoord van Cees Nooteboom1998; ISBN 3-518-22278-3)
  • Sielesâlt (Nederlands: Zielezout), Friestalige cd van Nynke Laverman. Hierop staan 7 gedichten van Slauerhoff.
  • Le Royaume interdit (Het verboden rijk, vertaald naar het Frans door Daniel Cunin), uitg. Circé.
  • La Révolte de Guadalajara (De opstand van Guadalajara, vertaald naar het Frans door Daniel Cunin), uitg. Circé.

Biografieën e.d.

  • Constant van Wessem Slauerhoff-herinneringen, uitg. Leopold, Den Haag (1938), De Vrije bladen (Jrg. 15, nr. 10)
  • G.H. 's- Gravesande Bibliografie van de werken van J. Slauerhoff, uitg. Stols, Rijswijk (1940)
  • Constant van Wessem Slauerhoff - een levensbeschrijving, met reproducties naar foto's en manuscripten; alsmede een bibliographie, uitg. A.A.M. Stols, Rijswijk (1940), heruitg. 's-Gravenhage (1979) ISBN 90-6291-030-0
  • Menno ter Braak Tentoonstelling van de werken van J. Slauerhoff, ter gelegenheid van de verschijning van zijn verzamelde werken van 12 t/m 23 Maart 1940, uitg. Broese, Utrecht (1940)
  • F.C. Terborgh Slauerhoff : herinneringen en brieven, uitg. A.A.M.Stols, 's-Gravenhage (1949), 2e uitg. De Bezige Bij, Amsterdam (1974)
  • Arthur Lehning Brieven van Slauerhoff , uitg. A.A.M.Stols, 's-Gravenhage : (1955)
  • Herman van den Bergh Schip achter het boegbeeld: over het werk van J. Slauerhoff (1898-1936), uitg. L.J.C. Boucher, 's-Gravenhage (1958), heruitg. Reflex, Utrecht (1979)
  • C.J. Kelk Leven van Slauerhoff, Van Kampen, Amsterdam (1959), verkorte heruitg. Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam (1971), uitg. BZZTôH, 's-Gravenhage (1981)
  • Bert Bakker e.a. J. Slauerhoff, uitg. De Bezige Bij, Amsterdam / Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum, 's-Gravenhage (1961, 1980) ISBN 90-234-7105-9
  • Willem Enzinck Jan Jacob Slauerhoff, AO-reeks, uitg. Stichting IVIO, Amsterdam (1961)
  • (fr) Louis J.E. Fessard Jan Slauerhoff (1898-1936): l'homme et l'oeuvre , uitg. A.G. Nizet, Parijs (1964), Publications de l'Institut français d'Amsterdam, Maison Descartes
  • Henk Povée Jan Jacob Slauerhoff, uitg. B. Gottmer, Nijmegen (1978)
  • Dirk Kroon Ik had het leven me anders voorgesteld: J. Slauerhoff in vraaggesprekken en herinneringen, uitg. BZZT^oH,'s-Gravenhage (1981)
  • Gerrit Jan Zwier Slauerhoff, uitg. Educaboek, Culemborg (1984), uitg. Uniepers, Amsterdam (1984)
  • Martin Kageling Slauerhoff tussen mare en mythe, uitg. Nijgh & Van Ditmar, 's-Gravenhage (1986) ISBN 90-236-7785-4
  • Peter Dicker Slauerhoff, slodderhoff: over de muze en de slordigheid van J.J. Slauerhoff, uitg. Bosbespers, Oosterbeek (1986) ISBN 90-6366-074-X
  • Gerrit Jan Zwier Het Slauerhoff jaar: een lezing gevolgd door een luisterspel, uitg. Bosbespers, Oosterbeek (1987) ISBN 90-6366-075-8
  • Arie Pos Van verre havens: het werk van Slauerhoff en de Chinese werkelijkheid, uitg. Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam (1987) ISBN 90-236-7806-0
  • René Zwaap Slauerhoff, uitg. Passatempo Publications, Amsterdam (1990), heruitg. Mets/Passatempo, Amsterdam (1991)
  • Wim Hazeu Slauerhoff: een biografie, uitg. De Arbeiderspers, Amsterdam (1995, 1998)
  • Etto Krijger Slauerhoff in zelfbeelden, uitg. Atlas, Amsterdam (2003) ISBN 90-450-0142-X
  • Hendrik Gerrit Aalders Van ellende edel: de criticus Slauerhoff over het dichterschap, uitg. Rozenberg Publishers, Amsterdam (2005) ISBN 90-5170-516-6

Zie ook

Externe links