Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Digitale camera

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een digitale camera is een camera waarbij de beeldvorming niet op film maar door middel van een lichtgevoelige sensor (Charge Coupled Device = CCD of Complementary Metal Oxide Semiconductor = CMOS) plaatsvindt. Recente ontwikkelingen in de techniek van de digitale camera zijn er de oorzaak van dat film als medium hard op weg is te verdwijnen. Het grootste voordeel van een digitale camera is dat er geen film in hoeft - een foto kost niets tot je besluit hem af te drukken. Ook is het resultaat zeer snel te bewonderen - op de LCD-zoeker binnen enkele seconden, op een computerscherm of printerafdruk binnen enkele minuten. Ook zijn er tegenwoordig geheugenkaarten met zoveel capaciteit dat er vele honderden tot duizenden foto's op 1 kaartje passen.

Digitale camera's zijn er in allerlei kwaliteiten; de resolutie van de plaatjes (uitgedrukt in megapixels), de mate waarin er optisch vergroot (ingezoomd) kan worden en de techniek waarmee een camera aan een computer gekoppeld kan worden worden dan belangrijk.

Beeldchip

Resolutie

Doordat de gebruikte techniek in digitale camera's zich vanaf het jaar 2000 snel ontwikkelde, werd de prijs/kwaliteit verhouding steeds beter. Dit heeft ertoe geleid dat er vanaf 2005 voor een redelijke prijs camera's te koop zijn die voor gelegenheidsfoto's en de meeste amateur-toepassingen ruim voldoende zijn. De toegevoegde waarde van een nog hogere resolutie wordt hierdoor steeds minder. Ook voor professioneel gebruik zijn er tegenwoordig (2006) al sensors van 39 megapixels op de markt, die een betere resolutie geven dan zelfs fijnkorrelige kleinbeeldfilm, hoewel de resolutie van grootbeeldnegatieven nog niet kan worden geëvenaard. Voor toepassingen waarbij van de foto's geen vergrotingen van meer dan ca. 30x40 cm hoeven te worden gemaakt is 5 megapixel voldoende. Voor (vakantie-)foto's die niet hoeven te worden uitvergroot is 2 megapixel ook een voldoende resolutie. Het aantal pixels is in de loop der jaren echter sterk toegenomen: ook populaire compactcamera's hebben tegenwoordig (2008) vaak een resolutie van 5 megapixel of meer.

Een hogere resolutie betekent niet altijd een hogere kwaliteit. Fabrikanten adverteren met veel megapixels om de indruk te wekken dat dat beter zou zijn. Een beeldchip met een hogere resolutie heeft echter ook meer ruis. En als de kwaliteit van de lens achterblijft, dan zal de foto niet scherper worden bij een hogere resolutie.

De techniek van de CCD wijkt af van die van een flatbed-scanner. Bij een flatbed-scanner kan ieder pixel elke kleur aannemen. Bij de sensor van een digitale camera wordt er een kleurenmasker gebruikt, dat steeds 4 pixels afdekt, en de maskers voor elke kleur zijn onderling verschoven. Daaruit kan redelijk het beeld gereconstrueerd worden, maar toch is de feitelijke scherpte lager dan de opgegeven resolutie.

Een uitzondering op deze regel is de beeldsensor van Foveon. Deze sensor heeft de pixels voor de individuele kleuren rood, groen en blauw niet naast elkaar maar boven elkaar liggen, zoals dat het geval is bij film.

In plaats van een CCD beelchip wordt in goedkope toestellen ook wel een CMOS-beeldchip gebruikt. Over het algemeen is de kwaliteit van een CMOS-beelchip minder omdat er meer beeldruis is, en omdat de kleuren minder goed zijn. Door slimme software in de camera kunnen die nadelen enigszins verhuld worden.

Dynamisch bereik

Het dynamisch bereik is het bereik van de helderste waarde tot de donkerste waarde dat de beeldchip in één foto kan opnemen. Bij een ouderwetse film is dat bereik vrij groot, maar bij een beeldchip kunnen lichte delen compleet wit en donkere delen compleet zwart worden[1]. In 2005 kwamen verschillende fabrikanten met oplossingen om het dynamisch bereik groter te maken. In het algemeen kan gesteld worden dat het dynamisch bereik groter is bij een grotere beeldsensor, en bij een digitale spiegelreflex groter zal zijn dan bij een digitale compactcamera.

Omdat een jpg-bestand slechts 8-bit per kleur kan bevatten wordt het dynamische bereik daarmee beperkt tot 8-bit per kleur. Bij de wat duurdere camera's kan daarom ook de ruwe data van de beeldchip (een RAW bestand) naar de computer overgebracht worden.

Overspraak

Overspraak ontstaat wanneer er dermate veel licht op een enkele beeldpunt van een beeldchip valt, dat het een effect heeft op de omliggende beeldpunten.

Optiek

Omdat er een hevige concurrentie bestaat en fabrikanten zich willen onderscheiden zijn er inmiddels (2007) camera's beschikbaar met extreme zoommogelijkheden tot wel 18 keer. Hierbij blijft, in tegenstelling tot bij digitaal inzoomen, de resolutie van het plaatje constant.

De bekendste merken brengen tevens spiegelreflex-camera's op de markt waar het bestaande gamma objectieven uit het analoge gamma bruikbaar is[2]. Bij een hoge optische vergroting komen wel steeds meer de optische fouten van het objectief aan het licht en wordt het ook steeds moeilijker om de camera (zonder statief) stil te houden bij het afdrukken. Een vuistregel is de volgende:

De belichtingstijd moet gelijk zijn aan of korter dan de reciproke van de brandpuntsafstand in mm, omgerekend naar 35 mm kleinbeeldformaat.
Voorbeeld: een foto met een 200 mm teleobjectief mag maximaal 1/200 seconde belicht worden om redelijke kans te maken op een scherpe foto.

De duurdere camera's zijn soms uitgerust met een digitale stabilisator waardoor ook met langere belichtingstijden toch foto's uit de hand genomen kunnen worden. De 'digitale zoom' waar veel fabrikanten mee schermen is niet meer dan het in de camera al kiezen van een klein gebiedje van een grotere foto en geeft geen extra details. Omdat dit op de computer naderhand altijd ook gedaan kan worden heeft het eigenlijk geen zin bij de opname gebruik te maken van digitale zoom, tenminste voor wie over een computer beschikt.

Een interessante ontwikkeling is dat het ook mogelijk is een aantal optische fouten van een objectief, met name de tonvormige vertekening die bij groothoekopnames vaak goed waarneembaar is, door bewerking van het beeld met de computer te corrigeren.

Schijnbare brandpuntsafstand of crop factor

De sensor van digitale camera's is meestal kleiner dan een kleinbeeldnegatief; soms veel kleiner. Hierdoor zal bij gebruik van een kleinbeeldobjectief van een bepaalde brandpuntsafstand een kleiner deel van het beeld worden opgenomen dan op de film. De lens geeft dus meer een tele-effect dan bij gebruik van kleinbeeldfilm. Wie gewend is om in de brandspuntsafstanden van een kleinbeeldcamera te denken moet bijgevolg de werkelijke brandspuntafstand van de digitale camera met een bepaalde vaste factor vermenigvuldigen om uit te komen op de equivalente kleinbeeld-brandpuntsafstand.

Scherptediepte/Perspectief

Bij gebruik van een camera met een kleinere sensor dan kleinbeeldformaat is de dieptescherpte van de opnamen wat groter, als het onderwerp in beide gevallen formaatvullend in beeld wordt gebracht (omdat men hiervoor met de digitale camera wat verder weg moet gaan staan). Dit effect kan zowel gunstig (veel mensen houden van scherpe foto's) als ongunstig zijn (soms wil je een voorgrond of achtergrond bewust wat wazig hebben). Het perspectief en de compressie wordt bepaald door de brandpuntsafstand. In een digitale camera is dat niet anders bij een gegeven brandpuntsafstand, alleen wordt uit het op de achterwand van de camera geworpen beeld een kleinere uitsnede genomen.

Verbindingen

De moderne camera's zijn voorzien van USB en PTP. Hierdoor kan de digitale camera gebruikt worden met Windows, Linux en Mac OS X. Het loont de moeite om voor de aanschaf van een camera te controleren of hij gebruikt kan worden met een ander besturingssysteem dan Windows. Dat is overigens niet altijd af te leiden uit de gebruikershandleiding. De nieuwste camera`s kunnen door middel van het PictBridge-systeem ook gekoppeld worden aan een moderne printer, zo kunnen foto`s direct uit de camera worden geprint. Ook hebben vele camera's een video-uitgang waardoor de foto's op de televisie bekeken kunnen worden.

Bediening

Het bedienen van een digitale camera verschilt sterk per merk en per type. De mogelijkheden en bediening wordt voor een groot deel bepaald door de gebruikte computerchip in het toestel. Soms zijn bepaalde mogelijkheden niet op een goedkopere camera aanwezig, terwijl de computerchip in het toestel wel die mogelijkheden heeft.

In plaats van een ontspan-knop kan vaak ook via een programma op de computer (verbonden met de USB-bus) een foto gemaakt worden. Bij duurdere camera's kan meestal ook via een afstandsbediening een foto gemaakt worden. Die afstandsbediening kan met een draad zijn, maar ook draadloos.

Energieverbruik

Een belangrijke beperking van digitale camera's blijft voorlopig dat ze relatief veel stroom verbruiken; de accu of batterij maakt vaak een substantieel deel van het gewicht van de camera uit, en moet niettemin toch frequent worden vervangen of opgeladen (b.v na op een middag 100 foto's maken). De meeste fabrikanten maken daarom gebruik van oplaadbare cellen, hetzij lithium-ion accu's hetzij nikkel-metaalhydride (NiMH) oplaadbare batterijen. Zowel de microprocessor als het LCD-schermpje verbruiken relatief veel stroom. Door in plaats van het LCD-scherm van een eventueel aanwezige doorzichtzoeker gebruik te maken kan het stroomverbruik wat worden beperkt. Veel camera's waarbij grootte minder belangrijk is beschikken over een scherm en een zoeker.

Bij een digitale spiegelreflex speelt dit probleem minder, aangezien het scherm minder intensief wordt gebruikt.

Een ander nadeel van digitale camera's ten opzichte van camera's met film is dat er steeds een zekere tijd, enkele deciseconden tot enkele seconden, is tussen het moment dat de ontspanknop ingedrukt wordt en het ogenblik dat het beeld vastgelegd wordt. In de meeste gevallen is dat niet zo'n probleem, maar in situaties waar het er op aankomt het beeld exact op het juiste moment vast te leggen, bijvoorbeeld sportwedstrijden, is dit een ernstige handicap. Met name oudere modellen hebben hier veel last van.

Bij digitale spiegelreflexcamera's is dit tijdsverloop duidelijk kleiner.

Externe link

Digitale Fotografie

Voetnoten

rel=nofollow

Zie ook

rel=nofollow
 
rel=nofollow