Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Collegiale toetsing

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Collegiale toetsing of peer review (Engels) is een methode om de kwaliteit van (geschreven) werk te verbeteren door het werk te onderwerpen aan de kritische blik van een aantal gelijken (Engels: peers), meestal vakgenoten of collega's van de auteur.

Academische gemeenschap

Vooral in de academische gemeenschap wordt deze methode gebezigd, in het bijzonder voor artikelen in wetenschappelijke tijdschriften. Binnen de Nederlandse academische gemeenschap wordt om het fenomeen peer review aan te duiden vrijwel uitsluitend de Engelse term peer review gehanteerd. De werking van peer review is deels gebaseerd op het vermoeden dat verschillende individuen verschillende fouten zullen opmerken, waardoor de kans dat een fout of tekortkoming van de auteur ontdekt en gecorrigeerd wordt, toeneemt. Daarnaast geldt in vele wetenschappelijke disciplines dat peer review de enige vorm van kwaliteitsgarantie is, daar reguliere redacteuren doorgaans de kennis en vaardigheden missen om een publicatie te beoordelen.

Wetenschappelijke peer review geschiedt vaak in naam anoniem. De collega's die de toetsing verrichten zijn anoniem, soms de auteurs ook. Door de verregaande specialisatie die in vrijwel alle wetenschappelijke vakgebieden heeft plaatsgevonden, is er doorgaans slechts een kleine groep individuen die de peer review kan verrichten. In de praktijk kan de toetser op basis van citaten, onderzoeksgebied of andere aanwijzingen al snel een idee hebben omtrent de identiteit van de auteur, en omgekeerd. Wetenschappers die hun curriculum vitae op internet plaatsen en daarin een zogenaamde 'working papers' sectie opnemen, vormen een andere bron om achter de identiteit van auteurs te komen. Bepaalde vakgebieden, zoals psychologie, hebben mede daarom de anonimiteit bij de peer review opgeheven. In andere vakgebieden, zoals marketing wordt het dubbelblind reviewen in elk geval formeel nog gehanteerd.

Peer review geschiedt niet zelden in verschillende ronden. Indien een artikel in de ogen van de redacteur en reviewers voldoende potentie heeft voor publicatie, worden de auteurs na de eerste kritiekronde in de gelegenheid gesteld om de voorgestelde verbeteringen aan te brengen. Het dubbelblind toetsingsproces kan omschreven worden als een conversatie tussen drie partijen. De auteur, de redacteur en de toetsers. Elk van deze partijen heeft een mening omtrent de kwaliteit en grootte van de bijdrage, maar het is de redacteur die de uiteindelijke beslissing neemt[1].

Binnen de academische gemeenschap is er ook kritiek op de peer review[2]. Veel gehoorde kritiek is dat, onder andere door het falen van de anonimisering, gevestigde wetenschappers worden bevoordeeld. Ook zouden reviewers bevooroordeeld zijn om het door hen geclaimde vakgebied te conserveren in een richting die hen zelf welgevallig is. Ten slotte zouden reviewers ook te kwader trouw de geloofwaardigheid van een nieuwe publicatie in twijfel kunnen trekken, om hun eigen carrièrekansen te vergroten.

Ook auteurs proberen soms het reviewproces te sturen, bijvoorbeeld door manuscripten vooraf ter lezing aan een in potentie onwelgevallige reviewer op te sturen en deze persoon expliciet in de dankbetuiging op te nemen; zo wordt de potentiële reviewer al bij voorbaat gediskwalificeerd als reviewer. Dergelijke strategieën en 'slimmigheden' gaven aanleiding tot de Noorderlicht serie "Ellebogenwerk", waarin enkele topwetenschappers geïnterviewd worden over 'ellebogenwerk' in de wetenschap[3].

Notariaat

Naar aanleiding van een aantal gevallen van fraude en misbruik door notarissen stelde de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie een intercollegiale toetsing voor waarbij notarissen elkaar moeten toetsen op naleving van de beroepseisen [4].

Software en niet-wetenschappelijke teksten

In de informatica, waar software vaak als onderzoeksmateriaal geldt, staat ook deze bloot aan de collegiale toetsing. In dit vakgebied vindt publicatie doorgaans niet plaats in tijdschriften, maar in verhandelingen van conferenties en congressen. Eric Raymond beschreef het sociologische verschijnsel van collegiale toetsing binnen de open sourcegemeenschap in zijn artikel De kathedraal en de bazaar.

Uitspraken over collegiale toetsing

  • 'Veel ogen maken programmeerfouten oppervlakkig' (Engels: 'many eyeballs make bugs shallow'), door Eric Raymond als de Wet van Linus aangeduid.

Zie ook

  • de Sokal-affaire: hoe een nep-artikel, doorspekt met nonsensicale en pseudowetenschappelijk jargon, in een Amerikaans academisch tijdschrift geraakte. Het betreffende tijdschrift kende in die tijd echter geen collegiaal toetsingsproces.

Bronnen

  1. º Daniel M. Ladik en David W. Stewart (2008) "The contribution continuum", Journal of the Academy of Marketing Science, volume 36, nummer 2, p.157-165
  2. º Zie bijvoorbeeld de monografie van Twan de Vries, Sectie Gentherapie, Leids Universitair Medisch Centrum in MARE 14, 11 december 2003 laatst benaderd op 5 februari 2007
  3. º Noorderlicht radio, laatst benaderd op 20 september 2008
  4. º Algemeen Dagblad, 15 juli 2008, "Imago van notarissen bezoedeld"