Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Atheïsme

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Godsdienstfilosofie
Het goddelijke
Religies
Themata en concepten
Stromingen
Godsdienstfilosofen
Werken

Het woord atheïsme komt van het Grieks: het voorvoegsel ’α’ (a) betekent ’niet’ en het woord ’θεος’ (theos) betekent ’god’ of ’godheid’. Atheïsme wordt gedefinieerd als:

  1. de afwezigheid van geloof in één of meerdere goden,[1] of
  2. de aanname dat er geen god(en) bestaan of kunnen bestaan.[2]

In het eerste geval is atheïsme het tegenovergestelde van theïsme.[3]

Het verschil tussen de definities kan tot verwarring leiden, vooral wanneer ze door elkaar gebruikt worden.[4] In de filosofie wordt traditioneel meestal de tweede definitie gehanteerd,[5] in het dagelijks spraakgebruik gebruikt men vaak de eerste definitie.

Geschiedenis

De term atheïsme stamt uit het zestiende-eeuwse Frankrijk, maar ideeën die men tegenwoordig atheïstisch zou noemen werden reeds in de klassieke oudheid en in de Vedische periode beschreven.

Het is onbekend of in de prehistorie al een vorm van atheïsme, of afwezigheid van godsgeloof bestond. Er wordt wel gesteld dat geloof in goden zich in de geschiedenis pas na het ontstaan van de natuurreligies en het animisme (geestenverering) zou hebben ontwikkeld. Daarbij zou het polytheïsme (meergodendom) eerder dan het monotheïsme zijn ontstaan. Vroege sporen van atheïsme vinden we terug in het atomisme van Griekse filosoof Democritus.

Het begrip atheïsme werd dikwijls als negatieve term gebruikt voor mensen die de officieel door de staat erkende goden niet aanbaden en een niet-officiële godsdienst beleden. Zo werden de christenen in de eerste eeuw door de Romeinen atheïsten (ongelovigen) genoemd.

Het moderne atheïsme is een denken dat ontstond toen in Europa na de middeleeuwen het denken omtrent natuur, mens en maatschappij zich grotendeels los had gemaakt van het religieus denken van het christendom. In het atheïstische denken wordt er van uitgegaan dat de resultaten van de natuurwetenschappen voldoende hebben aangetoond dat er geen kracht buiten de levende en niet-levende natuur (’transcendente kracht’) hoeft te bestaan om het ontstaan en bestaan ervan te verklaren.

Veel atheïsten zijn sceptisch ten aanzien van alle bovennatuurlijke wezens en verklaringen, en wijzen op het gebrek aan empirisch bewijs voor het bestaan van goden. Andere redenen waarom atheïsten het bestaan van een god of goden afwijzen kunnen filosofisch, sociaal of historisch van aard zijn. Veel atheïsten zijn aanhangers van seculiere ideologieën zoals het humanisme en naturalisme, maar dit is niet noodzakelijk. Er zijn ook religies die geen geloof in goden vereisen.

Atheïsme en verwante stromingen

Een impliciete atheïst heeft geen weldoordachte mening over het geloof in god(en); van dergelijke personen kan worden gezegd dat ze impliciet geen geloof hebben in goden. Een expliciete atheïst heeft wel een doordachte mening betreffende het geloof in geloof in goden.[6] Expliciete atheïsten kunnen dan het geloof in goden bewust negeren/vermijden (zwak atheïsme) of er bewust voor uitkomen dat goden niet bestaan (sterk atheïsme).

Het onderscheid tussen impliciet en expliciet atheïsme werd geïntroduceerd door George H. Smith in zijn boek Atheism: The Case Against God.[7]

Men onderscheidt naast het atheïsme, ook het agnosticisme en het filosofisch materialisme. Een atheïst ontkent het bestaan van goden, maar gaat er niet noodzakelijk van uit dat er ’niets’ is tussen hemel en aarde. Een agnost (agnosticus) sluit niet uit dat er misschien hogere machten zijn of dat God bestaat, maar stelt dat het niet mogelijk is om het bestaan ervan aan te tonen. Filosofisch materialisme stelt dat alles tot strikt materiële processen te herleiden is, ook onze denkprocessen. Heel wat (filosofisch) materialisten gaan uit van het atheïsme, maar niet alle.[8] Ook zijn niet alle atheïsten materialisten: mensen die het bestaan van goden verwerpen, maar in telepathie geloven, zijn weliswaar atheïsten, maar geen materialisten.

’Methodisch atheïsme’ betekent dat men bij wetenschappelijk onderzoek zo tewerk gaat ’alsof’ er geen God is. Men zoekt verder naar de fysieke redenen voor iets en voert bij een probleem niet deus ex machina op zoals in de antieke theaterstukken. De natuurwetenschapper kan zijn onderzoek op methodisch atheïstische wijze leiden, zonder dat hij persoonlijk atheïst is.

De Vrijdenkerij laat zich leiden door zakelijke evidenties en niet door autoriteitsgeloof of traditie. Vrijdenkerij is een levenshouding en is niet per definitie atheïstisch. In de praktijk zijn vele vrijdenkers echter wel atheïst of op zijn minst agnost.

Het hedendaags humanisme is een niet-godsdienstige filosofische stroming die het bestaan van hogere machten in het midden laat en zich bij het oplossen van morele vraagstukken richt op de mens. Humanisme had in de loop van de geschiedenis een aantal betekenissen. De meeste humanisten in de moderne betekenis zijn, althans in Nederland, wel atheïst.

Atheïsme staat niet noodzakelijk haaks op religiositeit: zie bijv. Leo Apostel, Klaas Hendrikse en Rik Pinxten, met betrekking tot atheïstische religiositeit en religieus humanisme. Er zijn ook religies, zoals het taoïsme, waarin het bestaan of het aanbidden van god(en) in het midden wordt gelaten. Hoewel de woorden ’godsdienst’ en ’religie’ gewoonlijk synoniem worden gebruikt, is in dat geval niet zo letterlijk sprake van ’godsdienst’. Men kan dergelijkes ’religies’ ook onder de noemer ’levensbeschouwingen’ brengen.

Een term die ingang vond aan het eind van de twintigste eeuw is het ’ietsisme’. Ietsisten nemen aan dat er ’iets of meer is’ tussen hemel en aarde, kiezen echter niet voor een specifieke God of god van een gevestigde religie, maar gaan uit van allerlei religieuze tradities.[9]

Bepaalde politieke stromingen zoals het socialisme, anarchisme en het communisme hebben zich verbonden met het atheïsme. In de uit het socialisme voortkomende sociaaldemocratische stroming is dat echter al sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer het geval. In 1967 riep het communistische regime van Albanië onder leiding van dictator Enver Hoxha, het land uit tot ’atheïstische staat’. Atheïsme zelf is niet politiek van aard.

Bekende atheïsten

Zie Lijst van prominente atheïsten voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

De Engelse bioloog Richard Dawkins kan momenteel wel ’s werelds beroemdste atheïst worden genoemd; in 2006 publiceerde hij het boek ’'The God Delusion (vertaald als God als misvatting), waarin hij het geloof aanvalt en het atheïsme verdedigt. Tevens is hij medeoprichter van één van de eerste vormen van georganiseerd atheïsme, de Brights. Een prominente Nederlandse atheïst is professor Herman Philipse. Hij publiceerde onder meer het Atheïstisch manifest. Een prominente Belgische atheïst is professor Etienne Vermeersch, een ex-jezuïet die het christelijk geloof op zijn 25e de rug toekeerde. Hij publiceerde onder meer het Vertoog over de god van het christendom. Andere prominente atheïsten in het publieke debat zijn de filosofen Daniel Dennett en Sam Harris, beiden voornamelijk in de Verenigde Staten actief.

Religieuze reactie op atheïsme

Atheïsme wordt door de meeste (theïstische) religies (vaak scherp) veroordeeld, met name door de grote monotheïstische godsdiensten (christendom, islam en jodendom). In de Bijbel en Koran wordt ongeloof (waaronder atheïsme) sterk veroordeeld. In het Nieuwtestamentische bijbelboek Openbaring van Johannes 21 staat het in de rij met zonden die de persoon in kwestie uiteindelijk voor eeuwig in de ’poel die brandt van vuur en zwavel’ van de hel doet belanden. Ongeloof wordt namelijk opgevat als rebellie tegen het oppergezag van God en het niet erkennen van het scheppings- en onderhoudingswerk van God. Elders – in de Psalmen 14 en 53 van het Oude Testament / de Tenach – wordt diegene die geen geloof hecht aan God een dwaas genoemd.

Zie ook

Bronvermelding

rel=nofollow

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Atheism op Wikimedia Commons.

rel=nofollow