Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Robert Derks: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Robert_Derks&oldid=44274868 A.Botermans 1 jun 2015)
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Robert_Derks&oldid=44354174)
 
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox architect
{{Infobox architect
| afbeelding          = Houten.jpg
| afbeelding          =  
| onderschrift        = [[Houten]]
| onderschrift        =  
| naam                = Rob (Robert) R.J.A. Derks
| naam                = Rob (Robert) R.J.A. Derks
| nationaliteit        = {{NL}}
| nationaliteit        = {{NL}}
Regel 9: Regel 9:
}}
}}


'''Rob (Robert) Derks''', geboren in [[Nieuwkoop]] op [[22 april]] [[1941]], is een [[Nederland]]s [[stedenbouwkundige]].
'''Rob (Robert) Derks''' ([[Nieuwkoop]], [[22 april]] [[1941]]) is een [[Nederland]]s [[stedenbouwkundige]].


== Loopbaan ==
== Loopbaan ==
Van 1968 tot 1972 studeerde Derks aan de [[TU Delft]].
Derks studeerde van 1963 tot 1972 aan de [[TU Delft|Technische Universiteit]] in Delft.
Al in 1968 werd Derks gevraagd om student-assistent te worden bij de leerstoel stedenbouwkundig ontwerpen van hoogleraar W. de Bruijn.
Al in 1968 werd Derks gevraagd om student-assistent te worden bij de leerstoel stedenbouwkundig ontwerpen van hoogleraar W. de Bruijn.
Rob Derks werd later hoogleraar in Delft.
Derks werd later universitair docent in Delft.


In april 1972 trad Derks in dienst bij [[Willem Wissing|Bureaux Wissing]] BV in Barendrecht, waar hij ook directeur werd. In 1992 gingen de wegen uit elkaar en startte Derks in Houten een eigen bureau: Derks Stedebouw BV, voor groene stedenbouw, landschapsarchitectuur, ruimtelijke ordening. Derks was daar tot en met 2010 directeur. Eind 2012 sloot het bureau haar werkzaamheden af.  
In 1972 trad Derks in dienst bij [[Willem Wissing (architect)|Bureaux Wissing]] BV in Barendrecht, waar hij ook directeur werd. In 1992 gingen de wegen uit elkaar en startte Derks in Houten een eigen bureau: Derks Stedebouw BV. Derks was daar tot en met 2010 directeur. Eind 2012 sloot het bureau haar werkzaamheden af.
Het oevre van Derks is in 2014 opgenomen in het archief van [[Nederlands Architectuurinstituut|Het Nieuwe Instituut]].
 
Het oeuvre van Derks is in 2014 opgenomen in het archief van [[Nederlands Architectuurinstituut|Het Nieuwe Instituut]].


== Ontwerpfilosofie ==
== Ontwerpfilosofie ==
Tijdens zijn studie aan de TU in Delft werd Derks vooral geïnspireerd door de '[[The making of mankind]]' van [[Richard Leakey]], '[[De stalen holen]]' en 'De blote zon' van [[Isaac Asimov]], de colleges over de structuur van de polis van professor De Bruin, en de studies naar ‘Urban Space and Structures’ door Sir [[Leslie Martin]] & [[Lionel March]] en '[[De architectonische ruimte]]' van Dom [[Hans van der Laan]].
Tijdens zijn studie aan de TU in Delft werd Derks vooral geïnspireerd door de '[[The making of mankind]]' van [[Richard Leakey]], '[[De stalen holen]]' en 'De blote zon' van [[Isaac Asimov]], de colleges over de structuur van de polis van professor De Bruin, en de studies naar ‘Urban Space and Structures’ door Sir [[Leslie Martin]] & [[Lionel March]] en '[[De architectonische ruimte]]' van Dom [[Hans van der Laan (architect)|Hans van der Laan]].
 
Derks heeft in zijn werk altijd de geschiedenis van de mens en haar nederzetting als uitgangspunt genomen. Ook de [[modulor|menselijke maat]] speelt in Derks’ werk een belangrijke rol, evenals de openbare ruimte en in het bijzonder het groen in de vorm van parken, gras, beplanting, bomen en waterpartijen.
 
Derks laat in zijn werk de geschiedenis terugkomen, naar de theorie dat invloeden van vroegere maatschappelijke stelsels onzichtbaar overleven om in het heden weer zichtbaar te worden. Schijnbaar verdwenen kenmerken komen in een latere generatie weer onverwachts terug ([[atavisme|Atavistische]] speltheorie).
Verder introduceerde Derks de 'inversie-stedenbouw'. Dit betekent dat eerst de openbare groene ruimte (park) wordt ontworpen en pas daarna bebouwing en de verkeersstructuur. De groenstructuur wordt ontworpen als een aaneengesloten en samenhangend geheel. Daarna wordt de (woon)bebouwing gericht op de (openbare) ruimte. Een woongebied wordt daardoor omsingeld door groen. Het groen wordt daardoor de drager van de stad en het landschap wordt binnengesloten.  


Derks heeft in zijn werk altijd de geschiedenis van de mens en haar nederzetting als uitgangspunt genomen. Ook het ontwerpen met en op de menselijke maat kan in Derks’ gedachtengoed als basisprincipe worden onderscheiden. In derde instantie staat het ontwerp van het groen centraal.  
Het resultaat is een veel sterkere beleving van de groene ruimte, bij eenzelfde (of zelfs hogere) [[bevolkingsdichtheid|dichtheid]]. Inversie-stedenbouw is een mooi voorbeeld is van “omkering van de gangbare praktijk” oftewel [[Buiten het kader denken|out of the box-denken]].  


De [[atavisme|Atavistische speltheorie]] is voor Derks een filosofisch kader. Deze theorie houdt in dit verband in dat invloeden van vroegere maatschappelijke stelsels overleven, onderhuids, in maatschappij en individuen. Schijnbaar verdwenen kenmerken worden in een latere generatie weer, onverwachts, zichtbaar. Zo’n overgeërfd kenmerk wordt een [[atavisme]] (van het Latijnse atavus = voorvader) genoemd. Verloren gewaande oorspronkelijke eigenschappen die in een tussenliggende periode afwezig waren worden weer kenbaar. Atavismen komen overal in de levende natuur voor, maar naar analogie gebruikt Derks dit gegeven in zijn ontwerpen.
Derks pleitte ook voor een meer samenhangende stedenbouw en tegen de, wat hij noemde, “glas-in-loodstad”: de stad bestaande uit (op zichzelf goed ontworpen) buurten, wegen en parken, etc., maar zonder onderling verband.


Derks richt zich eerst op het ontwerp van de ruimte als grondslag voor een plan, waarna het vormgeven van de openbare ruimte, met name van het groen, als opgave centraal wordt gesteld. Van daaruit worden het positioneren van bebouwing en het ontwerp van de verkeersstructuur ter hand genomen. Bebouwing wordt dus gericht op de ruimte in plaats van andersom. De ruimte wordt ontworpen is dus niet een resultante van, of restruimte tussen, ontworpen gebouwen. Stedelijk groen wordt niet benaderd als restgroen maar als kerngroen, en als hoofdzaak en niet als bijzaak.
In het werk van Derks zijn een "groene wereld", de fiets, het woonerf en de heemtuin vaak terugkerende thema's. Hij streefde naar een krachtige en duurzame stedenbouw, wars van modes en trends. “Vermijd vluchtigheid en wisseling van opvattingen en zoek de lange tijdlijn.
Derks introduceert daarmee de inversie-stedenbouw, wat een mooi voorbeeld is van “omkering van de gangbare praktijk” of [[Buiten het kader denken|“out of the box-denken”]]: rood en groen worden omgekeerd, waarbij dus de woonbuurt in het groen komt te liggen. De groenstructuur wordt ontworpen als een continue en samenhangende structuur. Het resultaat is een veel intensievere beleving van de groene ruimte, bij eenzelfde of zelfs efficiënter ruimtegebruik (woningdichtheid). Het groen wordt de drager van de stad en het landschap wordt binnengesloten.


Derks’ reageert met zijn ontwerpfilosofie op het [[Nieuwe Bouwen]], dat onderdak, groen, licht en lucht, aan- en afvoer garandeerde, maar schromelijk tekort schoot in het bieden van (mogelijkheden voor) sociaal contact, geborgenheid, warmte en gevoel in de directe woonomgeving.
== Tijdsbeeld en invloeden ==
Derks pleitte ook voor een meer samenhangende stedebouw en tegen de, wat hij noemde, “glas-in-loodstad”: de stad bestaande uit (op zichzelf goed ontworpen) buurten, wegen en parken, etc., maar zonder onderling verband.
Derks’ reageert met zijn ontwerpfilosofie op het [[Nieuwe Bouwen]], dat voorzag in onderdak, groen, licht en lucht, maar tekort schoot in het bieden van (mogelijkheden voor) sociaal contact, geborgenheid, warmte en gevoel in de directe woonomgeving.


Derks liet zich volop inspireren door de vernieuwende jaren zeventig waarin kleinschaligheid opnieuw werd gedefinieerd. Belangrijke invloeden waren het boek “[[Small is beautiful]]” (Hou het klein, 1973) van de Duitse econoom [[Ernst Schumacher]]. In de vakwereld van architectuur en stedenbouw hadden [[Jan Verhoeven]] en [[Ton Alberts]] een grote invloed. In de ontwikkeling van Derks’ ideologie speelden fragmentering, structuren en patronen een steeds belangrijkere rol, en zijn een "groene wereld", de fiets, het woonerf en de heemtuin vaak terugkerende thema's.
Derks’ werk past in het beeld van de vernieuwende jaren zeventig waarin kleinschaligheid opnieuw werd gedefinieerd. Het werk van de Duitse econoom [[Ernst Schumacher]], met o.a. het boek “[[Small is beautiful]]” (Hou het klein, 1973) is daarbij van grote invloed geweest.
In zijn algemeenheid streefde hij naar een krachtige en duurzame stedenbouw, wars van modes en trends: vermijd vluchtigheid en wisseling van opvattingen en zoek de lange tijdlijn. De inrichting van de stad en de openbare ruimte is een publieke, en dus belangrijke, aangelegenheid, die vraagt om behoud en continuïteit.


== Projecten ==
In de vakwereld van architectuur en stedenbouw hadden [[Jan Verhoeven]] en [[Ton Alberts]] een grote invloed.


Projecten en studies
{{Wikidata|}}
* 1972-1978 Oostermeent, Blaricum; ontwerp en planning van Structuurplan, uitwerking van onderdelen en verkavelingsplannen (Bijvanck) circa 2.000 woningen
*http://www.ideoma.nl/bouwnetwerk/Bedrijfsinfo_derksstedebouw.htm
* 1973-1973 Schipluiden, Structuurplan
[[Categorie:Nederlands stedenbouwkundige]]
* 1972-2012 Houten, Groeikern en Vinex-locatie, circa 16.000 woningen, Masterplan, supervisies, uitwerkingen
* 1972-1995 Nootdorp, advisering uitbreidingsplannen Achter het Raadhuis en Vrouwtjeslant, Structuurschets Stuno
* 1974-1975 Stadsgewest Almelo, Structuurplan
* 1973-1982 Centrumplan Bussum, ontwerp, supervisie en bestemmingsplan
* 1975-1975 Bodegraven, Structuurplan
* 1976-1979 Stadsgewest Waalwijk, Structuurplan
* 1976-1978 Stadsgewest Breda, Structuurplan
* 1978-1980 Goirle, Structuurplan
* 1979-1980 Holland-West, Structuurvisie voor landschapsbouw, kusteiland en integrale uitbreiding voor 200.000 woningen
* 1983-1994 Waddinxveen, Zuidplas 1990, Ontwikkeling en ontwerp voor uitbreiding 2.000 woningen
* 1986-1987 Amersfoort, Ontwerpvisie stadscentrum
* 1987-1995 Waddinxveen, Masterplan Triangel, Structuurplan 3.000 woningen, Integraal ontwerp duurzaam bouwen, bedrijventerrein Coenecoop, ontwerp en supervisie
* 1995-1995 Masterplan Waddinxveen 2015, lange termijnvisie voor de ontwikkeling van Waddinxveen
* 1991-1992 Stadsgewest ’s-Hertogenbosch, Regiovisie
* 1986-1992 Brielle, Structuurplan Nieuwland, 600 woningen
* 1989-1994 Nootdorp, Masterplan voor de bebouwing van Ypenburg
* 1989-1989 Oosterhout, Structuurvisie Slotjesveld
* 1993-1994 Houten, Ontwerp en realisatie van kantoor/woonhuis Derks Stedebouw en fam. Derks
* 1993-1993 Waddinxveen, Ontwerp buitenplaatsen Zuidplas
* 1993-1996 Wageningen, Kaderplan openbare ruimte
* 1994-1994 Maarssen, Verkavelingsplan 200 woningen
* 1996-1999 Sneek, Reconstructieplan Sneekerpoortgebied
* 1996-1996 Leiderdorp Centrum, reconstructievoorstel boulevard en woningbouw
* 1999-2008 Drachten, Drachtstervaart, 800 woningen aan het water, ontwerp en supervisie
* 1999-2004 Alblasserdam, Herstructurering Drentse buurt, ontwerp en supervisie
* 1999-2005 Oudewater, Herontwikkeling Westerwal, ontwerp en supervisie
* 2000-2000 Sneek, Herinrichting Veemarktterrein
* 2000-2005 Amersfoort, Nimmerdor, 200 woningen, ontwerp, verkaveling en supervisie
* 2002-2006 Achterveld, gemeente Leusden, Mastenbroek, 200 woningen, ontwerp en verkaveling

Huidige versie van 15 jun 2015 om 11:42

rel=nofollow

Rob (Robert) Derks (Nieuwkoop, 22 april 1941) is een Nederlands stedenbouwkundige.

Loopbaan

Derks studeerde van 1963 tot 1972 aan de Technische Universiteit in Delft. Al in 1968 werd Derks gevraagd om student-assistent te worden bij de leerstoel stedenbouwkundig ontwerpen van hoogleraar W. de Bruijn. Derks werd later universitair docent in Delft.

In 1972 trad Derks in dienst bij Bureaux Wissing BV in Barendrecht, waar hij ook directeur werd. In 1992 gingen de wegen uit elkaar en startte Derks in Houten een eigen bureau: Derks Stedebouw BV. Derks was daar tot en met 2010 directeur. Eind 2012 sloot het bureau haar werkzaamheden af.

Het oeuvre van Derks is in 2014 opgenomen in het archief van Het Nieuwe Instituut.

Ontwerpfilosofie

Tijdens zijn studie aan de TU in Delft werd Derks vooral geïnspireerd door de 'The making of mankind' van Richard Leakey, 'De stalen holen' en 'De blote zon' van Isaac Asimov, de colleges over de structuur van de polis van professor De Bruin, en de studies naar ‘Urban Space and Structures’ door Sir Leslie Martin & Lionel March en 'De architectonische ruimte' van Dom Hans van der Laan.

Derks heeft in zijn werk altijd de geschiedenis van de mens en haar nederzetting als uitgangspunt genomen. Ook de menselijke maat speelt in Derks’ werk een belangrijke rol, evenals de openbare ruimte en in het bijzonder het groen in de vorm van parken, gras, beplanting, bomen en waterpartijen.

Derks laat in zijn werk de geschiedenis terugkomen, naar de theorie dat invloeden van vroegere maatschappelijke stelsels onzichtbaar overleven om in het heden weer zichtbaar te worden. Schijnbaar verdwenen kenmerken komen in een latere generatie weer onverwachts terug (Atavistische speltheorie).

Verder introduceerde Derks de 'inversie-stedenbouw'. Dit betekent dat eerst de openbare groene ruimte (park) wordt ontworpen en pas daarna bebouwing en de verkeersstructuur. De groenstructuur wordt ontworpen als een aaneengesloten en samenhangend geheel. Daarna wordt de (woon)bebouwing gericht op de (openbare) ruimte. Een woongebied wordt daardoor omsingeld door groen. Het groen wordt daardoor de drager van de stad en het landschap wordt binnengesloten.

Het resultaat is een veel sterkere beleving van de groene ruimte, bij eenzelfde (of zelfs hogere) dichtheid. Inversie-stedenbouw is een mooi voorbeeld is van “omkering van de gangbare praktijk” oftewel out of the box-denken.

Derks pleitte ook voor een meer samenhangende stedenbouw en tegen de, wat hij noemde, “glas-in-loodstad”: de stad bestaande uit (op zichzelf goed ontworpen) buurten, wegen en parken, etc., maar zonder onderling verband.

In het werk van Derks zijn een "groene wereld", de fiets, het woonerf en de heemtuin vaak terugkerende thema's. Hij streefde naar een krachtige en duurzame stedenbouw, wars van modes en trends. “Vermijd vluchtigheid en wisseling van opvattingen en zoek de lange tijdlijn.”

Tijdsbeeld en invloeden

Derks’ reageert met zijn ontwerpfilosofie op het Nieuwe Bouwen, dat voorzag in onderdak, groen, licht en lucht, maar tekort schoot in het bieden van (mogelijkheden voor) sociaal contact, geborgenheid, warmte en gevoel in de directe woonomgeving.

Derks’ werk past in het beeld van de vernieuwende jaren zeventig waarin kleinschaligheid opnieuw werd gedefinieerd. Het werk van de Duitse econoom Ernst Schumacher, met o.a. het boek “Small is beautiful” (Hou het klein, 1973) is daarbij van grote invloed geweest.

In de vakwereld van architectuur en stedenbouw hadden Jan Verhoeven en Ton Alberts een grote invloed.

Zoek op Wikidata

rel=nofollow