Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Redemptiedorpen: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(vertaling en bewerking van Wikipedia:fr:Terres de rédemption)
 
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 1: Regel 1:
De '''Redemptiedorpen''' waren acht dorpen ten zuiden en ten westen van [[Maastricht]], namelijk: [[Fallais]], [[Veulen (Fologne)]], Hermal ([[Hermalle]]), [[Hoepertingen]], [[Mopertingen]], Nederheim (nu [[Nerem]]), Peef ([[Paifve]]) en [[Rutten]] (Russon).
De '''Redemptiedorpen''' waren acht dorpen ten zuiden en ten westen van [[Maastricht]], die na de [[Vrede van Munster]] (1648) zowel door de [[Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden]] als door de [[Habsburgers]] (in de hoedanigheid van Hertogen van Brabant) als deel van hun gebied werden beschouwd. De Republiek rekende ze same met de [[Tweeherigheid van Maastricht]] en het [[graafschap Vroenhoven]] tot [[Staats-Brabant]].


Deze dorpen waren in 1204 door keizer [[Filips van Zwaben|Filips]] geschonken aan [[Hendrik I van Brabant|Hendrik I]], [[hertogdom Brabant|van Brabant]], samen met het [[graafschap Vroenhoven]] en het deel van de stad [[Maastricht]] dat nog tot het Rijk behoorde.
De acht redemptiedorpen waren: [[Fallais]], Hermal ([[Hermalle]]) en Peef ([[Paifve]]) (nu in de provincie [[Luik (provincie)|Luik]]), en [[Veulen (Fologne)]], [[Hoepertingen]], [[Mopertingen]], Nederheim (nu [[Nerem]]) en [[Rutten]] (Russon) (nu in de Belgische procincie Limburg).
 
In 1204 waren deze dorpen door keizer [[Filips van Zwaben|Filips]] geschonken aan [[Hendrik I van Brabant|Hendrik I]], [[hertogdom Brabant|van Brabant]], samen met het graafschap Vroenhoven en het deel van de stad [[Maastricht]] dat nog tot het Rijk behoorde.


De [[prinsbisdom Luik|prins-bisschop van Luik]], Hugo (Hugues) van Pierrepont, en de [[graafschap Looz|graaf van Looz]], Lodewijk II, waren niet tevreden over deze schenking en maakten zelf aanspraken op deze dorpen. Ze verklaarden de oorlog aan de hertog van Brabant, maar werden al snel gedwongen om vrede te vragen en afstand te doen van al hun aanspraken. De dorpen bleven dus verenigd met Brabant en onderworpen aan de jurisdictie van Maastricht.
De [[prinsbisdom Luik|prins-bisschop van Luik]], Hugo (Hugues) van Pierrepont, en de [[graafschap Looz|graaf van Looz]], Lodewijk II, waren niet tevreden over deze schenking en maakten zelf aanspraken op deze dorpen. Ze verklaarden de oorlog aan de hertog van Brabant, maar werden al snel gedwongen om vrede te vragen en afstand te doen van al hun aanspraken. De dorpen bleven dus verenigd met Brabant en onderworpen aan de jurisdictie van Maastricht.
Regel 9: Regel 11:
Toen Lodewijk XIV, de koning van Frankrijk, in 1673 Maastricht had ingenomen en de Verenigde Provinciën bedreigde, sloten de [[Staten-Generaal]] een verdrag met de koning van Spanje. Zij beloofden Maastricht, het graafschap Vroenhoven en de redemptiedorpen af te staan als dank voor de bijstand die Spanje hun had verleend. Na de [[Vrede van Nijmegen]] in 1678 weigerden de Hollanders om zich aan het verdrag van 1673 te houden, en behielden de aan Spanje beloofde gebieden. Spanje protesteerde tegen de Hollandse kwade trouw. Keizer [[Jozef II van het Heilig Roomse Rijk|Jozef II]], die dit gebied van Spanje overnam, eiste de beloofde gebieden in 1784 op.
Toen Lodewijk XIV, de koning van Frankrijk, in 1673 Maastricht had ingenomen en de Verenigde Provinciën bedreigde, sloten de [[Staten-Generaal]] een verdrag met de koning van Spanje. Zij beloofden Maastricht, het graafschap Vroenhoven en de redemptiedorpen af te staan als dank voor de bijstand die Spanje hun had verleend. Na de [[Vrede van Nijmegen]] in 1678 weigerden de Hollanders om zich aan het verdrag van 1673 te houden, en behielden de aan Spanje beloofde gebieden. Spanje protesteerde tegen de Hollandse kwade trouw. Keizer [[Jozef II van het Heilig Roomse Rijk|Jozef II]], die dit gebied van Spanje overnam, eiste de beloofde gebieden in 1784 op.


In het op 8 november 1785 te Fontainebleau ondertekende verdrag moest Holland hem een bedrag van negen miljoen te betalen om zijn rechten op het gebied af te kopen.
Met het [[Verdrag van Fontainebleau]], ondertekend op 8 november 1785, werden de dorpen bij de Nederlanden gevoegd, maar de Nederlanden moesten hun rechten hierop wel voor een bedrag van negen miljoen afkopen.
 
Met de inval van de Fransen in 1795 en de stichting van de Bataafse Republiek, stonden de Nederlanden ze af aan de Eerste Franse Republiek.
 
De gebieden behielden een zekere autonomie, op voorwaarde dat zij beide heersers jaarlijks een vaste bijdrage zouden betalen, waaraan zij de naam „redemptiedorpen” te danken hebben. Zij waren nauw verbonden aan de [[Tweeherigheid van Maastricht]].


De inwoners kwamen overeen om jaarlijks een vaste bijdrage te betalen, waaraan zij de naam „redemptiedorpen” te danken hebben: dankzij deze bijdragen behielden de dorpen een zekere autonomie.
een zekere autonomie
{{authority control|TYPE=g}}
{{authority control|TYPE=g|Wikidata=Q977977}}
[[Categorie:Redemptiedorpen| Redemptiedorpen]]
[[Categorie:Redemptiedorpen| Redemptiedorpen]]
{{zaadje}}
{{zaadje}}

Versie van 3 dec 2022 18:03

De Redemptiedorpen waren acht dorpen ten zuiden en ten westen van Maastricht, die na de Vrede van Munster (1648) zowel door de Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden als door de Habsburgers (in de hoedanigheid van Hertogen van Brabant) als deel van hun gebied werden beschouwd. De Republiek rekende ze same met de Tweeherigheid van Maastricht en het graafschap Vroenhoven tot Staats-Brabant.

De acht redemptiedorpen waren: Fallais, Hermal (Hermalle) en Peef (Paifve) (nu in de provincie Luik), en Veulen (Fologne), Hoepertingen, Mopertingen, Nederheim (nu Nerem) en Rutten (Russon) (nu in de Belgische procincie Limburg).

In 1204 waren deze dorpen door keizer Filips geschonken aan Hendrik I, van Brabant, samen met het graafschap Vroenhoven en het deel van de stad Maastricht dat nog tot het Rijk behoorde.

De prins-bisschop van Luik, Hugo (Hugues) van Pierrepont, en de graaf van Looz, Lodewijk II, waren niet tevreden over deze schenking en maakten zelf aanspraken op deze dorpen. Ze verklaarden de oorlog aan de hertog van Brabant, maar werden al snel gedwongen om vrede te vragen en afstand te doen van al hun aanspraken. De dorpen bleven dus verenigd met Brabant en onderworpen aan de jurisdictie van Maastricht.

Nadat de Hollanders in 1632 Maastricht innamen, namen zij ook de redemptiedorpen in bezit.

Toen Lodewijk XIV, de koning van Frankrijk, in 1673 Maastricht had ingenomen en de Verenigde Provinciën bedreigde, sloten de Staten-Generaal een verdrag met de koning van Spanje. Zij beloofden Maastricht, het graafschap Vroenhoven en de redemptiedorpen af te staan als dank voor de bijstand die Spanje hun had verleend. Na de Vrede van Nijmegen in 1678 weigerden de Hollanders om zich aan het verdrag van 1673 te houden, en behielden de aan Spanje beloofde gebieden. Spanje protesteerde tegen de Hollandse kwade trouw. Keizer Jozef II, die dit gebied van Spanje overnam, eiste de beloofde gebieden in 1784 op.

Met het Verdrag van Fontainebleau, ondertekend op 8 november 1785, werden de dorpen bij de Nederlanden gevoegd, maar de Nederlanden moesten hun rechten hierop wel voor een bedrag van negen miljoen afkopen.

Met de inval van de Fransen in 1795 en de stichting van de Bataafse Republiek, stonden de Nederlanden ze af aan de Eerste Franse Republiek.

De gebieden behielden een zekere autonomie, op voorwaarde dat zij beide heersers jaarlijks een vaste bijdrage zouden betalen, waaraan zij de naam „redemptiedorpen” te danken hebben. Zij waren nauw verbonden aan de Tweeherigheid van Maastricht.

een zekere autonomie

rel=nofollow
 
rel=nofollow