Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Hoogsensitiviteit

Uit Wikisage
Versie door Mendelo (overleg | bijdragen) op 17 aug 2017 om 09:59
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Een hoogsensitief persoon (ook hoog sensitief of hooggevoelig persoon; hsp) is erg gevoelig voor allerlei invloeden. Deze personen hebben een ’hoge gevoeligheid’, of aangeboren gevoeligheid zoals Carl Gustav Jung het oorspronkelijk noemde.

De term hoogsensitief persoon (Engels: highly sensitive person, afgekort HSP) kwam in 1996 in omloop door het werk van de Amerikaanse psychologe Elaine N. Aron. In 2002 verscheen hiervan een vertaling in het Nederlands. Volgens haar onderzoek zijn ongeveer een vijfde van de bevolking hooggevoelige mensen. Zij verwerken zintuiglijke gegevens veel dieper en grondig. Hun zenuwstelsel is gevoeliger anders dan bij personen die niet hoogsensitief zijn. Hooggevoeligheid is geen ziekte maar een eigenschap met voor- en nadelen. Vaak zijn hoogsensitieve mensen creatiever, meer consciëntieus en hebben een sterke intuïtie. Zij zijn gevoeliger voor geluiden, licht en lucht, en kunnen een lagere pijndrempel hebben dan anderen. Hooggevoelige personen hebben meer behoefte aan slaap en rust dan gemiddeld. De uitwerkingen worden vaak begrepen als verlegenheid, geremdheid, angstigheid en introversie.

Inhoud van Aron’s theorie

Dat sommige mensen nu eenmaal gevoeliger zijn dan anderen, was geen nieuws. Maar wat typisch is voor Arons onderzoek, is dat zij een verband aantoont tussen interne en externe gevoeligheid:

1. externe gevoeligheid: het gevoeliger waarnemen met zintuigen, bv geuren, smaken en geluiden. Deze gevoeligheid is direct te herkennen van kindsbeen kinds af aan: zo’n kind kan men met geen mogelijkheid een mohair trui aantrekken bijvoorbeeld. Zelfs bij katoen moeten alle labeltjes uit de nek geknipt worden omdat het kriebelt, etc. Een hogere gevoeligheid voor de lucht houdt ook in dat ze vaker allergisch zijn. Op volwassen leeftijd blijft de gevoeligheid bestaan: mensen kunnen na een kop koffie ’s middags uren lang wakker liggen ’s nachts. Ze worden na twee glazen wijn al dronken etc. Kortom: mensen reageren gevoeliger op externe stoffen en prikkels dan gemiddeld. Ze kunnen niet tegen tl-licht of horen twee huizen verder nog de buren.

2. interne gevoeligheid. Een persoon met een interne gevoeligheid heeft een rijke gedachtewereld. Hij of zij kan snel ontroerd raken, bijvoorbeeld door kunst en muziek. Als iemand bv boos kijkt, denken ze na: is die persoon boos op mij, of heeft hij zijn dag niet etc. Men kan niet tegen drukke menigten. Ze merken zaken op die een ander misschien niet ziet: dat iemand liegt bijvoorbeeld. Ze merken verschil in gezichtsuitdrukkingen of stemintonatie op.

Aron, ziet een verband tussen 1. en 2. Zij stelt dat mensen die overgevoelig zijn voor stoffen en zintuiglijke prikkels, statistisch gezien vaker ook een gevoeliger beleveniswereld hebben. Zij noemt de mensen die op beide fronten overgevoelig zijn ’hsp’s’. Deze mensen krijgen dus meer prikkels te verwerken: meer ’impulsen’ die zowel uit de eigen gedachten komen als uit de omgeving. De twee soorten gevoeligheden versterken elkaar ook: men ziet meer en denkt hier ook meer over na, men neemt intenser waar.

Hooggevoeligheid kan zowel positief als negatief uitpakken voor de persoon. Indien men al deze indrukken niet goed verwerkt, en ook niet goed controleert, kan de persoon in de war raken, angststoornissen krijgen, drugs nemen om de zintuigen te bedwelmen etc. Hsp’s hebben volgens Aron percentueel een veel hogere kans om overspannen te raken. Als de persoon zich bewust is van zijn hooggevoeligheid, kunnen er maatregelen worden genomen. Men kan ander werk kiezen (niet in de ratrace maar rustiger werk, in de kunst of wetenschap) parttime werken, grenzen aangeven aan anderen en met name het hoofd veel rust geven, middels boswandelingen en time-outs.

Volgens Elaine Aron is 15 tot 20 procent van de mensen hooggevoelig. Ook in de dierenwereld zou een vergelijkbaar percentage van de individuen hooggevoelig te zijn. Deze dieren zouden door hun hooggevoeligheid gevaar eerder opmerken en daardoor bijdragen tot het behoud van de soort. Hsp is niet opgenomen in het DSM-IV en is dus geen geaccepteerde psychologische diagnose. Er bestaan geen harde criteria voor de diagnose hsp.

Onderzoek

Naar het onderwerp zintuigstimulatie en gevoeligheid is vaker onderzoek gedaan door bijvoorbeeld Eysenck (over introversie en stimulatie). Pavlov deed ook onderzoek naar zintuiglijke reacties en sprak ook over fysieke en mentale overstimulatie. Jung maakte in zijn tijd onderscheid tussen introverte en extraverte types en had het in dit verband ook over gevoeligheden.

De psycholoog Jeffrey E. Young beschrijft een ’highly empathic temperament’. Hij ziet dit als een combinatie van aangeboren aanleg of temperament en een problematische emotionele ontwikkeling, dit laatste bv ten gevolge van een verstoorde opvoeding. Young is de bedenker van de Schema Therapie. Hij stelt dat dit ’highly empathic temperament’ veelal een relatie heeft met wat hij het Self-Sacrifice Scheme (zelfopoffering) noemt (Young, 2003, p. 246-151). Dat schema vindt meestal zijn oorzaak in het schema "Emotional Deprivation" (emotionele verwaarlozing). Hij ziet dit als een psychopathologische conditie die behandeld kan worden met cognitieve gedragstherapie en limited reparentingtherapie, waarbij de therapeut helpt om de behoefte aan veiligheid, geborgenheid en zorg te identificeren en te aanvaarden en er gedeeltelijk aan tegemoet te komen.[1]

Een hoogsensitief persoon wordt volgens Young gedragsmatig gekenmerkt door:

  • Overgave: zelfontkenning, te veel voor anderen doen en niet genoeg voor zichzelf opkomen (’de extraverte hsp’).
  • Vermijden: vermijden van innige relaties (verlegenheid) (’de introverte hsp’)
  • Overcompensatie: boos worden op vrienden en familieleden, omdat zij niet genoeg voor hem/haar doen, waarop hij besluit ook niets meer voor een ander te doen (’extraverte hsp die omslaat in een introverte hsp’).

Referenties

Externe links

Literatuur

Q29963683 op Wikidata  Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)

rel=nofollow