Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Duizendpoten: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Nieuwe pagina: {{Taxobox| type=Duizendpotige | naam=Duizendpoten | afbeelding= | afbeedlingtekst= | rijk=Animalia (Dieren) | stam=Arthropoda (Geleedpotigen) | onders...)
 
Geen bewerkingssamenvatting
 
(2 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven)
Regel 1: Regel 1:
{{Taxobox| type=Duizendpotige
{{Taxobox| type=Duizendpotige
| naam=Duizendpoten
| naam=Duizendpoten
| afbeelding=
| afbeelding=800px-Scutigera_coleoptrata.jpg
| afbeedlingtekst=
| afbeeldingtekst=Een [[huisduizendpoot]] <br>''(Scutigera coleoptrata]]''.
| rijk=[[Dierenrijk|Animalia]] (Dieren)
| rijk=[[Dierenrijk|Animalia]] (Dieren)
| stam=[[Geleedpotigen|Arthropoda]] (Geleedpotigen)
| stam=[[Geleedpotigen|Arthropoda]] (Geleedpotigen)
| onderstam=[[Duizendpotigen|Myriapoda]] (Duizendpotigen)
| onderstam=[[Duizendpotigen|Myriapoda]] (Duizendpotigen)
| taxon=[[Klasse (biologie)|Klasse]]
| taxon=[[Klasse (biologie)|Klasse]]
| w-naam=Diplopoda
| w-naam=Chilopoda
| auteur=[[Henri Marie Ducrotay de Blainville|de Blainville]] ''in'' [[Paul Gervais|Gervais]]
| auteur=[[Pierre André Latreille|Latreille]]
| datum=1844
| datum=1817
| species=Diplopoda
}}
}}
'''Duizendpoten''' oftewel '''Chilopoda''' zijn een klasse van [[geleedpotigen]] behorende tot de [[duizendpotigen]] of veelpotigen (Myriapoda), waartoe ook de [[miljoenpoten]] behoren. Er zijn ongeveer 3000 soorten, waarvan in Nederland 44 verschillende soorten zijn waargenomen (37 daarvan inheems)<ref>Nederlands Soortenregister 08-12-09 [http://www.nederlandsesoorten.nl/get?site=nlsr&view=nlsr&page_alias=conceptcard&cid=0AHCXIZNGNRL&q=duizendpoten]</ref> waaronder de bekende roodbruingekleurde [[gewone duizendpoot]] (''Lithobius forficatus'').<ref>Berg M.P., C. Evenhuis (2001) ''Determinatietabel voor de Nederlandse duizendpoten (Myriapoda: Chilopoda)'' Nederlandse Faunistische Medededelingen Vol. 15 p. 41-77 [http://www.repository.naturalis.nl/record/218638 PDF]</ref><ref>Berg M.P., C. Evenhuis (2002) ''Errata. Determineertabel voor de Nederlandse duizendpoten (Myriapoda: Chilopoda). NFM 15: 41-77.'' Nederlandse Faunistische Medededelingen Vol. 17 p. 103-105 [http://www.repository.naturalis.nl/record/219701 PDF]</ref><ref>Berg M.P. (1999) ''Naamlijst van de Nederlandse duizendpoten (Myriapoda: Chilopoda)'' Nederlandse Faunistische Mededelingen Vol. 8 p. 67-76 [http://www.repository.naturalis.nl/record/209698 PDF]</ref>


'''Miljoenpoten''' oftewel '''Diplopoda''' (vroeger : ''Chilognatha'') zijn een klasse van [[geleedpotigen|geleedpotige dieren]] uit de onderstam van [[duizendpotigen]] ''(Myriapoda)''. Ze leven allemaal op het land en komen wereldwijd voor, met uitzondering van erg koude of droge gebieden, de meeste soorten leven in de tropen. Er zijn ongeveer 10.000 soorten beschreven waarmee het de grootste klasse is van de duizendpotigen, maar vermoedt wordt dat er nog een veelvoud hiervan nog niet is ontdekt, voornamelijk in de tropen.
== Etymologie ==
Duizendpoten worden zo genoemd omdat ze veel poten hebben. Opvallend is dat de soort in het [[Engels]] (''centipede'') en in het [[Duits]] (''Hundertfüßer'') "honderdpoot" genoemd wordt. De soort die in het Nederlands "miljoenpoot" genoemd wordt, wordt onder andere in het Engels ''millipede'' (dus "duizendpoot") genoemd.


Miljoenpoten zijn meestal bodembewonend of ondergronds levend, sommige soorten worden langs de waterkant aangetroffen en zijn meer amfibisch, andere soorten klimmen soms in struiken om plantendelen te eten. Vrijwel alle miljoenpoten zijn planten- of afvaleters, slechts enkele jagen actief op prooien en zijn carnivoor zoals gebruikelijk is bij de verwante duizendpoten. De meeste soorten leven van rottend materiaal, wortels, rijp fruit en soms dode dieren, hun monddelen zijn daar speciaal op aangepast en kunnen niet bijten maar maken het voedsel vochtig en schrapen laagjes materiaal af en nemen het op via de mond. In de tuin doen veel soorten zich tegoed aan wortels van planten of bladeren, maar ook [[dood hout]], [[algen]] en [[paddenstoel (schimmel)|paddenstoelen]] worden gegeten, miljoenpoten spelen een belangrijke rol in een ecosysteem door het opruimen van grote hoeveelheden dood plantaardig materiaal.
== Anatomie ==
Er zijn vier groepen duizendpoten die in verschillende delen van de wereld voorkomen, ook kennen ze alle vier een andere fysiologie en hebben sterk afwijkende aantallen potenparen. Duizendpoten hebben een langwerpig en sterk afgeplat lichaam bestaande uit een kop en een lang achterlijf dat bestaat uit vele op elkaar gelijkende segmenten. Het aantal segmenten hangt samen met de verschillende groepen duizendpoten, veel soorten hebben 15 segmenten, andere, zoals soorten uit de onderorde [[Geophilomorpha]] hebben soms bijna 200 paar poten. Aan ieder segment zit één paar poten wat het duidelijkste verschil is met de '''[[miljoenpoten]]''', die steeds twee paar poten per segment hebben. Hier is hun wetenschappelijke naam Diplo(-)poda (dubbelpotigen) aan te danken. Een belangrijk onderscheid met vrijwel alle andere geleedpotigen is het ontbreken van een borststuk. Een borststuk is weliswaar niet altijd zichtbaar omdat deze is vergroeid met de kop tot een kopborststuk (cephalothorax), zoals bij de [[schorpioenen]] en de [[spinachtigen]], maar is bij alle andere geleedpotigen aanwezig en draagt de poten en de eventuele vleugels.


==Beschrijving==
De kop van een duizendpoot draagt twee grote en duidelijk zichtbare voelsprieten die een tastfunctie hebben. Een duizendpoot heeft zogenaamde puntogen, kleine lenzen die niet zo goed zijn ontwikkeld als bijvoorbeeld de [[facetoog|facetogen]] van [[insecten]]. Ze kunnen er niet scherp mee zien, maar alleen grote verschuivingen van de lichtintensiteit waarnemen. Aan de voorzijde van de kop zijn de gifkaken zichtbaar, die het best kunnen worden omschreven als gifpoten, omdat ze uit het voorste potenpaar zijn ontstaan, dit is ook wel te zien aan de positie en de vorm. Hiermee injecteert de duizendpoot zijn prooi met gif, waarna deze sterft en de kaken de prooi in stukjes knippen en naar de monddelen brengen.
Het lichaam van een miljoenpoot bestaat uit een kop die twee korte antennes draagt en een groot aantal segmenten daarachter dat het achterlijf wordt genoemd. Een borststuk ontbreekt, zoals bij alle duizendpotigen. In tegenstelling tot de [[duizendpoten]] (Chilopoda) hebben de meeste soorten een zeer cilindrisch, bijna sigaar-achtig lichaam. Duizendpoten hebben juist een afgeplat lichaam en veel langere antennes, maar beide groepen kennen uitzonderingen die voor verwarring zorgen. Bij verstoring rollen miljoenpoten zich als een spiraal op, sommige soorten zoals de [[oproller]]s kunnen zich net als een [[gordeldieren|gordeldier]] helemaal oprollen in hun pantser. Bij de kop hebben miljoenpoten zintuiglijke organen die samen het '''orgaan van Tömösváry''' worden genoemd. Deze zijn te zien als ovaalachtige ringen aan de basis van de antennes, en dienen waarschijnlijk om de vochtigheidsgraad waar te nemen, ook zouden ze hiernaast chemoreceptoren kunnen bevatten om zo andere stoffen op te merken.


Het aantal pootjes haalt bij lange na geen miljoen, de soort ''Illacme plenipes'' is een uitschieter en heeft er 750 in totaal maar de meeste soorten hebben 80 tot 400 pootjes. De naam "duizendpoot" of "miljoenpoot" heeft niets te maken met het aantal poten, sommige duizendpoten hebben niet veel meer dan 40 poten. Bepaalde soorten duizendpoten hebben zelfs meer poten dan sommige miljoenpoten. In andere talen zoals het Duits en Engels worden duizend- en miljoenpoten respectievelijk honderd- en duizendpotigen genoemd. Bij de miljoenpoten zijn de segmenten vanaf het vierde segment vanaf de kop paarsgewijs versmolten, waardoor een segment bij alle moderne soorten twee potenparen draagt, alleen de eerste drie segmenten hebben slechts één paar. Hieraan is de wetenschappelijke naam '''Diplo(-)poda''' te danken, wat letterlijk '''dubbel-potigen''' betekent. Dit onderscheidt hen van de [[duizendpoten]], die altijd maar één paar poten per segment bezitten. Naast twee paar poten heeft ieder segment ook twee [[trachee]]-openingen, stigmata genaamd.
De ademhaling geschiedt middels een [[trachee|tracheeënstelsel]], een netwerk van zeer fijnvertakte buisjes die men ook aantreft bij de insecten. Duizendpoten zijn gevoeliger voor droogte dan miljoenpoten, waardoor ze vaak 's nachts of na regen pas actief worden. Er zijn maar weinig andere dieren die met duizendpoten verward kunnen worden, sommige miljoenpoten als ''Polydesmus''- soorten hebben een wat afgeplat lichaam, een aantal rovende [[kevers|keverlarven]] hebben net als duizendpoten een zware bepantsering en meerdere segmenten en zijn moeilijker te onderscheiden maar keverlarven nooit een paar gelede poten aan ieder segment.


Ondanks het grote aantal pootjes bewegen miljoenpoten zich maar traag. Dit komt omdat ieder segment twee paar pootjes heeft die onafhankelijk van elkaar kunnen bewegen, waardoor de pootjes zich golfsgewijs moeten verplaatsen en relatief vaak stilstaan. Ook het grotere lichaamsvolume en de daarmee gepaard gaande zware bepantsering die voor een groter gewicht zorgen zijn redenen dat miljoenpoten veel langzamer zijn dan duizendpoten. Een voordeel is dat ze een dikkere huid hebben dan duizendpoten en hierdoor minder gevoelig zijn voor uitdroging. De pootjes en het stompe lichaam worden gebruikt om zich sneller in te graven, de vele pootjes duwen het lichaam de bodem in.
Duizendpoten worden doorgaans niet erg groot, de meeste soorten blijven enkele centimeters en alleen uitschieters bereiken de tien centimeter en komen vrijwel altijd in de tropen voor. De allergrootste soort is ''Scolopendra gigantea'' uit het [[Amazonebekken|Amazonegebied]], die een lengte van 30 centimeter kan bereiken. Op de [[Galápagoseilanden]] schijnt een soort te leven die meer dan 60 centimeter lang kan worden, maar dit is niet wetenschappelijk onderbouwd. De fossiele ''[[Euphoberia]]'' kon zelfs een lengte bereiken van rond een meter en de [[Arthropleura]] uit het [[Carboon]] kon meer dan 2,5 meter lang worden.


==Ontwikkeling==
== Voortplanting ==
Opmerkelijk is dat het mannetje niet altijd sterft zoals het vrouwtje na het afzetten van de eitjes, maar bij sommige soorten [[vervelling|vervelt]] waarbij de [[geslachtsorgaan|geslachtsorganen]] verdwijnen, en het mannetje weer lijkt op de onvolwassen nimf. Als het mannetje vervolgens nog een keer vervelt ontwikkelen de geslachtsorganen zich weer, dit kan meerdere keren achter elkaar gebeuren, het doel is waarschijnlijk om voor voldoende mannetjes te zorgen om de vrouwtjes te bevruchten.
De voortplanting is uitwendig, het mannetje maakt een [[spermatofoor]] van zijn zaad en wat [[spinsel]], wat wordt afgezet bij het vrouwtje. Sommige soorten zoeken helemaal geen contact, het mannetje laat zijn spermatofoor achter en vervolgt zijn weg. De eitjes worden altijd op de bodem afgezet, soms in holletjes of onder stenen en de eitjes worden zowel in groepjes als één voor een afgezet.


Bij de paring omstrengelen de vele pootjes elkaar en liggen het mannetje en vrouwtje met de buikzijde tegen elkaar aan. Indien het vrouwtje niet paringsbereid is trekt het mannetje zich weer terug. De paring kan minuten tot uren duren en eindigt zodra het mannetje zijn zaad heeft afgegeven. Het mannetje brengt zijn zaad met behulp van speciale bevruchtingspootjes naar het vrouwtje. De gepaarde geslachtsorganen van miljoenpoten zijn niet achteraan het lichaam gepositioneerd zoals bij de meeste dieren, maar zitten vlak achter de kop op het derde segment. Bij sommige soorten hebben de mannetjes een tang-vormig achterste potenpaar (telopoden) om haar beter vast te houden. De vrouwtjes kunnen het sperma nog enige tijd opslaan tot de omstandigheden gunstiger zijn om de eitjes af te zetten, veel soorten sterven kort hierna. Er is bekend dat sommige miljoenpoten niet goed opletten en paren met een andere soort, kruisingen echter zijn nog niet waargenomen.
De eitjes worden niet zelden bewaakt door het vrouwtje, die ze ook schoonhoudt om beschimmeling en uitdroging te voorkomen. Bij een aantal soorten blijft de moeder haar kroost zelfs na het uitkomen bewaken tot ze hun eigen weg kunnen vinden, dit komt overigens ook voor bij [[schorpioenen]] en sommige [[insecten]]. Als de nimfen net uit het ei kruipen hebben ze altijd minder segmenten ene poten dan volwassen dieren, iedere vervelling komt er een segment met potenpaar bij. Ook vervellingen waarbij het aantal segmenten niet veranderd en er zijn soorten die bij de geboorte alle poten en segmenten hebben. Het duurt vaak enkele jaren voor een nimf volwassen is, en zelfs een kleinere soort als de gewone duizendpoot kan 5 tot 6 jaar oud worden.


==Verdediging==
== Voedsel en vijanden ==
Miljoenpoten hebben een zwaar bepantserd lichaam en vluchten snel weg of rollen zich op bij verstoring. Ze kunnen niet bijten of steken maar veel soorten scheiden irriterende vloeistoffen of giftige gassen als [[blauwzuur]] uit om vijanden te verjagen of parasieten te doden. Ook spenderen miljoenpoten veel tijd aan het met de monddelen schoonhouden van het lichaam, om zich van parasieten en schimmels te ontdoen. Veel soorten worden belaagd door parasieten als mijten en teken, die zich tussen de pootjes bevinden waar de miljoenpoot niet bijkan.
Duizendpoten zijn zonder uitzondering snelle jagers met giftige 'kaakpoten'. Ze eten kleine ongewervelden als insecten, slakken en wormen, ook andere prooien als pissebedden en spinnen worden gegeten. Vrijwel alle duizendpoten zijn nuttige dieren omdat ze aan planten knagende dieren opeten. Alleen de grootste soorten eten ook wel eens andere kleine dieren als [[kikkers]], [[muis (dier)|muizen]] of kleine [[vogels]]. Van één soort is zelfs bekend dat deze actief op [[vleermuizen]] jaagt door ze bij de uitgang van een grot tijdens de vlucht simpelweg uit de lucht te plukken. Nederlandse soorten zijn ongevaarlijk maar kunnen wel bijten, de beet voelt aan als een wespensteek.
Tropische soorten zijn soms giftig en door de [[histamine]]-achtige stoffen die ze inbrengen wordt het immuunsysteem aangevallen en een allergische reactie opgewekt waardoor zwellingen en koorts kunnen optreden. Alleen als men allergisch is voor het gif kan men in een potentieel dodelijke shock raken, wat overigens ook voor een wespensteek geldt.


Net als alle geleedpotigen moeten ook miljoenpoten af en toe [[vervelling|vervellen]], met name de nog onvolwassen nimfen. Na een vervelling kan het uren tot dagen duren eer het nieuwe pantser is uitgehard. Omdat het pantser de belangrijkste verdediging is, zijn miljoenpoten gedurende deze tijd zeer kwetsbaar. Veel soorten maken dan ook een speciale 'vervellingskamer' onder de grond, waarin ze zich terugtrekken tot het pantser is uitgehard.
Vijanden van duizendpoten zijn grotere roofinsecten als [[loopkevers]], amfibieën en met name vogels die er graag een oppikken. Naast het inzetten van de gifkaken voor een beet scheiden sommige soorten chemische stoffen uit die roofdieren afschrikken.
 
Vijanden van miljoenpoten zijn schimmels, bacteriën en parasitaire wormen die het lichaam kunnen binnendringen. Dieren die miljoenpoten op het menu hebben staan zijn vogels als [[merel]]s en [[lijsters]], en ook [[kikkers]], [[egels]] en sommige soorten [[kevers]].
 
==Miljoenpoten als huisdier==
Sommige soorten zijn erg rustig, worden behoorlijk groot, stellen niet veel eisen aan hun omgeving en eten vrijwel met de pot mee, de meeste aangeboden soorten houden zich in leven met fruit. Met name grotere soorten kunnen behoorlijk oud worden, tot zo'n zeven jaar, en worden meer dan 20 centimeter lang. Miljoenpoten voelen zich thuis in een permanent vochtige omgeving met veel schuilplaatsen en vers voedsel. Het weren van schimmels is dan ook het grootste probleem bij het houden van een miljoenpoot. De langstlevende soorten kunnen zelfs meer dan tien jaar oud worden.


== Soorten ==
== Soorten ==
In Nederland zijn 59 soorten waargenomen, 48 daarvan worden als inheems beschouwd.<ref>Nederlands Soortenregister 08-12-09 [http://www.nederlandsesoorten.nl/get?site=nlsr&view=nlsr&page_alias=conceptcard&cid=0AHCXIZOCHNL&q=diplopoda]</ref><ref>Berg M. (2005) ''Naamlijst van de Nederlandse miljoenpoten (Myriapoda: Diplopoda)'' Nederlandse Faunistische Mededelingen Vol. 23 p. 1-12 [http://www.repository.naturalis.nl/record/262191]</ref>
De wat bekendere soorten die in Nederland en België leven zijn;
* [[Gewone duizendpoot]] (''Lithobius forficatus'') ; deze duizendpoot is roodoranje van kleur, heeft 15 paar poten (als ze volwassen zijn) en wordt 18 tot 30 mm lang. Deze soort wordt ook wel steenloper genoemd en zit overdag onder stenen of schors.
* [[Tuinduizendpoot]] (''Geophilus longicornis'') ; zeer langwerpig en geel van kleur, 49 tot 57 paar poten, antennes zeer lang, ondergrondse levenswijze.
* [[Compostduizendpoot]] (''Haplophilus subterraneus'') ; deze duizendpoot is nog langwerpiger en ook aanmerkelijk langer dan vorige soorten; hij is 5 tot 7 cm lang en heeft 77 tot 83 paar poten. Ze leven in de grond of in een strooisellaag.


Onderstaand drie soorten miljoenpoten die algemeen in [[Europa (werelddeel)|Europa]] voorkomen.
== Referenties ==
 
* ''[[Tachypodiulus niger]]''
:Deze miljoenpoot wordt ongeveer 50 mm lang. Het zijn cilindervormige dieren, waarvan diverse ondersoorten bestaan. Bij verstoring krullen ze zich als een horlogeveer op.
 
* ''[[Polydesmus angustus]]''
:Deze soort wordt ongeveer 25 mm lang. Het lichaam is meer afgeplat, de miljoenpoot komt vooral voor in bladstrooisel en ander rottend materiaal.
 
* ''[[Glomeris marginata]]''
:Deze miljoenpoot behoort tot de [[oprollers]] en wordt ongeveer 20 mm lang. Het dier kan zich oprollen en is forser dan de twee bovenstaande soorten. Er zijn 17 tot 19 paar poten, het lichaam lijkt sterk op dat van de [[rolpissebed]]. De soort leeft onder stenen of bladeren, waar het plantaardig voedsel eet.
 
== Zie ook ==
* [[Duizendpoot]] (doorverwijzing).
 
{{Bronnen|bronvermelding=  
{{reflist}}
{{reflist}}


* The Natural History, Kingfisher Books, 1982
{{commonscat|Chilopoda}}
* Milipede.org - '''General Information Myriapoda''' - [http://www.myriapoda.org/diplopoda/millipede_general_info.html Website]
* H. Bellmann & W.R.B. Heitmans - '''Insecten''' - [http://nlbif.eti.uva.nl/bis/insecten.php?menuentry=groepen Website]
}}
 
{{commons|Diplopoda}}


[[Categorie:Duizendpotige]]
[[Categorie:Duizendpotige]]

Huidige versie van 4 apr 2010 om 13:48

rel=nofollow

Duizendpoten oftewel Chilopoda zijn een klasse van geleedpotigen behorende tot de duizendpotigen of veelpotigen (Myriapoda), waartoe ook de miljoenpoten behoren. Er zijn ongeveer 3000 soorten, waarvan in Nederland 44 verschillende soorten zijn waargenomen (37 daarvan inheems)[1] waaronder de bekende roodbruingekleurde gewone duizendpoot (Lithobius forficatus).[2][3][4]

Etymologie

Duizendpoten worden zo genoemd omdat ze veel poten hebben. Opvallend is dat de soort in het Engels (centipede) en in het Duits (Hundertfüßer) "honderdpoot" genoemd wordt. De soort die in het Nederlands "miljoenpoot" genoemd wordt, wordt onder andere in het Engels millipede (dus "duizendpoot") genoemd.

Anatomie

Er zijn vier groepen duizendpoten die in verschillende delen van de wereld voorkomen, ook kennen ze alle vier een andere fysiologie en hebben sterk afwijkende aantallen potenparen. Duizendpoten hebben een langwerpig en sterk afgeplat lichaam bestaande uit een kop en een lang achterlijf dat bestaat uit vele op elkaar gelijkende segmenten. Het aantal segmenten hangt samen met de verschillende groepen duizendpoten, veel soorten hebben 15 segmenten, andere, zoals soorten uit de onderorde Geophilomorpha hebben soms bijna 200 paar poten. Aan ieder segment zit één paar poten wat het duidelijkste verschil is met de miljoenpoten, die steeds twee paar poten per segment hebben. Hier is hun wetenschappelijke naam Diplo(-)poda (dubbelpotigen) aan te danken. Een belangrijk onderscheid met vrijwel alle andere geleedpotigen is het ontbreken van een borststuk. Een borststuk is weliswaar niet altijd zichtbaar omdat deze is vergroeid met de kop tot een kopborststuk (cephalothorax), zoals bij de schorpioenen en de spinachtigen, maar is bij alle andere geleedpotigen aanwezig en draagt de poten en de eventuele vleugels.

De kop van een duizendpoot draagt twee grote en duidelijk zichtbare voelsprieten die een tastfunctie hebben. Een duizendpoot heeft zogenaamde puntogen, kleine lenzen die niet zo goed zijn ontwikkeld als bijvoorbeeld de facetogen van insecten. Ze kunnen er niet scherp mee zien, maar alleen grote verschuivingen van de lichtintensiteit waarnemen. Aan de voorzijde van de kop zijn de gifkaken zichtbaar, die het best kunnen worden omschreven als gifpoten, omdat ze uit het voorste potenpaar zijn ontstaan, dit is ook wel te zien aan de positie en de vorm. Hiermee injecteert de duizendpoot zijn prooi met gif, waarna deze sterft en de kaken de prooi in stukjes knippen en naar de monddelen brengen.

De ademhaling geschiedt middels een tracheeënstelsel, een netwerk van zeer fijnvertakte buisjes die men ook aantreft bij de insecten. Duizendpoten zijn gevoeliger voor droogte dan miljoenpoten, waardoor ze vaak 's nachts of na regen pas actief worden. Er zijn maar weinig andere dieren die met duizendpoten verward kunnen worden, sommige miljoenpoten als Polydesmus- soorten hebben een wat afgeplat lichaam, een aantal rovende keverlarven hebben net als duizendpoten een zware bepantsering en meerdere segmenten en zijn moeilijker te onderscheiden maar keverlarven nooit een paar gelede poten aan ieder segment.

Duizendpoten worden doorgaans niet erg groot, de meeste soorten blijven enkele centimeters en alleen uitschieters bereiken de tien centimeter en komen vrijwel altijd in de tropen voor. De allergrootste soort is Scolopendra gigantea uit het Amazonegebied, die een lengte van 30 centimeter kan bereiken. Op de Galápagoseilanden schijnt een soort te leven die meer dan 60 centimeter lang kan worden, maar dit is niet wetenschappelijk onderbouwd. De fossiele Euphoberia kon zelfs een lengte bereiken van rond een meter en de Arthropleura uit het Carboon kon meer dan 2,5 meter lang worden.

Voortplanting

De voortplanting is uitwendig, het mannetje maakt een spermatofoor van zijn zaad en wat spinsel, wat wordt afgezet bij het vrouwtje. Sommige soorten zoeken helemaal geen contact, het mannetje laat zijn spermatofoor achter en vervolgt zijn weg. De eitjes worden altijd op de bodem afgezet, soms in holletjes of onder stenen en de eitjes worden zowel in groepjes als één voor een afgezet.

De eitjes worden niet zelden bewaakt door het vrouwtje, die ze ook schoonhoudt om beschimmeling en uitdroging te voorkomen. Bij een aantal soorten blijft de moeder haar kroost zelfs na het uitkomen bewaken tot ze hun eigen weg kunnen vinden, dit komt overigens ook voor bij schorpioenen en sommige insecten. Als de nimfen net uit het ei kruipen hebben ze altijd minder segmenten ene poten dan volwassen dieren, iedere vervelling komt er een segment met potenpaar bij. Ook vervellingen waarbij het aantal segmenten niet veranderd en er zijn soorten die bij de geboorte alle poten en segmenten hebben. Het duurt vaak enkele jaren voor een nimf volwassen is, en zelfs een kleinere soort als de gewone duizendpoot kan 5 tot 6 jaar oud worden.

Voedsel en vijanden

Duizendpoten zijn zonder uitzondering snelle jagers met giftige 'kaakpoten'. Ze eten kleine ongewervelden als insecten, slakken en wormen, ook andere prooien als pissebedden en spinnen worden gegeten. Vrijwel alle duizendpoten zijn nuttige dieren omdat ze aan planten knagende dieren opeten. Alleen de grootste soorten eten ook wel eens andere kleine dieren als kikkers, muizen of kleine vogels. Van één soort is zelfs bekend dat deze actief op vleermuizen jaagt door ze bij de uitgang van een grot tijdens de vlucht simpelweg uit de lucht te plukken. Nederlandse soorten zijn ongevaarlijk maar kunnen wel bijten, de beet voelt aan als een wespensteek. Tropische soorten zijn soms giftig en door de histamine-achtige stoffen die ze inbrengen wordt het immuunsysteem aangevallen en een allergische reactie opgewekt waardoor zwellingen en koorts kunnen optreden. Alleen als men allergisch is voor het gif kan men in een potentieel dodelijke shock raken, wat overigens ook voor een wespensteek geldt.

Vijanden van duizendpoten zijn grotere roofinsecten als loopkevers, amfibieën en met name vogels die er graag een oppikken. Naast het inzetten van de gifkaken voor een beet scheiden sommige soorten chemische stoffen uit die roofdieren afschrikken.

Soorten

De wat bekendere soorten die in Nederland en België leven zijn;

  • Gewone duizendpoot (Lithobius forficatus) ; deze duizendpoot is roodoranje van kleur, heeft 15 paar poten (als ze volwassen zijn) en wordt 18 tot 30 mm lang. Deze soort wordt ook wel steenloper genoemd en zit overdag onder stenen of schors.
  • Tuinduizendpoot (Geophilus longicornis) ; zeer langwerpig en geel van kleur, 49 tot 57 paar poten, antennes zeer lang, ondergrondse levenswijze.
  • Compostduizendpoot (Haplophilus subterraneus) ; deze duizendpoot is nog langwerpiger en ook aanmerkelijk langer dan vorige soorten; hij is 5 tot 7 cm lang en heeft 77 tot 83 paar poten. Ze leven in de grond of in een strooisellaag.

Referenties

rel=nofollow

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Chilopoda op Wikimedia Commons.

rel=nofollow