Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Cyriel De Brauwer

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 3 apr 2019 om 19:17 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Cyriel_De_Brauwer&oldid=53416855 17 mrt 2019 ‎ Eric lahey 31 dec 2018)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

DE LEVENSWANDEL VAN KUNSTENAAR CYRIEL DE BRAUWER

Cyriel De Brauwer is geboren in 1914 te Maldegem ... Maldegem is een uitgestrekt landelijke en bloemrijke gemeente gelegen in de uiterste westhoek van de provincie Oost-Vlaanderen. Het is een gemeente met prachtige weidse landschappen waar je stil van wordt. Je ontdekt hier een merkwaardig rijk patrimonium. Maldegem is in oppervlakte één van de grootste gemeentes in België en is voorzien van talrijke bewegwijzerde wandel en fietsroutes

De tekenacademie van Maldegem heeft altijd een belangrijke uitstraling gekend tot ver buiten het grondgebied van de gemeente. De oude gemeenteschool gebouwd in 1860 was het onderkomen van de tekenacademie van 1864 tot 1936. Het was op deze prachtige herenboerderij dat Cyriel De Brauwer heeft leren tekenen schilderen en boetseren onder de kundige en engageerde leiding van professor Charles De Vos. Op 20 mei 1940 werd de school verwoest door een bombardement. Na 1936 is de tekenschool respectievelijk verhuisd naar de zolders van het gemeentehuis en vervolgens naar het prachtig Sint-Annakasteel gelegen in het gemeentepark over het gemeentehuis.

Maldegem was een dorp van kermissen, cafés, stoeten en wielerkoersen. Veel Hollanders kwamen hier zaakjes doen want hun gulden was hier dubbel zoveel waard en de grens lag hier op een boogscheut. Maldegem was en blijft een levende en boeiende gemeente waar er altijd iets te beleven is. De Maldegemnaars hebben veel energie, vandaag en vroeger. Maldegem heeft in tegenstelling met andere steden en gemeenten niet zo erg veel geleden onder de eerste en tweede wereldoorlog. De talrijke boerenbedrijven hielpen de Maldegemnaars wanneer er een nood was aan voedsel

Het Vlaamse karakter van Maldegem, van zijn mensen en landschap, van de lucht tot de aarde vind je terug in de werken van Cyriel De Brauwer. Deze gemeente was een vruchtbare voedingsbodem voor de ontluiking en groei tot kunstenaar. Hij was de jongste uit een gezin van 5, hij had een broer en een zuster. Zijn ouders werkten bij de lokale spoorwegen.

Als kind begon hij al vlug veel op te merken en hij vertrouwde zijn waarnemingen en emoties toe aan papier. Eenvoudig en onschuldig zoals elk kind was tekenen in de natuur en schilderen met waterverf zijn geliefkoosde tijdbesteding. Hij volgde de lagere gemeenteschool te Maldegem en al heel vroeg liet hij zich inschrijven aan de plaatselijke kunstacademie.

Na de lagere school werd hij leerling aan de Vrije Technische School afdeling beeldhouwen, Nieuwe Gentweg 37 te Brugge. Zijn opleiding was gericht naar de praktijk, een vak leren en met de opgedane kennis zijn brood verdienen. Maar zijn drang om schoonheid en emotie vast te leggen stond centraal in al zijn activiteiten. ’s Avonds bleef hij lessen volgen aan de Kunstacademie in Maldegem. Hij combineerde de studie van kunst met de praktische kant van materiaalbewerker. Deze beide scholen hebben elk van hun kant bijgedragen tot de ontplooiing van de talenten van de kunstenaar . Ze hebben de basis gelegd tot het ontluiken van zijn artistieke loopbaan. Concreet uitgedrukt: de kunst en schoonheid als essentie en de toegepaste materiaalkennis als onmisbare bijdrage.

Aan de technische school te Brugge, waar dagelijks de bewerking van verschillende materialen werd aangeleerd, onderscheidde de jonge De Brauwer zich in de bewerking van hout. Dank zij de verworven vakkennis werd hij dikwijls gevraagd om meubelen en schilderijkaders te bewerken met versierselen. In het meubel branche wordt zo iemand als ornamentsteker genoemd. “ Het is een periode” zegt de kunstenaar “ dat ik het hout met zijn karakter en grillen totaal onder de knie heb gekregen” .Hij heeft het hout getemd. De Directie van de school was vol lof over hun leerling en zij verklaarden dat zij zelden zo iemand in hun school hebben gehad die zo jong het ambacht meester was. Zij raadden de jongen ook aan om zich in te schrijven in de academie te Antwerpen

De Kunstacademie te Maldegem was al ontgroeid uit de middelmaat dank zij de bezieling en talent van de professor Charles De Vos uit Gent. Buiten de gebruikelijke tekenklassen organiseerde hij een boetseerklas en het dient nauwelijks gezegd dat de leerling Cyriel De Brauwer niet alleen sterk was in tekenen en schilderen maar ook opviel in zijn aanleg om te boetseren. In deze academie heerste een sfeer van enthousiasme want de leraar samen met de leerlingen betaalden uit eigen zak de levende modellen. Hij haalde hier zowel in 1931 als in 1933 de eerste prijs in boetseerkunst.

Charles De Vos ontdekte al snel het talent van zijn leerling en raadde hem sterk aan om zich in te schrijven aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen die een internationale reputatie genoot. Aan de academie van Maldegem werd hij al zeer vlug bevriend met de oudere leerling Julien Creytens. Deze vriendschap is altijd blijven bestaan. Zij zijn beiden definitief naar Antwerpen gaan wonen en werken. Julien Creytens werd later benoemd tot directeur van de Koninklijke Academie en van het Nationaal Hoger Instituut van Schone Kunsten te Antwerpen. Cyriel De Brauwer werd er benoemd als leraar-professor in 1946 en was toen één van de jongste professoren.

Begin 1935 werd hij opgeroepen voor de militaire dienst en hij werd ingelijfd in het legerartillerie regiment, gekazerneerd in Borsbeek bij Antwerpen. Hij hield er verschillende eretekens aan over maar daar sprak hij nooit over. Tijdens de legerdienst volgde hij, voor zover mogelijk, ’s avonds speciale avondleergangen in de Koninklijke Academie te Antwerpen Onder de speciale leiding en voortdurende aanmoediging van streekgenoot en vriend Julien Creytens die toen hier professor was geworden volgde hij intensief tekencursussen en alle daarbij aanverwante vakken. Hij mocht in het atelier van de school naar believen oefenen en maakte daar dankbaar gebruik van.

1935-1936 Door zijn begaafdheid en geroutineerd vakmanschap verliet hij na slechts één jaar Academie onder de leiding van professor E. Deckers als laureaat. Tijdens dit academiejaar won hij de eerste prijs voor steenkappen, de eerste prijs voor boetseren naar de natuur, de begeerde eerste prijs voor beeldhouwkunst, de Prijs Valerius en de prijs “De Keyzer”. Hij werd tweede in de Godecharleprijs.

In 1936 slaagt hij in het toelatingsexamen bij het NHISK (Het Nationaal Hoger Instituut voor Schone Kunsten te Antwerpen) Het NHISK is voortgezet hoger kunstonderwijs voor het Vlaamse landgedeelte. Haar studenten vertoeven in een internationaal gezelschap van studenten die meestal van een culturele beurs genieten. Over het NHISK schrijft Prof. Dr. Guido Persoons, wetenschappelijk bibliothecaris en archivaris van dit instituut.“Open oriëntatie en respect voor het leven, zorg voor plasticiteit en vakgedrevenheid, ziedaar het geheim van de Antwerpse eigenheid van het NHISK dat daarom nooit vastroest in het oude maar steeds opnieuw kunstenaars vormt”

1936-1943 De zes jaren aan het Hoger Instituut onder leiding van Professor Ernest Wijnants noemt de beeldhouwer een harde en uitputtende strijd. Het heeft zijn persoonlijkheid gevormd en zijn spieren gehard. Dit heeft zijn levensvisie verrijkt. Hij heeft geleerd om het leven realistisch te beschouwen en om een duidelijk onderscheid te maken tussen wat waardevol is en wat nep is. Deze lange ononderbroken jaren werk en studie waren voor hem zeer vruchtbaar. De heer Wijnants was een zeer bedreven professor en beeldhouwer, Hij was een expressionist en begeesterd door de Egyptische kunst. Hij was heel sterk in taille direct .Hij heeft schitterende torso’s en portretten gemaakt. Hij had grote invloed op zijn leerlingen. In 1938 won hij de staatsprijs voor Plastische Kunsten.

Cyriel De Brauwer kreeg les in kunstgeschiedenis van professor Roger Avermaete en Edmond De Bruyn. Letterkunde en Vlaamse taal werden onderwezen door Jan-Albert Goris beter bekend als Marnix Geysen. Bekende leerlingen in zijn klas waren Marcel Macken, later benoemd tot directeur van de academie en het NHISK , beeldhouwer Lode Eyckermans en Leopold Van Esbroeck waarmee hij bevriend was.

De algemene directeur van de academie en het NHISK was toen Baron Isidoor Opsomer. Onder de leiding van de charismatische Opsomer heerste er een dynamische en creatieve wind in het instituut. Hij was een rechtschapen, verdraagzaam en sociaal mens en was zeer betrokken met zijn leerlingen. Hij zorgde ook voor internationale uitstraling van het Instituut van de Schone Kunsten in Antwerpen.

Hij behaalde verschillende waardevolle onderscheidingen tijdens zijn studies.

  • Tijdens de leergang 1936-1937 won hij de prijs “ De Keyzer”; en de grote prijs voor Beeldhouwkunst.
  • Tijdens de leergang 1938-1939 won hij de eerste prijs Van Lerius
  • Hij werd geselecteerd voor de zeer begeerde prijs “ Prijs Van Rome” die een hoge geldprijs omvatte en bovendien een beurs om zich gedurende drie jaar in het buitenland als kunstenaar te kunnen vervolmaken. Hij was door de ingewijden getipt als kandidaat winnaar maar enkele dagen voor de officiële presentatie van zijn kunstwerk werd er ingebroken en het beeld dat in competitie was voor de prijs werd volledig vernield Over dit tragische gebeuren bestaan foto’s. Hij werd toch naderhand met een ander werk vierde geklasseerd en beloond door het Ministerie van Openbaar onderwijs met een aanzienlijke geldprijs.

De prijzen hebben het hoofd van de kunstenaar nooit op hol gebracht. Hij bleef een zeer bescheiden en beminnelijk man.

Hij ging nooit aan het experimenteren maar bleef steeds zijn eigen gevoel volgen. De weg van sereniteit, realiteit en gedrevenheid. Zijn zelfstandigheid en wilskracht werd bevestigd toen hij niet inging op het verzoek van professor Wijnants om met hem samen te werken in zijn atelier. Professor en beeldhouwer Wijnants had steeds veel invloed op zijn leerlingen. De letterkundige J. Muls uit Gent zegt het volgende over hem: “ de grote verscheidenheid van zijn ontwikkelingsimpressionisme, het oosters exotisme dat dikwijls aan de archaïsche Helleense beeldhouwwerken herinnert, klassieke rust en tenslotte architectonische beeldhouwkunst leidde soms tot eclectische stijlverwarring. “

Hij werd ook gesolliciteerd door beeldhouwer Simon Goossens, zij werkten regelmatig samen maar hij bleef ijveren om zijn eigen atelier te behouden en zo zijn creativiteit en kunde ten volle te kunnen realiseren.

Cyriel De Brauwer vestigde zich in een steegje, aan de Mechelsesteenweg te Antwerpen in de schaduw van de Heilige Geest kerk. Hij had daar ook zijn atelier. Zijn naaste buurman was de bekende Antwerpse fotograaf J. Lasters die ook een vriend werd. Het was een doodlopend straatje waar heel veel bekende kunstenaars hun intrek hadden. Hij moest nu wel voor zijn eigen broodwinning zorgen

Hij slaagde in zijn opzet dank- zij vooral zijn verregaande kunde van houtbewerking en zijn creativiteit. Als ornamentalist en beeldhouwer ontving hij verschillende opdrachten om schilderijlijsten te ontwerpen, om gotische en renaissance decoratie aan te brengen op eigen ontworpen meubelen. Het heeft de kunstenaar een goed gevoel gegeven dat zijn werk werd geapprecieerd en bovendien kon hij als zelfstandige overleven.

  • In 1946 hij was pas 32 jaar jong, werd hij bij koninklijk besluit benoemd tot professor aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen.
  • In het begin gaf hij les tijdens de dag in tekenen en boetseren. Hij vond echter dat er teveel onproductieve uren lagen tussen de uurrooster en vroeg een overplaatsing naar het avondonderwijs wat hem werd gegund. Nu kon hij zich tijdens de dag zich volledig toewijden aan kunst in zijn eigen atelier.
  • In 1947 trouwde hij met José Celis. Het gezin werd verrijkt met twee dochters, Monique en Linda. Hij heeft steeds een vaste band gehad met vrouw, kinderen, kleinkinderen en aangetrouwde familieleden. Hij stond altijd klaar om de familie te helpen.
Bestand:Monique De Brauwer.jpg
  • In 1949 verhuisde hij en nam definitief intrek in het mooie en ruime atelier van wijlen beeldhouwer Frans Jochems op de Marie-Josélaan te Berchem.
  • Als beeldhouwer ontving hij voortdurend opdrachten zowel uit privé hoek als van openbare instellingen. Zeer vooraanstaande personaliteiten uit de politiek en kunstwereld lieten zich door hem een borstbeeld of portret maken. In het grote genre maakte hij het oorlogsmonument te Beveren-Waas en realiseerde hij een indrukwekkend bas-reliëf op de achtergevel van het veiligheidsmuseum in Antwerpen. Talrijke ,grafmonumenten heeft hij ontworpen en gemaakt. Verschillende heiligenbeelden tegen openbare gevels zijn van zijn hand. Hij heeft ook prachtige schilderijen en tekeningen nagelaten.
  • In 1950 toonde hij op het Salon Van Gent 2 beelden in hout; een naakt en een portret
  • In 1953 exposeerde hij op de tentoonstelling voor beeldende kunst "Richting" te Antwerpen met het beeld "Meisje met sjaal", "Ouderling", "Eva, "Kind met kersen", "jongensbuste, "naakt" en een portret
Bestand:Meisje met sjaal.png

Hij was een kunstenaar in hart en nieren. De zondagmorgen schuimde hij de veilingzalen in het Antwerpse af naar verborgen mooi antiek en schilderijen van onderschatte schilders. De veilingmeester zag hem altijd graag komen want hij kon de geschiedenis en stijl van een voorwerp als meubelstuk, klok en vaas altijd goed situeren. Kunstgeschiedenis was zijn hobby. Hij verdiepte zich regelmatig in kunstboeken tijdens zijn vrije uren.

Zijn grote voorbeelden waren beeldhouwer August Rodin en niet in het minst de Baskische Franse beeldhouwer Aristide Maillol. Klassiek, expressionistisch, eenvoudig, krachtig en de vrouw als centrum van de wereld. Een prachtig werk van hem is te bewonderen in het Middelheim openlucht museum.

Altijd had hij een schetsboek in zijn vestzak. Zag hij een mooi gebouw, een koe of stier in een wei, een zeer karakteristiek hoofd, hij haalde het boekje uit zijn zak en in enkele potloodtrekken had hij het beeld geschetst..

Cyriel De Brauwer overleed schielijk thuis in Wilrijk op 10 december 1989. Vlak na zijn dood schreef de pers over hem als volgt: “ Enkele dagen geleden overleed Cyriel De Brauwer, ereprofessor aan de Academie voor Schone Kunsten te Antwerpen. Voor allen die hem van nabij kenden en voor hen die min of meer vertrouwd waren met de plastische kunsten, is dit een zeer groot verlies.

De Brauwer werd geboren in 1914, was ridder in de Leopoldsorde en Kroonorde en werd vereerd met meerdere andere militaire en burgerlijke eretekens. De Brauwer was een toegewijd en diepmenselijke leraar. Een hele reeks van onderscheidingen viel hem tijdens zijn leven te beurt. De grote roem echter, die sommige andere kunstenaars verwierven heeft hij nooit mogen smaken. Wellicht was zijn karakter hier niet vreemd aan, want De Brauwer was niet meteen iemand die zichzelf graag in het centrum van de belangstelling plaatste.