Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Camille Flammarion

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

Nicolas Camille Flammarion (Montigny-le-Roi, departement Haute-Marne (Frankrijk), 26 februari 1842 – Juvisy-sur-Orge, departement Essonne, 3 juni 1925) was een Franse astronoom, geofysicus, auteur van populair-wetenschappelijke geschriften en science fiction en de eerste president van de Société astronomique de France (SAF), die hij in 1887 oprichtte.

Leven

Flammarion was al op jonge leeftijd geïnteresseerd in astronomie. Op 16-jarige leeftijd schreef hij een manuscript van 500 pagina’s met de titel Cosmologie Universelle en werd hij assistent van de astronoom Urbain Leverrier bij het Observatorium van Parijs. In 1861, op 19-jarige leeftijd, publiceerde hij La pluralité des mondes habités (De pluraliteit van bewoonde werelden). Hij stelde hierin dat de aarde geen buitengewone positie inneemt, maar dat leven waarschijnlijk ook op andere planeten van het zonnestelsel zou voorkomen. In deze context behandelde hij ook de vraag naar de betekenis van het universum. Flammarion concludeert: als het universum bij toeval is ontstaan ​​– dat wil zeggen zonder betekenis – dan is het groot genoeg om ook op een andere plaats leven voort te brengen. Als het universum en het leven op aarde een betekenis hebben, zou het absurd zijn om te geloven dat dit wonderbaarlijke en diverse universum geschapen is zonder dat andere levende wezens het waarnemen en onderzoeken. Het boek is in verschillende talen vertaald.

Kort daarop verloor Flammarion zijn positie bij het observatorium. Van 1862 tot 1867 werkte hij voor het Institut de Longitudes. In 1867 maakte hij negen luchtballonvluchten voor wetenschappelijke observaties, daarna keerde hij terug naar het observatorium, waar hij deelnam aan een project voor de systematische observatie van dubbelsterren. Het resultaat van het project was een catalogus van 10.000 dubbelsterren, gepubliceerd in 1878. Bovendien observeerde Flammarion de maan en Mars. In 1873 stelde hij dat de rode kleur van Mars te wijten was aan vegetatie.

In 1887 richtte Flammarion de Société Astronomique de France op. Hij was zeer belezen en heeft in de loop van zijn leven een uitgebreide astronomische bibliotheek samengesteld, die in 1910 uit 10.000 delen bestond.

In 1882 begon hij het tijdschrift L’Astronomie. Na dertien jaargangen werd dit in januari 1895 en acht jaargangen van de BSAF (Bulletin de la Société astronomique de France) werden beide tijdschriften samengevoegd en behielden de naam L’Astroomie, maar de jaargangnummering van de BSAF, met als gevolg dat de jaargangen 9 tot 13 van L’Astronomie elk voor twee verschillende jaren bestaat. In 1883 was hij de oprichter van het Camille Flammarion-observatorium in Juvisy-sur-Orge.

Bij zijn observaties ontwikkelde hij de astrofotografie.

Een afbeelding die Flammarion publiceerde in zijn boek L’Atmosphère. Météorologie populaire (p. 163) uit 1888, werd bekend als de ’houtgravure van Flammarion’. De afbeelding heeft als ondertitel: „Een missionaris uit de middeleeuwen zegt dat hij het punt heeft gevonden waar de hemel en de aarde elkaar raken...”[1] en toont een op de aardschijf geknielde waarnemer die achter de sterrenhemel kijkt en ziet wat daarachter ligt. De illustratie werd erg populair in de 20e eeuw.

Flammarion publiceerde ongeveer 50 populairwetenschappelijke werken, waaronder L’astronomie populaire in 1879, waarvan 100.000 exemplaren werden verkocht, en La Planète Mars (deel 1 in 1892, deel 2 in 1909), waarin hij het bestaan ​​steunde van Marskanalen die door een zeer hoog ontwikkelde cultuur zouden zijn aangelegd en hij amateurastronomen aanmoedigde om hun eigen waarnemingen te doen. Ook schreef hij fantastische verhalen, waaronder Uranie en Stella (1897). La Fin du Monde (1894) combineert wetenschappelijke en fantastische elementen bij het beschrijven van de toekomst van de mensheid in de 25e eeuw en over 10 miljoen jaar vanaf nu. De roman inspireerde onder meer de Parijse surrealisten, zoals Max Ernst of Wolfgang Paalen (zie Pays interdit (Forbidden Land), 1936–1937).

In het latere deel van zijn leven was Flammarion geïnteresseerd in spiritisme en parapsychologie en was van mening dat de ziel een onafhankelijk bestaan ​​had buiten het lichaam en over vermogens beschikt die voorheen onbekend waren in de wetenschap. Op deze manier kan de ziel haar werking ook over grotere afstanden ontwikkelen. Maar hij vond ook dat het niet wetenschappelijk bewezen is dat sommige mensen als medium met de geestenwereld kunnen communiceren. Hij stelde dat veel van de verschijnselen in het spiritisme niet veroorzaakt werden door geesten maar door iemands ’psychische kracht’.

Hij was medeoprichter en lid van de Franse Theosofische Vereniging. In 1923 was hij voorzitter van de Society for Psychical Research. Hij was de eerste die een grootschalig en internationaal wetenschappelijk onderzoek deed naar parapsychologische verschijnselen.

Na twee jaar onderzoek naar automatisch schrijven schreef hij dat het onderbewustzijn de verklaring hiervoor is en dat er geen bewijs is voor de hypothese dat hier geesten aan meewerken.

Hij droeg bij aan de paniek rond de passage van komeet van Halley in 1910 door de theorie op te werpen dat de gassen (o.a. waterstofcyanide) van de ’staart’ van de komeet van Halley het leven op aarde zou kunnen vernietigen, maar niet de planeet.[2][3][4]

Hij was bevriend met Gustave Eiffel, Camille Saint-Saëns, Jean Macé en Charles Garnier en kreeg in Juvisy bezoek van de keizer van Brazilië Dom Pedro II, en de Amerikaanse astronoom Percival Lowell.

Familie

Camille Flammarion was een broer van Ernest Flammarion (1846–1936), de oprichter van de Parijse uitgeverij Flammarion, en de grootvader van radiopionier Léon Deloy. Zijn eerste echtgenote was Sylvie Petiaux-Hugo Flammarion. Zij overleed aan de [{Spaanse griep]], waarna Camille Flammarion hertrouwde, met Gabrielle Renaudot Flammarion, die ook een bekend astronome was. Na zijn dood werd zij secretaris-generaal van de Société Astronomique de France.

Invloed

Flammarion was de eerste die de namen Triton en Amalthea voorstelde voor manen van respectievelijk Neptunus en Jupiter, maar deze namen werden pas decennia later officieel aanvaard.

Door zijn toedoen verspreidde kennis over astronomie zich naar alle lagen van de samenleving.

Erkenningen

  • Hij won de hoofdprijs op de Wereldtentoonstelling van 1900 voor zijn experimenten die hij in Juvisy uitvoerde met monochrome serres.
  • In 1922 werd hij wegens zijn levenswerk opgenomen in het Légion d’Honneur / (Erelegioen).
Naar hem vernoemd

Noten en verwijzingen

rel=nofollow

Weblinks

Wikisource  Camille Flammarion op Wikisource

Wikimedia Commons  Zie ook de categorie met mediabestanden in verband met Camille Flammarion op Wikimedia Commons.

rel=nofollow
rel=nofollow
 
rel=nofollow