Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Arthur Võõbus: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(Proeflezen)
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 2: Regel 2:


==Leven==
==Leven==
Arthur Võõbus werd geboren in Tartu, Estland, als zoon van een leraar. In 1926 studeerde hij af aan de Hugo Treffner Grammatica School in Tartu en in 1932 aan de Faculteit Theologie van de Universiteit van Tartu. In hetzelfde jaar werd hij tot geestelijke gewijd. 1933-1940 was hij predikant in de Estse Evangelische Lutherse Paulijnse gemeente in Tartu. In 1934 ontving hij zijn Master’s degree in theologie uit een scriptie over "Het ware christelijke, het ware christelijke leven en de ware christelijke kerk na [[Sören Kierkegaard]]. Een van zijn docenten aan de faculteit was de oudtestamenticus Alexander von Bulmerincq. Tegelijkertijd werkte Arthur Võõbus aan Syrische theologische teksten in bibliotheken en manuscriptenverzamelingen in [[Rome]], [[Parijs]], [[Londen]], [[Berlijn]] en [[Leipzig]]. Zijn talenkennis verwierf hij aan de Uku Masing University. In 1936 trouwde hij met Ilse Luksep, een dochter van een rijke koopmansfamilie, die hem, samen met zijn ambt in een grote gemeente, de materiële basis voor zijn onderzoek gaf. In 1940 vluchtte hij van de Sovjetbezetting van Estland naar Duitsland. Zijn kritische houding ten opzichte van het regime leidde tot observatie door de [[Gestapo]]. Nadat Estland door de Duitse troepen werd ingenomen, verhuisde Arthur Võõbus terug naar Estland. Zijn proefschrift in 1943 aan de Universiteit van Tartu ging over het monnikendom in Syrië, Mesopotamië en Perzië tot in de 10e eeuw.
Arthur Võõbus werd geboren in Tartu, Estland, als zoon van de leraar Karl Eduard Võõbus en Linda Helene Võõbus (Sibul). In 1926 studeerde hij af aan de Hugo Treffner Grammatica School in Tartu en in 1932 aan de Faculteit Theologie van de Universiteit van Tartu. In hetzelfde jaar werd hij tot geestelijke gewijd. 1933-1940 was hij predikant in de Estse Evangelische Lutherse Pauluskerk in Tartu. In 1934 ontving hij zijn Master’s degree in theologie op een scriptie over ''De ware christen, het ware christelijke leven en de ware christelijke kerk volgens [[Søren Kierkegaard]]''. Tot zijn docenten aan de faculteit behoorden de oudtestamenticus Alexander von Bulmerincq en Uku Masing.


In 1944 vluchtte Arthur Võõbus voor de tweede keer voor de Sovjets naar Duitsland. Van 1944 tot 1948 was hij actief als predikant in vluchtelingenkampen, van 1946 tot 1948 was hij hoogleraar voor oudere kerkgeschiedenis aan de 1946-1949 bestaande[3] Baltische Universiteit, die van 1946 tot 1949 in Pinneberg bij Hamburg gevestigd was. Nadat deze universiteit sloot, werkte hij in Londen in het [[British Museum]] en vervolgens tot 1977 als professor in de wetenschap van het Nieuwe Testament en oudere kerkgeschiedenis aan de Lutheran School of Theology in Chicago (LSTC). Arthur Võõbus was lid van verschillende wetenschappelijke academies, waaronder de Koninklijke Academie van Wetenschappen en Kunsten.
Tegelijkertijd werkte Arthur Võõbus in bibliotheken en manuscriptenverzamelingen in [[Rome]], [[Parijs]], [[Londen]], [[Berlijn]] en [[Leipzig]] aan theologische teksten in het Syrisch.
 
In 1936 trouwde hij met Ilse Luksep, een dochter van een rijke koopmansfamilie, die hem, samen met zijn ambt in een grote gemeente, de materiële basis voor zijn onderzoek gaf. Toen de Sovjets in 1940 Estland binnenvielen, vluchtte hij naar Duitsland. Zijn kritische houding ten opzichte van het regime leidde ertoe dat hij door de [[Gestapo]] in observatie werd gehouden. Nadat Estland door de Duitse troepen werd ingenomen, verhuisde Arthur Võõbus terug naar Estland. Hij doctoreerde in 1943 aan de Universiteit van Tartu op een proefschrift over het [[ascese|ascetisme]] in Syrië, Mesopotamië en Perzië tot in de 10e eeuw. Tussen 1943 en 1944 was hij adjunct-hoogleraar Oude Kerkgeschiedenis aan de Universiteit van Tartu.
 
In 1944 vluchtte Arthur Võõbus opnieuw voor de Sovjets naar Duitsland. Van 1944 tot 1948 werkte hij als predikant in vluchtelingenkampen, van 1946 tot 1948 was hij hoogleraar voor Oude Kerkgeschiedenis aan de Baltische Universiteit in Pinneberg bij Hamburg gevestigd was. Deze Universum bestond slechts van 1946 tot 1949. Na de sluiting werkte hij in Londen in het [[British Museum]] en vervolgens tot 1977 als hoogleraar Nieuwe Testament en Oude Kerkgeschiedenis aan de Lutheran School of Theology in Chicago (LSTC).
 
Hij was lid van verschillende wetenschappelijke academies, waaronder de Belgische Koninklijke Academie van Wetenschappen en Kunsten.


Er zijn drie kinderen uit zijn huwelijk.
Er zijn drie kinderen uit zijn huwelijk.

Versie van 10 feb 2019 18:30

Arthur (Karl) Võõbus, ook wel Vööbus of Voobus (15 april(jul.)/28 april(greg.) 1909) was een luthers theoloog, oriëntalist en kerkhistoricus

Leven

Arthur Võõbus werd geboren in Tartu, Estland, als zoon van de leraar Karl Eduard Võõbus en Linda Helene Võõbus (Sibul). In 1926 studeerde hij af aan de Hugo Treffner Grammatica School in Tartu en in 1932 aan de Faculteit Theologie van de Universiteit van Tartu. In hetzelfde jaar werd hij tot geestelijke gewijd. 1933-1940 was hij predikant in de Estse Evangelische Lutherse Pauluskerk in Tartu. In 1934 ontving hij zijn Master’s degree in theologie op een scriptie over De ware christen, het ware christelijke leven en de ware christelijke kerk volgens Søren Kierkegaard. Tot zijn docenten aan de faculteit behoorden de oudtestamenticus Alexander von Bulmerincq en Uku Masing.

Tegelijkertijd werkte Arthur Võõbus in bibliotheken en manuscriptenverzamelingen in Rome, Parijs, Londen, Berlijn en Leipzig aan theologische teksten in het Syrisch.

In 1936 trouwde hij met Ilse Luksep, een dochter van een rijke koopmansfamilie, die hem, samen met zijn ambt in een grote gemeente, de materiële basis voor zijn onderzoek gaf. Toen de Sovjets in 1940 Estland binnenvielen, vluchtte hij naar Duitsland. Zijn kritische houding ten opzichte van het regime leidde ertoe dat hij door de Gestapo in observatie werd gehouden. Nadat Estland door de Duitse troepen werd ingenomen, verhuisde Arthur Võõbus terug naar Estland. Hij doctoreerde in 1943 aan de Universiteit van Tartu op een proefschrift over het ascetisme in Syrië, Mesopotamië en Perzië tot in de 10e eeuw. Tussen 1943 en 1944 was hij adjunct-hoogleraar Oude Kerkgeschiedenis aan de Universiteit van Tartu.

In 1944 vluchtte Arthur Võõbus opnieuw voor de Sovjets naar Duitsland. Van 1944 tot 1948 werkte hij als predikant in vluchtelingenkampen, van 1946 tot 1948 was hij hoogleraar voor Oude Kerkgeschiedenis aan de Baltische Universiteit in Pinneberg bij Hamburg gevestigd was. Deze Universum bestond slechts van 1946 tot 1949. Na de sluiting werkte hij in Londen in het British Museum en vervolgens tot 1977 als hoogleraar Nieuwe Testament en Oude Kerkgeschiedenis aan de Lutheran School of Theology in Chicago (LSTC).

Hij was lid van verschillende wetenschappelijke academies, waaronder de Belgische Koninklijke Academie van Wetenschappen en Kunsten.

Er zijn drie kinderen uit zijn huwelijk.