Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

René Leon Antoine Daem

Uit Wikisage
Versie door O (overleg | bijdragen) op 18 jun 2016 om 09:35 (https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Ren%C3%A9_Leon_Antoine_Daem&oldid=46931151 17 jun 2016)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
rel=nofollow

René Leon Antoine Daem (Wetteren, 17 augustus 1912 - Waerana (Flores), 5 oktober 1994) was een Belgisch priester uit Vlaanderen die veertig jaar lang missiewerk verrichtte op het Indonesische eiland Flores.

De keuze voor het pastoraat aan de andere kant van de wereld is te verklaren door een bittere controverse over zijn houding in de Tweede Wereldoorlog en een daaropvolgende sanctie hem opgelegd door de toenmalige bisschop van Gent. Daem vertrok in 1953 als priester naar Indonesië. Hij verrichtte daar missiearbeid met respect voor de plaatselijke cultuur en voelde zich sterk betrokken bij de noden van de plaatselijke bevolking.

Jeugdjaren

Zijn vader, Hector Daem, was facteur en woonde met zijn gezin in de Benedenstraat te Wetteren, dicht bij "De Fonteine" en "De Kruis-Lieve-Here". Daem bracht zijn kinderjaren door in de parochie en ging naar de lagere school in het Sint-Franciscuscollege te Wetteren. Zijn moeder was Adèle Lips.

In 1924 begon Daem z'n Latijnse studies in het College te Wetteren en twee jaar later te Dendermonde en na het beëindigen van de Retorica in 1930 maakte hij bekend dat hij priester wou worden.

Ontwikkeling tot pastoor

Na twee jaar seminarie te Gent volgde hij vier jaar Groot Seminarie. Tijdens zijn vrije uurtjes deed hij bureelwerk bij Arsène Goedertier en was op de hoogte over het "Mysterie" van de roof van enkele panelen van het veelluik Lam Gods te Gent. Daem was actief in diverse Vlaams-Nationale activiteiten. Daem werd tot priester gewijd te Gent in 1936. Het jaar van zijn priesterwijding was voor Daem zeer ingrijpend gezien in dat jaar het stoffelijk overschot van Pater Damiaan met het Belgisch schoolschip Mercator overgebracht werd van Molokai naar Antwerpen. Dit heeft Daem sterk geïnspireerd tot zijn latere beslissing inzake missionariswerk. Toch zouden er nog andere redenen plaatsgrijpen die hem zijn beslissing deden intensiveren. Van 1936 tot 1941 was hij leraar Latijn-Grieks te Geraardsbergen aan het Sint-Catharinacollege en vanaf het jaar 1937 was hij hulp-onderpastoor te Sint-Martens-Lierde.

De Tweede Wereldoorlog

Tijdens de Tweede Wereldoorlog was Daem aangesteld als brancardier. De dag voor de Belgische capitulatie werd hij met vele andere Belgische militairen door de Duitse bezetter gevangen genomen en op transport gezet naar Duitsland. De inscheping gebeurde in het Nederlandse Walsoorden, in drie schepen. Daem bevond zich op het binnenschip "Rhenus 127" dat op 30 mei 1940 ter hoogte van Willemstad, Moerdijk in Holland op een magnetische zeemijn voer waardoor het overvolle schip in twee brak. Tweehonderd Belgische soldaten verdronken. Daem stond in als priester en als brancardier voor de berging van 159 teruggevonden stoffelijke resten van de verdronken soldaten en hielp mee aan de verpleging van 100 gewonde soldaten. Later beschreef Daem deze gruwelijke gebeurtenis in een boek dat rond 1950[bron?] werd uitgegeven naar aanleiding van de oprichting van een Memoriaal. Samen met zijn ouders stond hij in voor de opvang van de bedroefde ouders en verstrekte hen de nodige informatie. In juni 1941 werd hij benoemd tot onderpastoor te Ledeberg op de Sint-Lievinusparochie, waar hij zou blijven tot maart 1951. Op 10 april 1944 werd het vormingsstation van Merelbeke, de omgeving en Ledeberg zwaar getroffen door vele Amerikaanse bommenwerpers. Opnieuw was Daem als priester en hulpverlener in de weer om stervenden bij te staan, er voor zorgend dat de berging van lijken respectvol verliep. Niet alleen bijstand onder vorm van de Laatste Sacramenten maar ook troost aan de zwaarbeproefde families.

Na-oorlogse periode

In zijn studententijd had Daem zich aangesloten bij het Algemeen Katholiek Vlaams Studentenverbond en bleef tot zijn dood trouw aan die ideologie. Daem geloofde in het streven naar Vlaamse ontvoogding en zelfbestuur. Het gebeurde vaak dat jonge seminaristen zich als lid van het AKVS durfden verzetten tegen het bisschoppelijk gezag.[bron?] Kort na de bevrijding colporteerde een man op het marktplein van Ledeberg met een krantje "De Werker" met als hoofdtitel; "De gehele waarheid rond Paster Daem".[1] Daem kende de man en kocht een exemplaar. Daem is bij de bevrijding door leden van de Weerstand hardhandig uit zijn parochiekerk gehaald, maar er bleek dat hem geen daden van collaboratie met de bezetter konden worden aangewreven. Door het Gentse Bisdom werd hem aangeraden het land te verlaten. Daem gleed af naar een toestand die dubbelzinnig "les Petites Vicaires" werd genoemd, een scheldnaam die hij overigens als een eer beschouwde. Reeds ten tijde van de ramp met de Rhenus had Daem plannen en contacten gelegd met de hoofdalmoezenier van het Nederlands leger om zich als missionaris te verbinden met het Nederlands Missiewerk "Societas Verbi Divini". In 1953, toen Daem onderpastoor was te Gent op de Sint-Paulusparochie, had hij contacten met de Indonesische bisschop van Bekkum die hem vroeg om naar Ruting in Flores Indonesië te komen voor missiewerk. Professor Natuurrecht aan de Universiteit van Jakarta en adviseur van Soekarno gaf René Daem het "Visum Permanent" Later werd Daem ontvangen bij Soekarno. Gezien hij als priester onder het bestuur van de Gentse bisschop Calewaert resulteerde kreeg René Daem de toelating om die missieopdracht aan te nemen. [2] [bron?]

Flores Indonesië

Daem verliet allen die hij lief had in Vlaanderen en koos voor één der meest primitieve bevolkingsgroepen in Waerana Flores (Indonesië), waar aanvankelijk alleen de gezondheidszorg prioritair was. Zijn bezorgde ouders volgden hem in gedachten ook wanneer hij schreef: "De inheemse bevolking loopt hier met niets om het lijf! Hun natuurlijke behoeften doen ze waar ze staan! Maar ik voel mij in het paradijs" Omtrent het jaar 1964 beschreef hij zijn strijd tegen de wrede huidziekte; "Kulit Dua" Toen ondernam hij een bedeltocht tot in Gent. In het Universitair Ziekenhuis aldaar kreeg hij de nodige medicatie. De geestelijke bijstand kwam later, gevolgd door de landbouwontwikkeling. Van "Petit Vicaire" in Vlaanderen groeide Daem uit tot een pionier met veertig jaren diensttijd als veelzijdig parochiepriester in een ver land waarvan hij tijdens zijn levensavond liet optekenen: "Het heeft geen zin meer terug te keren naar Vlaanderen. Ik hou van deze mensen hier in Flores en wil tussen hen begraven worden!" Aan die ultieme wens werd voldaan op 7 oktober 1994.

Bronnen, noten en/of referenties

Noten
  1. º Via het Gentse AMSAB is gebleken dat er destijds een socialistisch krantje onder die naam was. De betreffende uitgave is niet achterhaald.
  2. º Bron: Kadoc Leuven, die over documentatie en fotomateriaal beschikt over het leven en werk van René Daem.
rel=nofollow
Bronnen
  • Stichting "Karunia" Ben van der Schueren. AMSAB-Gent. Mw. Jeanette van Oostrum. KADOC-Leuven, Mw. M.J. Colson-Flores.
  • De heer Johan Goedefroot, pastoor Ledeberg, Liber Memorialis. "Priesters in het Veldgrijs" door Kolonel H.J.J.M. van Straelen, hoofdalmoezenier Nederland en Hans Hermans. Archief SVD, Peter vande Wiel. Nederland. Gedenkboek René Daem door Luk De Hovre S.J.

Q24347888 op Wikidata  Intertaalkoppelingen via Wikidata (via reasonator)

rel=nofollow
rel=nofollow