Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Arion (paard): verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Arion_(paard)&oldid=59378218 22 jun 2021 2001:1c00:1422:4e00:411e:1af4:cf0e:49c4 21 jun 2021)
 
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Arion_(paard)&oldid=59539203 20 jul 2021)
Regel 1: Regel 1:
In de [[Griekse mythologie]] is '''Arion''' een van de snelste paarden ter wereld. Hij is de zoon van [[Demeter (mythologie)|Demeter]] en [[Poseidon (mythologie)|Poseidon]], ook bekend als [[Ceres (godin)|Ceres]] en [[Neptunus (mythologie)|Neptunus]].[[File:Arion 542.jpg|thumb|Arion ]]
In de [[Griekse mythologie]] is '''Arion''' of '''Areion''', een goddelijk gefokt, fabelachtig snel, zwart gemanierd paard. Hij redde het leven van [[Adrastus]], koning van [[Argos (stad)|Argos]], tijdens de oorlog van de [[Zeven tegen Thebe]].<ref>Hard, pp. [https://books.google.com/books?id=r1Y3xZWVlnIC&pg=PA58 58], [https://books.google.com/books?id=r1Y3xZWVlnIC&pg=101 101]&ndash;[https://books.google.com/books?id=r1Y3xZWVlnIC&pg=102 102], [https://books.google.com/books?id=r1Y3xZWVlnIC&pg=321 321]; Grimal, p. 52 s.v. Areion; Tripp, p. 101 s.v. Arion; Smith, [https://www.perseus.tufts.edu/hopper/text?doc=Perseus%3Atext%3A1999.04.0104%3Aentry%3Darion-bio-2 s.v. Arion 2]; Parada, s.v. Arion 1; Leaf, [https://archive.org/details/iliadvolume00homegoog/page/n586/mode/2up p. 496, note to ''Iliad'' 23.346]</ref>


{{Beginnetje|religie}}
 
[[File:Arion 542.jpg|thumb|Arion]]
 
Arion was (volgens de meeste overleveringen) de nakomeling van [[Poseidon (mythologie)|Poseidon]] en [[Demeter (mythologie)|Demeter]]. Toen de godin [[Demeter (mythologie)|Demeter]] op zoek was naar haar dochter [[Persephone (mythologie)|Persephone]], werd zij achtervolgd door [[Poseidon (mythologie)|Poseidon]]. Om aan Poseidon te ontsnappen, veranderde Demeter zichzelf in een merrie en verborg zich tussen de merries van Oncius, koning van Thelpusa in Arcadië. Maar Poseidon veranderde zichzelf in een hengst en paarde met Demeter, waaruit Arion ontstond. Andere verslagen hadden Arion als het nageslacht van [[Gaia (mythologie)|Gaia]] (Aarde), of van [[Zephyros|Zephyrus]] en een Harpy.
 
Arion werd gegeven aan de held [[Herakles (mythologie)|Herakles]], die Arion bereed in de strijd tijdens zijn expeditie naar [[Elis]], en ook tijdens zijn gevecht met Ares' zoon Cycnus. Later gaf Herakles Arion aan Adrastus, de koning van Argos. Adastus nam Arion mee op de desastreuze expeditie van de Zeven tegen Thebe. Onderweg naar Thebe deed Arion mee aan de eerste Nemeïsche Spelen en eindigde als eerste. Bij Thebe, toen de slag verloren was, spoorde Arion zijn meester Adrastus snel van het slagveld weg, waardoor hij zijn leven redde, toen alle andere leiders van de expeditie gedood werden.
 
== Bronnen ==
 
=== Vroeger ===
Arion wordt reeds vermeld waar hij wordt beschreven als het "snelle paard van Adrastus, dat van hemelse afkomst was." Een scholiast over deze regel van de [[Ilias]] legt uit dat Arion de nakomeling was van [[Poseidon (mythologie)|Poseidon]], die in de vorm van een paard, paarde met Fury bij de fontein Tilphousa in [[Boeotië]]. De scholiast vertelt verder dat Poseidon Arion aan Copreus, koning van Haliartus in Boeotië, gaf, die hem op zijn beurt aan [[Herakles (mythologie)|Herakles]] gaf, die hem gebruikte om een paardenrace te winnen tegen Ares' zoon Cycnus, bij het heiligdom van de Pagasaeïsche Apollo bij Troezen. Herakles gaf Arion vervolgens aan Adrastus, en het paard redde Adrastus' leven tijdens de oorlog van de Zeven tegen Thebe. Volgens de scholiast staat "het verhaal in de Cyclische dichters", een verwijzing wellicht naar de Cyclische Thebaid. Het Hesiodische Schild van Herakles heeft ook "het grote paard, zwart gemanierde Arion" als Herakles' paard tijdens de strijd van de held met Cycnus.
 
Een poëtisch fragment van Callimachus (derde eeuw v. Chr.) zegt:
 
Arion, het Arcadische paard, woedde niet aldus bij het heiligdom van Apesas Zeus.
 
Apesas is een heuvel bij Nemea, en de regel verwijst misschien naar Arion die geracet werd tijdens de eerste Nemeïsche Spelen.
 
=== [[Strabo (historicus)|Strabo]], [[Apollodorus van Athene|Apollodorus]], [[Pausanias (schrijver)|Pausanias]] ===
De geograaf Strabo, van het einde van de eerste eeuw v. Chr. tot het begin van de eerste eeuw n. Chr., zegt dat toen de strijdwagen van Adrastus verging (bij Thebe), hij op Arion ontsnapte. De mythograaf Apollodorus (eerste of tweede eeuw), zegt dat Poseidon Arion verwekte bij de godin Demeter, toen zij "in de gelijkenis van een furie met hem samenspande". Apollodorus zegt ook dat in de oorlog van de Zeven tegen Thebe, terwijl alle andere leiders van het Argiveense leger werden gedood, alleen Adastus overleefde, "gered door zijn paard Arion".
 
De tweede-eeuwse geograaf Pausanias geeft, om uit te leggen waarom men in Thelpusa in Arcadië Demeter "Fury" noemt, een vollediger verslag van de geboorte van Arion. Volgens dit verslag werd Demeter, toen zij rondzwierf op zoek naar haar dochter Persephone (die door Hades was ontvoerd), achtervolgd door Poseidon, "die haar begeerde". Om aan Poseidon te ontsnappen, veranderde Demeter zichzelf in een merrie en mengde zich onder de merries van Oncius, de zoon van Apollo. Maar Poseidon, "zich realiserend dat hij te slim af was", veranderde zichzelf in een hengst en paarde met Demeter. Het was vanwege haar "wrekende woede" op Poseidon, dat Demeter de achternaam "Fury" kreeg. Pausanias zegt dat, volgens de Thelpusians, Demeter, van Poseidon, het paard Arion had, en een zuster waarvan zij de naam niet "aan de niet-ingewijden bekendmaken". Pausanias zegt echter verder dat volgens Antimachus, Arion "van Thelpusa" de nakomeling van Gaia (Aarde) was. Pausanias zegt ook dat, volgens de "legende", tijdens Herakles' expeditie tegen Elis, hij Oncus om Arion vroeg, en dat Herakles Arion bereed in de strijd toen hij Elis veroverde, waarna Herakles Arion aan Adrastus gaf. Pausanias zegt dat dit verklaart waarom Antimachus zei: "Adrastus was de derde heer die hem temde".
 
=== Statius ===
Arion figureert prominent in het Latijnse epos Thebaid van de Romeinse dichter Statius uit de eerste eeuw. Statius geeft een lange beschrijving van Arion, als het paard wordt uitgeleid om deel te nemen aan de race op de eerste Nemeïsche Spelen:
 
Voor hen allen werd Arion geleid, opvallend door het vuur van zijn rossige manen. Neptunus was de vader van het paard, als het verhaal van onze ouderen waar is. Hij zou de eerste zijn geweest die de jonge knaap met het bit in de mond sloeg en hem op het zand van de oever in elkaar sloeg, waarbij hij de zweep spaarde; want er was inderdaad geen voldoening aan de hartstocht van het paard om in beweging te zijn en hij was zo veranderlijk als een winterzee. Dikwijls trok hij met de zwemmende rossen door de Ionische of Libische zee en bracht zijn vader naar elke kust. Overvleugeld, de wolken verbaasd, oost- en zuidwinden emulisch volgend. Evenmin was hij op het land, de zoon van Amphitryon [Herakles] door diepgewortelde weiden brengend, terwijl hij de veldslagen van Eurystheus vocht; zelfs voor hem was hij wild en onhandelbaar. Later verwaardigde hij zich door een gave van de goden koning Adrastus te gehoorzamen; en in de tussenliggende jaren was hij veel tammer geworden.
 
In Staius' verslag heeft Adrastus zijn schoonzoon Polynices Arion in de race laten rijden:
 
De vooruitziende Arion had aangevoeld dat een andere bestuurder aan de teugels stond te trekken en had in zijn onschuld de gevallen zoon van Oedipus [Polynices] gevreesd. Meteen vanaf de startlijn was hij het oneens met zijn last en boos, strijdlustiger in zijn drift dan gebruikelijk. De kinderen van Inachus denken dat hij door roemzucht is aangevuurd, maar het is de koetsier die hij ontvlucht, de koetsier die hij in zijn wilde woede bedreigt als hij overal op het veld naar zijn meester Adrastus om zich heen kijkt; toch ligt hij voor op hen allen.
 
Maar Apollo, die de overwinning beloofd had aan de ziener Amphiaraus, verhief een slangenmonster uit de onderwereld op Arions pad, en toen Arion het monster zag, steigerde hij, Polynices verstuikend, en de bestuurderloze Arion eindigde als eerste, maar de overwinning toen aan Amphiaraus: "Zo behield het paard in een eerlijke verdeling zijn glorie, de overwinning ging naar de ziener."
 
=== Andere ===
Volgens de Latijnse dichter [[Sextus Propertius]] uit de eerste eeuw voor Christus "sprak Arion". En volgens de vierde-eeuwse dichter [[Quintus van Smyrna|Quintus Smyrnaeus]] werd Arion verwekt door [[Zephyros|Zephyrus]] op een [[Harpij (mythologie)|harpij]].
 
== Referenties ==
 
* {{Bronvermelding anderstalige Wikipedia|taal=en|titel=Arion (mythology)|oldid=1032594816}}

Versie van 13 aug 2021 12:46

In de Griekse mythologie is Arion of Areion, een goddelijk gefokt, fabelachtig snel, zwart gemanierd paard. Hij redde het leven van Adrastus, koning van Argos, tijdens de oorlog van de Zeven tegen Thebe.[1]


Bestand:Arion 542.jpg
Arion

Arion was (volgens de meeste overleveringen) de nakomeling van Poseidon en Demeter. Toen de godin Demeter op zoek was naar haar dochter Persephone, werd zij achtervolgd door Poseidon. Om aan Poseidon te ontsnappen, veranderde Demeter zichzelf in een merrie en verborg zich tussen de merries van Oncius, koning van Thelpusa in Arcadië. Maar Poseidon veranderde zichzelf in een hengst en paarde met Demeter, waaruit Arion ontstond. Andere verslagen hadden Arion als het nageslacht van Gaia (Aarde), of van Zephyrus en een Harpy.

Arion werd gegeven aan de held Herakles, die Arion bereed in de strijd tijdens zijn expeditie naar Elis, en ook tijdens zijn gevecht met Ares' zoon Cycnus. Later gaf Herakles Arion aan Adrastus, de koning van Argos. Adastus nam Arion mee op de desastreuze expeditie van de Zeven tegen Thebe. Onderweg naar Thebe deed Arion mee aan de eerste Nemeïsche Spelen en eindigde als eerste. Bij Thebe, toen de slag verloren was, spoorde Arion zijn meester Adrastus snel van het slagveld weg, waardoor hij zijn leven redde, toen alle andere leiders van de expeditie gedood werden.

Bronnen

Vroeger

Arion wordt reeds vermeld waar hij wordt beschreven als het "snelle paard van Adrastus, dat van hemelse afkomst was." Een scholiast over deze regel van de Ilias legt uit dat Arion de nakomeling was van Poseidon, die in de vorm van een paard, paarde met Fury bij de fontein Tilphousa in Boeotië. De scholiast vertelt verder dat Poseidon Arion aan Copreus, koning van Haliartus in Boeotië, gaf, die hem op zijn beurt aan Herakles gaf, die hem gebruikte om een paardenrace te winnen tegen Ares' zoon Cycnus, bij het heiligdom van de Pagasaeïsche Apollo bij Troezen. Herakles gaf Arion vervolgens aan Adrastus, en het paard redde Adrastus' leven tijdens de oorlog van de Zeven tegen Thebe. Volgens de scholiast staat "het verhaal in de Cyclische dichters", een verwijzing wellicht naar de Cyclische Thebaid. Het Hesiodische Schild van Herakles heeft ook "het grote paard, zwart gemanierde Arion" als Herakles' paard tijdens de strijd van de held met Cycnus.

Een poëtisch fragment van Callimachus (derde eeuw v. Chr.) zegt:

Arion, het Arcadische paard, woedde niet aldus bij het heiligdom van Apesas Zeus.

Apesas is een heuvel bij Nemea, en de regel verwijst misschien naar Arion die geracet werd tijdens de eerste Nemeïsche Spelen.

Strabo, Apollodorus, Pausanias

De geograaf Strabo, van het einde van de eerste eeuw v. Chr. tot het begin van de eerste eeuw n. Chr., zegt dat toen de strijdwagen van Adrastus verging (bij Thebe), hij op Arion ontsnapte. De mythograaf Apollodorus (eerste of tweede eeuw), zegt dat Poseidon Arion verwekte bij de godin Demeter, toen zij "in de gelijkenis van een furie met hem samenspande". Apollodorus zegt ook dat in de oorlog van de Zeven tegen Thebe, terwijl alle andere leiders van het Argiveense leger werden gedood, alleen Adastus overleefde, "gered door zijn paard Arion".

De tweede-eeuwse geograaf Pausanias geeft, om uit te leggen waarom men in Thelpusa in Arcadië Demeter "Fury" noemt, een vollediger verslag van de geboorte van Arion. Volgens dit verslag werd Demeter, toen zij rondzwierf op zoek naar haar dochter Persephone (die door Hades was ontvoerd), achtervolgd door Poseidon, "die haar begeerde". Om aan Poseidon te ontsnappen, veranderde Demeter zichzelf in een merrie en mengde zich onder de merries van Oncius, de zoon van Apollo. Maar Poseidon, "zich realiserend dat hij te slim af was", veranderde zichzelf in een hengst en paarde met Demeter. Het was vanwege haar "wrekende woede" op Poseidon, dat Demeter de achternaam "Fury" kreeg. Pausanias zegt dat, volgens de Thelpusians, Demeter, van Poseidon, het paard Arion had, en een zuster waarvan zij de naam niet "aan de niet-ingewijden bekendmaken". Pausanias zegt echter verder dat volgens Antimachus, Arion "van Thelpusa" de nakomeling van Gaia (Aarde) was. Pausanias zegt ook dat, volgens de "legende", tijdens Herakles' expeditie tegen Elis, hij Oncus om Arion vroeg, en dat Herakles Arion bereed in de strijd toen hij Elis veroverde, waarna Herakles Arion aan Adrastus gaf. Pausanias zegt dat dit verklaart waarom Antimachus zei: "Adrastus was de derde heer die hem temde".

Statius

Arion figureert prominent in het Latijnse epos Thebaid van de Romeinse dichter Statius uit de eerste eeuw. Statius geeft een lange beschrijving van Arion, als het paard wordt uitgeleid om deel te nemen aan de race op de eerste Nemeïsche Spelen:

Voor hen allen werd Arion geleid, opvallend door het vuur van zijn rossige manen. Neptunus was de vader van het paard, als het verhaal van onze ouderen waar is. Hij zou de eerste zijn geweest die de jonge knaap met het bit in de mond sloeg en hem op het zand van de oever in elkaar sloeg, waarbij hij de zweep spaarde; want er was inderdaad geen voldoening aan de hartstocht van het paard om in beweging te zijn en hij was zo veranderlijk als een winterzee. Dikwijls trok hij met de zwemmende rossen door de Ionische of Libische zee en bracht zijn vader naar elke kust. Overvleugeld, de wolken verbaasd, oost- en zuidwinden emulisch volgend. Evenmin was hij op het land, de zoon van Amphitryon [Herakles] door diepgewortelde weiden brengend, terwijl hij de veldslagen van Eurystheus vocht; zelfs voor hem was hij wild en onhandelbaar. Later verwaardigde hij zich door een gave van de goden koning Adrastus te gehoorzamen; en in de tussenliggende jaren was hij veel tammer geworden.

In Staius' verslag heeft Adrastus zijn schoonzoon Polynices Arion in de race laten rijden:

De vooruitziende Arion had aangevoeld dat een andere bestuurder aan de teugels stond te trekken en had in zijn onschuld de gevallen zoon van Oedipus [Polynices] gevreesd. Meteen vanaf de startlijn was hij het oneens met zijn last en boos, strijdlustiger in zijn drift dan gebruikelijk. De kinderen van Inachus denken dat hij door roemzucht is aangevuurd, maar het is de koetsier die hij ontvlucht, de koetsier die hij in zijn wilde woede bedreigt als hij overal op het veld naar zijn meester Adrastus om zich heen kijkt; toch ligt hij voor op hen allen.

Maar Apollo, die de overwinning beloofd had aan de ziener Amphiaraus, verhief een slangenmonster uit de onderwereld op Arions pad, en toen Arion het monster zag, steigerde hij, Polynices verstuikend, en de bestuurderloze Arion eindigde als eerste, maar de overwinning toen aan Amphiaraus: "Zo behield het paard in een eerlijke verdeling zijn glorie, de overwinning ging naar de ziener."

Andere

Volgens de Latijnse dichter Sextus Propertius uit de eerste eeuw voor Christus "sprak Arion". En volgens de vierde-eeuwse dichter Quintus Smyrnaeus werd Arion verwekt door Zephyrus op een harpij.

Referenties

  1. º Hard, pp. 58, 101102, 321; Grimal, p. 52 s.v. Areion; Tripp, p. 101 s.v. Arion; Smith, s.v. Arion 2; Parada, s.v. Arion 1; Leaf, p. 496, note to Iliad 23.346