Wikisage, de vrije encyclopedie van de tweede generatie, is digitaal erfgoed

Wikisage is op 1 na de grootste internet-encyclopedie in het Nederlands. Iedereen kan de hier verzamelde kennis gratis gebruiken, zonder storende advertenties. De Koninklijke Bibliotheek van Nederland heeft Wikisage in 2018 aangemerkt als digitaal erfgoed.

  • Wilt u meehelpen om Wikisage te laten groeien? Maak dan een account aan. U bent van harte welkom. Zie: Portaal:Gebruikers.
  • Bent u blij met Wikisage, of wilt u juist meer? Dan stellen we een bescheiden donatie om de kosten te bestrijden zeer op prijs. Zie: Portaal:Donaties.
rel=nofollow

Henry Demmeni: verschil tussen versies

Uit Wikisage
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Henry_Demmeni&oldid=26519841 19 jul 2011 Robert Prummel 6 okt 2007)
 
(https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Henry_Demmeni&oldid=46340962 19 mrt 2016 Menke Maddriver371)
Regel 1: Regel 1:
[[Afbeelding:Demmeni, H.jpg|right|thumb|Portret uit Demmeni's sterfjaar]]
{{Infobox militair persoon
'''Henry Demmeni''' (1830 - [[Payakumbuh]], [[13 december]] [[1886]]) was een Nederlands militair. Kolonel Demmeni was een van de uitvoerders van de door [[Joannes Benedictus van Heutsz]] uitgedachte tactiek van de "geconcentreerde linie" in [[Atjeh]]. Nederlandse troepen waren er niet in geslaagd om het verzet van Atjeh tegen inlijving in [[Nederlands-Indië]] te breken. Een legerkorps onder Generaal [[Johan Harmen Rudolf Köhler]] had zelfs een flinke nederlaag geleden.
| naam            = Henry Demmeni
| afbeelding      = Demmeni, H.jpg
| onderschrift    = Henry Demmeni
| bijnaam          =
| geboorteplaats  = [[Mulhouse|Mülhausen]]
| geboortedatum    = [[5 september]] [[1830]]
| sterfplaats      = [[Payakumbuh]]
| sterfdatum      = [[13 december]] [[1886]]
| begraven        =
| religie          =
| partij          = [[Bestand:Flag_of_the_Netherlands.svg|24px]] [[Koninkrijk der Nederlanden]]
| onderdeel        = [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger]]
| dienstjaren      = 1848 -
| rang            = [[Generaal-majoor]]
| eenheid          =
| leiding          =
| veldslagen-naam  =
| veldslagen      =
| onderscheidingen =
| anderwerk        = [[Gouverneur]] van Atjeh
| portaal          =
}}
'''Henry (Jean) Demmeni''' ([[Mulhouse|Mülhausen]], [[5 september]] [[1830]] - [[Payakumbuh]], [[13 december]] [[1886]]) was een Nederlands [[generaal-majoor]], gouverneur van Atjeh en onder meer [[Commandeur (ridderorde)|commandeur]] in de [[Militaire Willems-Orde]].
 
==Loopbaan==
Demmeni trad op 18-jarige leeftijd als [[soldaat]] bij het [[Koloniaal Werfdepot]] te [[Harderwijk (Gelderland)|Harderwijk]] in dienst en vertrok van daar in de [[militaire rang|rang]] van [[korporaal]] naar [[Indië (regio)|Indië]]. Hij diende een aantal jaar in ondergeschikte rangen in de gelederen van het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|Indische leger]], waarvan in 1851 en 1852 als [[sergeant]] bij de troepen, die toen deelnamen aan de [[Expedities naar de Palembangse Bovenlanden|krijgsverrichtingen te Palembang]]. In februari 1856 werd hij tot [[tweede luitenant]] bevorderd en commandeerde in 1859 en 1860 de belangrijke militaire post op het eiland [[Flores (Indonesië)|Floris]] te Larantoeka. Hij was vervolgens als [[eerste luitenant]] geruime tijd in garnizoen te [[Soerabaja]], alwaar hij, bij de indertijd sterke troepenmacht in die plaats, de betrekking van plaatselijk [[Adjudant (functie)|adjudant]] bekleedde. Demmeni werd in 1866 benoemd tot [[Kapitein (rang)|kapitein]] en geplaatst op [[Sumatra's Westkust]]. Hij vertrok vijf jaar later, na bijna 23 jaar onafgebroken in Indië te hebben gediend, met twee jaar verlof naar Europa, bleef daar tot augustus 1873 en keerde in die maand met het mailstoomschip ''Prins Alexander'', als commandant van een detachement koloniale troepen, naar [[Java (eiland)|Java]] terug. Op die zeereis kwam zijn flink en krachtdadig optreden goed uit bij het verlenen van assistentie, met zijn ondergeschikte [[officier]]en en minderen, aan een te voren vertrokken Hollandse mailboot, die in de [[Rode Zee]] [[schipbreuk]] had geleden en waarvan dientengevolge een aan boord aanwezig detachement suppletietroepen en een belangrijke - voor Indië bestemde - som [[Muntproductieproces|specie]], op de Afrikaanse kust aan de wal was gezet. Op initiatief van Demmeni werden deze troepen en rijksgelden op de ''Alexander'' overgeladen en werd vervolgens de reis naar Java voortgezet. Voor dit feit werd hij door Z.M. de [[Willem III der Nederlanden|Koning]] benoemd tot [[Ridderorde (onderscheiding)|ridder]] in de [[Orde van de Nederlandse Leeuw]].
 
[[Bestand:Henry Demmeni.jpg|left|thumb|Henry Demmeni]]
Een jaar na zijn terugkeer in Indië werd Demmeni benoemd tot [[majoor]] en commandant van de troepen in het rijk van [[Deli (sultanaat)|Deli]]. Ook in die betrekking bewees hij belangrijke diensten, door in dat nog maar kort aan het Nederlandse gezag onderworpen gewest de onder zijn bevelen staande troepen steeds vlug en krachtig te doen optreden. Daartoe was ook hij een van diegenen, die er veel toe bijdroeg om dat rijk met zijn zeer uitgebreide [[Tabaksteelt|tabakscultuur]] te doen groeien. In 1877, 1878 en 1879 nam hij als [[luitenant-kolonel]] deel aan de vooral ook in die jaren zo vele krijgsverrichtingen te Atjeh en onderscheidde hij zich zodanig bij [[Atjeh-oorlog: 1877-1881, onder leiding van Karel van der Heijden|de veldtocht]] in de 22 en 26 [[Moekim]]s onder [[generaal]] [[Karel van der Heijden|Van der Heijden]], dat hij werd op 31 januari 1880 benoemd tot ridder in de Militaire Willems-orde vierde klasse<ref name="Militaire Willems-Orde, niveau  MWO 4">{{nl}}[https://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/dapperheidsonderscheidingen/databank-dapperheidsonderscheidingen/1880/01/31/demmeni-h Militaire Willems-Orde: Demmeni, H., niveau  MWO 4. Gezien op 19 maart 2016.]</ref>. Vervolgens werd hij aangesteld als militaire commandant der [[Molukken|Molukse eilanden]] met standplaats [[Ambon (eiland)|Amboina]]. Enkele dagen na zijn aankomt aldaar, verloste hij, door zijn bedaard en moedig gedrag, het anders zo vreedzame plaatsje van zijn inwoning van een gevaarlijke [[moord|moordenaar]], die op een middag als [[amok]]maker, met een scherp mes in de hand, op de publieke weg reeds enkele mensen in woeste razernij had neergestoken en die, eindelijk opgejaagd door zijn vervolgers, het erf van Demmeni's woning was op komen rennen. Demmeni, die hem zag aankomen, haalde snel een geladen [[Revolver (wapen)|revolver]] uit zijn kamer, stapte daarmee kalm naar buiten de moordenaar tegemoet en legde hem, toen hij hem flink onder schot had, met een dodelijk treffend schot neer. In mei 1883 werd hij bevorderd tot [[kolonel]] en aanvankelijk bestemd voor het commando van de [[Vesting (verdedigingswerk)|vesting]] Willem I op Java; hij werd echter in juni, door het aftreden van kolonel [[Cornelis Schäfer|Schäfer]], benoemd tot militaire commandant in het gouvernement van Atjeh en Onderhorigheden, alwaar toen [[Philip Franz Laging Tobias|Laging Tobias]] civiel [[gouverneur]] was. Deze had verzocht als zodanig te mogen aftreden en tevens in het belang van de goede zaak aan de Indische regering voorgesteld om te Atjeh het civiel bestuur, evenals vroeger, te stellen in handen van een militaire bevelhebber. Dientengevolge werd aan Demmeni, als de daartoe aangewezen persoon, in augustus 1884 bij zijn militaire functies ook de betrekking opgedragen van civiel bestuurder van Atjeh en Onderhorigheden met de titel van civiel en militair gouverneur. Vooraf had hij zich echter als militair bevelhebber in het begin van dat jaar bijzonder onderscheiden bij de expeditie tegen de [[Radja (titel)|radja]] van [[Teunom]] (westkust van Atjeh), waardoor de schepelingen van het Engelse stoomschip Nisero [[Atjeh-oorlog: voortzetting van de afwachtende politiek|uit hun gevangenschap]] bij de inlandse vorst verlost waren. Daarvoor viel hem als beloning op 27 januari 1884 het ridderkruis der derde klasse van de Militaire Willemsorde ten deel<ref name="Militaire Willems-Orde, niveau  MWO 3">{{nl}}[https://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/dapperheidsonderscheidingen/databank-dapperheidsonderscheidingen/1884/01/27/demmeni-h Militaire Willems-Orde: Demmeni, H., niveau  MWO 3. Gezien op 19 maart 2016.]</ref>. Na die tijd bracht hij met beleid en voortvarendheid de door de regering gewenste concentratie van de Nederlandse troepen te Atjeh, in haar toenmalige stelling, tot stand.


Het leger in Indië begon op 29 september 1884 onder commando van kolonel H. Demmeni met de aanleg van een sterke verdedigingslinie dwars door Atjeh, die het door Nederland bezette gebied in het noorden van Atjeh ( 50 km2, ongeveer 0,1% van het totale Atjehse grondgebied) zou afgrendelen van de rest van het land en de veroverde gebieden zou beschermen tegen de voortdurende infiltratie van Atjehse vrijheidsstrijders. De verdedigingslinie werd voltooid in juli 1885. Hij zelf werd trouwens naast de militaire bestuur ook met de civiele bestuur belast in augustus 1884,  toen [[Philip Franz Laging Tobias|Laging Tobias]] ontslag nam.  
Dat zijn beleid door de Koning op hoge prijs werd gesteld bleek uit de dubbele onderscheiding, die hem bij [[Koninklijk Besluit]] van 7 april 1886 ten deel viel in een buitengewone bevordering tot generaal-majoor en op 7 april 1886 tot commandeur der Militaire Willems-orde<ref name="Militaire Willems-Orde, niveau  MWO 2">{{nl}}[https://www.defensie.nl/onderwerpen/onderscheidingen/inhoud/dapperheidsonderscheidingen/databank-dapperheidsonderscheidingen/1886/04/07/demmeni-h Militaire Willems-Orde: Demmeni, H., niveau  MWO 2. Gezien op 19 maart 2016.]</ref>. Hierna bevrijdde hij onder meer de vrouw van de kapitein en van enige schepelingen van het door [[Teukoe Oemar]] geplunderde stoomschip Hok Canton. Kwaadaardige sluip[[koorts]]en, die reeds gedurende enige weken zijn gestel sterk hadden aangetast, konden hem nauwelijks bewegen om tijdelijk het bevel te Atjeh neer te leggen en voor enkele maanden in het gezonde bergklimaat van de [[Padangse Bovenlanden]] nieuwe krachten te gaan zoeken. Echter, nauwelijks was hij in het herstellingsoord te Pajatkombo (Westkust van Sumatra) aangekomen of hij overleed aldaar. Na zijn overlijden werd hij opgevolgd door generaal [[Henri Karel Frederik van Teijn|van Teijn]]. Demmeni was de vader van [[Jean Demmeni]] en een broer van [[Hubert Cornelis Victor Amadé Demmeni|Hubert Cornelis Victor Amadé]].


Op 7 april 1886 werd kolonel Demmeni bij [[Koninklijk Besluit]] van Koning [[Willem III der Nederlanden|Willem III]] benoemd tot [[Commandeur (ridderorde)|Commandeur]] in de [[Militaire Willems-Orde]]. Het betrof een bevordering. Demmeni was op 27 januari 1884 al Officier geworden en was sinds 31 januari 1880 Ridder in de Militaire Willems-Orde. In alle drie de gevallen wordt Atjeh genoemd als grond voor de verlening. Na zijn overlijden werd hij opgevolgd door [[Henri Karel Frederik van Teijn]].
{{Link portaal|KNIL}}


{{StartOpvolging}}
{{StartOpvolging}}
{{OpvolgingCombi|
{{OpvolgingCombi
| lijst = [[Atjehoorlog#De Atjeh-oorlog: overzicht|Gouverneur van Atjeh]]<br>1884-1886  
| lijst = [[Atjehoorlog#De Atjeh-oorlog: overzicht|Gouverneur van Atjeh]]<br />1884-1886
| vorige = [[Philip Franz Laging Tobias|P.H. Laging Tobias]]
| vorige = [[Philip Franz Laging Tobias|P.H. Laging Tobias]]
| volgende =[[Henri Karel Frederik van Teijn|H.K.F. van Teijn]]
| volgende =[[Henri Karel Frederik van Teijn|H.K.F. van Teijn]]
}}
}}
{{EindOpvolging}}
{{EindOpvolging}}
 
{{Appendix|1=alles|2=
{{bron|bronvermelding=
* In het archief van het Ministerie van Koloniën (Nederland), 1850-1900 berusten de:
In het archief van het [[Ministerie van Koloniën (Nederland)|Ministerie van Koloniën]], 1850-1900 berusten de  
* 1884-1886. ''Militaire verslagen betreffende de Atjeh-oorlog door de commandant Demmeni.''
* "Militaire verslagen betreffende de Atjeh-oorlog door de commandant Demmeni". 1884 apr. - 1886 en de
* 1883-1886. ''Militaire dagjournalen betreffende de Atjeh-oorlog door de commandant Demmeni.''
* "Militaire dagjournalen betreffende de Atjeh-oorlog door de commandant Demmeni".1883-1886
* 1886. ''Generaal Demmeni overleden.'' Nieuws van de Dag (16-12-1886)
* 1887. C.C.P. ''Bij het portret van wijlen generaal H. Demmeni''. [[Eigen Haard (tijdschrift)|Eigen Haard]]. Bladzijde 32-34, aflevering 3.
Lees of download [http://collectie.atlasvanstolk.nl/epub_nl.asp?epub=inh&startc=1&q0=126949&subj=19&bron=epub dit artikel] als ePub in de collectie van de Atlas Van Stolk.
----
{{References}}
}}
}}


{{DEFAULTSORT:Demmeni, H}}
{{DEFAULTSORT:Demmeni, Henry}}
[[Categorie:Commandeur in de Militaire Willems-Orde]]
[[Categorie:Nederlands generaal]]
[[Categorie:Militair in het KNIL]]
[[Categorie:Persoon in de Atjeh-oorlog]]
[[Categorie:Ridder in de Militaire Willems-Orde]]
[[Categorie:Officier in de Militaire Willems-Orde]]
[[Categorie:Officier in de Militaire Willems-Orde]]
[[Categorie:Commandeur in de Militaire Willems-Orde]]
[[Categorie:Nederlands militair]]
[[Categorie:Atjeh-oorlog]]

Versie van 31 mei 2016 17:20

rel=nofollow

Henry (Jean) Demmeni (Mülhausen, 5 september 1830 - Payakumbuh, 13 december 1886) was een Nederlands generaal-majoor, gouverneur van Atjeh en onder meer commandeur in de Militaire Willems-Orde.

Loopbaan

Demmeni trad op 18-jarige leeftijd als soldaat bij het Koloniaal Werfdepot te Harderwijk in dienst en vertrok van daar in de rang van korporaal naar Indië. Hij diende een aantal jaar in ondergeschikte rangen in de gelederen van het Indische leger, waarvan in 1851 en 1852 als sergeant bij de troepen, die toen deelnamen aan de krijgsverrichtingen te Palembang. In februari 1856 werd hij tot tweede luitenant bevorderd en commandeerde in 1859 en 1860 de belangrijke militaire post op het eiland Floris te Larantoeka. Hij was vervolgens als eerste luitenant geruime tijd in garnizoen te Soerabaja, alwaar hij, bij de indertijd sterke troepenmacht in die plaats, de betrekking van plaatselijk adjudant bekleedde. Demmeni werd in 1866 benoemd tot kapitein en geplaatst op Sumatra's Westkust. Hij vertrok vijf jaar later, na bijna 23 jaar onafgebroken in Indië te hebben gediend, met twee jaar verlof naar Europa, bleef daar tot augustus 1873 en keerde in die maand met het mailstoomschip Prins Alexander, als commandant van een detachement koloniale troepen, naar Java terug. Op die zeereis kwam zijn flink en krachtdadig optreden goed uit bij het verlenen van assistentie, met zijn ondergeschikte officieren en minderen, aan een te voren vertrokken Hollandse mailboot, die in de Rode Zee schipbreuk had geleden en waarvan dientengevolge een aan boord aanwezig detachement suppletietroepen en een belangrijke - voor Indië bestemde - som specie, op de Afrikaanse kust aan de wal was gezet. Op initiatief van Demmeni werden deze troepen en rijksgelden op de Alexander overgeladen en werd vervolgens de reis naar Java voortgezet. Voor dit feit werd hij door Z.M. de Koning benoemd tot ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw.

Bestand:Henry Demmeni.jpg
Henry Demmeni

Een jaar na zijn terugkeer in Indië werd Demmeni benoemd tot majoor en commandant van de troepen in het rijk van Deli. Ook in die betrekking bewees hij belangrijke diensten, door in dat nog maar kort aan het Nederlandse gezag onderworpen gewest de onder zijn bevelen staande troepen steeds vlug en krachtig te doen optreden. Daartoe was ook hij een van diegenen, die er veel toe bijdroeg om dat rijk met zijn zeer uitgebreide tabakscultuur te doen groeien. In 1877, 1878 en 1879 nam hij als luitenant-kolonel deel aan de vooral ook in die jaren zo vele krijgsverrichtingen te Atjeh en onderscheidde hij zich zodanig bij de veldtocht in de 22 en 26 Moekims onder generaal Van der Heijden, dat hij werd op 31 januari 1880 benoemd tot ridder in de Militaire Willems-orde vierde klasse[1]. Vervolgens werd hij aangesteld als militaire commandant der Molukse eilanden met standplaats Amboina. Enkele dagen na zijn aankomt aldaar, verloste hij, door zijn bedaard en moedig gedrag, het anders zo vreedzame plaatsje van zijn inwoning van een gevaarlijke moordenaar, die op een middag als amokmaker, met een scherp mes in de hand, op de publieke weg reeds enkele mensen in woeste razernij had neergestoken en die, eindelijk opgejaagd door zijn vervolgers, het erf van Demmeni's woning was op komen rennen. Demmeni, die hem zag aankomen, haalde snel een geladen revolver uit zijn kamer, stapte daarmee kalm naar buiten de moordenaar tegemoet en legde hem, toen hij hem flink onder schot had, met een dodelijk treffend schot neer. In mei 1883 werd hij bevorderd tot kolonel en aanvankelijk bestemd voor het commando van de vesting Willem I op Java; hij werd echter in juni, door het aftreden van kolonel Schäfer, benoemd tot militaire commandant in het gouvernement van Atjeh en Onderhorigheden, alwaar toen Laging Tobias civiel gouverneur was. Deze had verzocht als zodanig te mogen aftreden en tevens in het belang van de goede zaak aan de Indische regering voorgesteld om te Atjeh het civiel bestuur, evenals vroeger, te stellen in handen van een militaire bevelhebber. Dientengevolge werd aan Demmeni, als de daartoe aangewezen persoon, in augustus 1884 bij zijn militaire functies ook de betrekking opgedragen van civiel bestuurder van Atjeh en Onderhorigheden met de titel van civiel en militair gouverneur. Vooraf had hij zich echter als militair bevelhebber in het begin van dat jaar bijzonder onderscheiden bij de expeditie tegen de radja van Teunom (westkust van Atjeh), waardoor de schepelingen van het Engelse stoomschip Nisero uit hun gevangenschap bij de inlandse vorst verlost waren. Daarvoor viel hem als beloning op 27 januari 1884 het ridderkruis der derde klasse van de Militaire Willemsorde ten deel[2]. Na die tijd bracht hij met beleid en voortvarendheid de door de regering gewenste concentratie van de Nederlandse troepen te Atjeh, in haar toenmalige stelling, tot stand.

Dat zijn beleid door de Koning op hoge prijs werd gesteld bleek uit de dubbele onderscheiding, die hem bij Koninklijk Besluit van 7 april 1886 ten deel viel in een buitengewone bevordering tot generaal-majoor en op 7 april 1886 tot commandeur der Militaire Willems-orde[3]. Hierna bevrijdde hij onder meer de vrouw van de kapitein en van enige schepelingen van het door Teukoe Oemar geplunderde stoomschip Hok Canton. Kwaadaardige sluipkoortsen, die reeds gedurende enige weken zijn gestel sterk hadden aangetast, konden hem nauwelijks bewegen om tijdelijk het bevel te Atjeh neer te leggen en voor enkele maanden in het gezonde bergklimaat van de Padangse Bovenlanden nieuwe krachten te gaan zoeken. Echter, nauwelijks was hij in het herstellingsoord te Pajatkombo (Westkust van Sumatra) aangekomen of hij overleed aldaar. Na zijn overlijden werd hij opgevolgd door generaal van Teijn. Demmeni was de vader van Jean Demmeni en een broer van Hubert Cornelis Victor Amadé.

Portaal KNIL
Voorganger:
P.H. Laging Tobias
Gouverneur van Atjeh
1884-1886
Opvolger:
H.K.F. van Teijn

Bronnen, noten en/of referenties

Bronnen, noten en/of referenties
  • In het archief van het Ministerie van Koloniën (Nederland), 1850-1900 berusten de:
  • 1884-1886. Militaire verslagen betreffende de Atjeh-oorlog door de commandant Demmeni.
  • 1883-1886. Militaire dagjournalen betreffende de Atjeh-oorlog door de commandant Demmeni.
  • 1886. Generaal Demmeni overleden. Nieuws van de Dag (16-12-1886)
  • 1887. C.C.P. Bij het portret van wijlen generaal H. Demmeni. Eigen Haard. Bladzijde 32-34, aflevering 3.

Lees of download dit artikel als ePub in de collectie van de Atlas Van Stolk.


rel=nofollow
rel=nofollow